Examen Ondernemerschap (marke�ng & bedrijfseconomie) Maandag 19 juni
Samenva�ng bedrijfseconomie:
Een inleiding: kennismaking met de begrippen.
Je behoeften en ambities zijn groot, maar je middelen en draagkracht is beperkt.
Bedrijfseconomie gaat over het maken van keuzes aan de hand van het economisch principe:
De behoe�en bevredigen binnen de grenzen van de beschikbare middelen.
Het begrip “kosten”
Er zijn kosten en uitgaven.
De aanschaf van een computer is een uitgave.
De herstelling van de computer is een kost.
• Door deze computer kan je ontwerpen gaan maken en visualiseren, kan je aan het werk gaan.
o Denk na over welke andere uitgaven je hebt in func�e van je bedrijfsac�viteit.
(3D printer, gereedschap, ….)
• Door het gebruik van deze computer daalt de waarde van het toestel.
Dit is de afschrijvingskost.
o Een computer wordt op drie jaar afgeschreven.
• Als je geld moet lenen om een computer, of computers, aan te schaffen, dan is de rente die je
betaalt op de lening de kost. Geld lenen kost ook geld.
• Andere voorbeelden van kosten:
o kosten van diensten van derden stabiliteitsstudie, …
o kosten van grondstoffen. beperkt als architect
• Onkosten zijn kosten die vermeden hadden kunnen worden.
o Vb. de aankoop van foute inktcartouches
• Plan steeds de kosten op lange en op korte termijn.
• Lange termijn (drie tot vijf jaar):
o een businessplan bij het oprichten van een zaak.
o projectgebonden kosten, vb. samenwerkingsverband.
maak een kosten-baten analyse. Ook verder plannen dan 5 jaar
• Korte termijn (korter dan één jaar):
o deelname aan een beurs (budgeteren)
o publiciteitskosten.
Kostensoorten:
kosten van grond- en hulpstoffen: vb. katoen om kleding te produceren.
kosten van arbeid: vb. lonen vermeerderd met sociale lasten.
kosten van duurzame produc�emiddelen: vb. slijtage van de computer.
kosten van de grond: vb. om je eigen kantoor op te bouwen.
kosten van diensten van derden: vb. boekhouder, IT technieker, …
kosten van de belas�ngen: vb. milieutaks, btw, …
rentekosten: vb. op de lening van …..
Hou met al deze kosten rekening bij het opstellen van je projectplan.
1
, Examen Ondernemerschap (marke�ng & bedrijfseconomie) Maandag 19 juni
Constante en variabele kosten.
Constante kosten:
Zijn dikwijls recurrente (terugkerende) kosten.
Blijven onveranderlijk binnen de gegeven produc�ecapaciteit.
• afschrijvingskosten (van die computer)
• brandverzekering van de gebouwen
Variabele kosten:
Zijn a�ankelijk van de bedrijfsdrukte.
• loonkosten
• energiekosten
• materiaalkosten
• telefoonkosten
• of een gevolg van opportunity management
(opportuniteit waar je geen rekening mee hield in budgetering)
Directe kosten:
Kosten die men moet maken om iets te kunnen maken.
• loonkosten
• materiaalkosten, vb. om een maquete te maken voor één bepaalt project.
Indirecte kosten:
Kosten die niet onmiddellijk aan een product kunnen toegewezen worden.
• inktcartouches
• beroep doen op de kennis van een expert
Standaard kostprijs en kostenbeheersing
Standaard kostprijs:
Van wat ?
• een voorstudie?
o Al�jd 5.000€? Voor een badkamer is dit teveel, voor een kantoor te weinig.
o 20% van het ereloon. (12% van de bouwkost)
o Zou ook kunnen 15% van het ereloon als het ereloon 10%.
• een bouwaanvraag?
• een uitvoeringsdossier?
• de werfopvolging?
Moeilijk te bepalen want elk project is anders!
• Vanuit marke�ng, de juiste prijs is de prijs die de consument er voor wil betalen.
• Op basis van ervaring toch een antwoord trachten te geven. (Ethisch verantwoord antwoord.
• Bij opstart van het bedrijf �men hoe lang je aan een project werkt zodat je in toekomst kan
inschaten hoe lang iets duurt en hoeveel je ervoor moet vragen.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Interieurarchitectuur3. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.83. You're not tied to anything after your purchase.