Rechtbank Soort misdrijf
Politierechtbank Overtreding
Correctionele rechtbank Wanbedrijf
Hof Van Assisen Misdaad
Van een misdrijf een wanbedrijf maken = correctionaliseren
Van wanbedrijf naar overtreding = contraventionaliseren
• Onderzoek gerecht à Nemen geen beslissingen rond straffen maar gaan het feit
onderzoeken. Richten zich enkel op het zoeken naar bewijzen in het strafbaar feit. Ze sturen
dit door naar het parket waar een straf beslist wordt in een van de vonnisgerechten.
• Vonnisgerecht à Politierechtbank, correctionele rechtbank en hof van assisen.
Strafrecht zit op federaal niveau, net zoals justitie. Dit behoort tot de volwassen strafrechtbank.
In de ruime zin van het woord omvat strafrecht zowel het materiaal als het formeel strafrecht.
Materieel strafrecht (Gewoonlijk aangeduid met de term strafrecht)
= Het geheel van rechtsregels waardoor bepaalde mensen gedragingen strafbaar gesteld worden en
gesanctioneerd. Het bepaalt inhoud van de straf: de omschrijving van de daad en bijhorende straf.
Het materieel strafrecht omschrijft
• De strafbare gedragingen
• De toepasselijke straf of maatregel
o Straf = beperkt in tijd en heeft een duidelijk eindpunt (verlenging enkel bij nieuw feit)
Vb een enkelband of een gevangenisstraf
o Maatregel = duurt tot je terug kan functioneren in de maatschappij en jezelf onder
controle hebt. Dit wordt ook op strafblad gezet want uitgesproken door justitie.
Vb internernering
- Je wordt niet verantwoordelijk gesteld
- Je bent niet toerekeningsvatbaar
- Je hebt psychische hulp nodig
Het materieel strafrecht geeft algemene beginselen aan:
• Over de strafbaarheid van het feit en de dader
= Wanneer is iets strafbaar + wanneer kan je gestraft worden?
Door omstandigheden is dit soms (minder) zwaarder
Vb wettelijke zelfverdediging, druggebruik, procedurefouten, …
• Omtrent de straftoemeting
= Hoelang duurt je straf
= Is het direct uitvoerbaar? Wordt het niet uitgevoerd?
• Omtrent de modaliteiten ervan
= Manier waarop je straf kan uitgevoerd worden vb gevangenis, elektronisch toezicht
1
,Semester 2
Het strafrecht richt zich dus op de burgers in de vorm van gebod en verbodsbepalingen.
ð Stelt dus geen positieve gedragsregels op, doch sanctioneert of bestraft schendingen
ð Is het sociaal controlemechanisme: ongewenste gedragingen controleren
Kan je vergelijken met andere regels om controle te houden vb arbeidsreglement
Legaliteitsbeginsel = geen misdrijf, geen straf zonder wet.
Verschil maatregel en straf:
Een straf is ‘leedtoevoegend’ en altijd beperkt in tijd. Een maatregel is eerder ‘ondersteunend’ en
helpend, niet beperkt in tijd en kan altijd verlengd worden afhankelijk van of een persoon terug in de
maatschappij kan komen.
Voorbeeld maatregel à internering: je weet nooit wanneer je vrijkomt.
Formeel strafrecht
Gewoonlijk aangeduid met de term strafvordering, strafrechtspleging en strafprocesrecht
= Het geheel van de procedurele spelregels die moeten worden nageleefd om het strafrecht te doen
functioneren, het zijn de regels die o.a door de overheid worden gehanteerd.
ð Het beschrijft de vorm waarin het materieel strafrecht moet worden toegepast
o De organisatie van strafgerechten
o Bepalen de rechtspositie die in het strafproces rol spelen: politie, rechter, OM
o Opsporing strafbare feiten
o Vervolging van verdachten
ð Zij zullen bewijsmateriaal verzamelen in het vooronderzoek en daarna doorverwijzen naar een
vonnisgerecht dmv onderzoeksgerecht, raadkamer en kamer vna inbeschuldigingsstelling.
Vonnisgerecht = politierechtbank, correctionele rechtbank, hof van assisen/ cassatie
BRONNEN VAN HET STRAFRECHT
1. De grondwet
De GW van 1830 bevat een reeks bepalingen die het strafrecht rechtstreeks belangen, in combinatie
met grondwetsherzieningen.
• Zowel het materieel als formeel strafrecht
• Geeft aan wat in het strafrecht moet staan
ð Strafrecht moet de fundamentele rechten en de grondwet altijd respecteren
ð Strafrecht moet zich houden aan:
o Regels die hoger staan: de grondwet
o Regels die complementair staan (= aanvullingen): jeugddelinquentie
!Het strafrecht mag NOOIT tegen de grondwet ingaan!
2. De wet
= de akten die uitgaan van de Wetgevende macht. In België (federaal) zijn dit verschillenden. Elk van
deze wetgevers mag strafbepalingen uitvaardigen, zonder bijhorende hiërarchie.
- Federale/nationale wetgever à wetten
- Gemeenschaps- en gewest à decreten
- Brussels Gewest à ordonnanties
2
,Semester 2
DE STRAFWET
Aangezien we spreken over strafrecht kunnen enkel strafwetten de inhoud vormen. Zij moeten
voldoen aan een aantal eigenschappen zodat ze hiertot behoren.
1. Legaliteitsbeginsel
= Geen misdrijf, geen straf zonder wet
= Enkel de wet kan gedragingen strafbaar stellen
• Kan in geen enkele toestand opgeschort of beperkt worden: ook niet bij oorlog of nood
• Enkel wet kan de materiële rechtsbron zijn van misdrijven en straffen
ð Gewoontes en rechtspraken kunnen geen nieuwe strafbaarstellingen oproepen, maar
kunnen wel aanleiding geven tot maken van een nieuwe wet.
Gedrag enkel gestraft als dit onderwerpt uitmaakt van voorafgaande wettelijke strafbaarstelling
à Wet moet reeds bestaan vooraleer rechter die kan toepassen; geen terugwerkende kracht
3 elementen zijn hier dus belangrijk
• Er moet een wet zijn die beschrijft dat de handeling strafbaar is
• Er moet een misdrijf zijn
• Er moet een straf aangekoppeld worden die in de wet te vinden is
Aan de hand van een straf bepaal je welk rechtscollege verantwoordelijkheid is:
daarom omschrijving!
Hieruit volgen 2 andere beginselen
- De strikte interpretatie van de strafwet
- De non-retroactieve werking van de strafwet
2. Interpretatie van de strafwet
De rechter mag strafwet enkel interpreteren, niet uitbreiden.
ð De rechter kan enkel strafwet toepassen op gedragingen die letterlijk of teleologisch door
wetgever geviseerd zijn.
Letterlijk: uitdrukkelijk
Theologisch: gaan zoeken naar de wil van de wetgever (kan op extensieve of evolutieve manier)
ð Analogisch is dus verboden!!
2.1. Letterlijke interpretatie van de strafwet
De strafwet moet letterlijk geïnterpreteerd worden. De woorden moeten begrepen worden volgens
hun taalkundige kennis. Er moet een duidelijke letterlijke inhoud/omschrijving gegeven worden in de
wettekst!
2.2. Theologische interpretatie van de strafwet
Als de tekst niet duidelijk is mag rechter buiten tekst zoeken naar bedoelingen van de wetgever.
Hij mag geen nieuwe regels schappen: er moet voldoende zekerheid zijn omtrent …
- De wil van de wetgever mag bekeken worden
- Het feit moet onder de wettelijke definitie kunnen worden ondergebracht
- Zoeken naar bedoeling van de wet met oog op maatschappelijke ontwikkelingen
3
, Semester 2
ð Mag op extensieve en evolutieve wijze geïnterpreteerd worden
Extensief = Zoeken naar de bedoeling van de wet door voorbereidende stukken en begeleidende
teksten te raadplegen.
Evolutief = Verder gaan in de interpretatie en maatschappelijke ontwikkelingen in rekening brengen.
2.3. De verboden analogische interpretatie
De rechter mag de strafwet niet uitbereiden door haar toe te passen op vergelijkbare gevallen die
door wetgever niet geviseerd waren. Gevallen die noch via een letterlijke, noch via een theologische
interpretatie van de wettekst onder de delictsomschrijving worden ondergebracht.
ð Handelingen die lijken op andere strafbare handelingen kunnen niet zo gestraft worden.
ð Vaak hangt dit wat af van de beoordeling van de rechter
3. Toepassing van de strafwet in de tijd
Een persoon kan pas worden gestraft voor zover het ten laste gelegde feit strafbaar was op het
ogenblik waarop het werd gepleegd. = Legaliteitsbeginsel
DUS enkel als het gestelde feit strafbaar was op het ogenblik waarop het werd gepleegd
ð Toen niet strafbaar = nu niet strafbaar
ð Strafwet werkt dus niet met terugwerkende kracht, enkel met toekomende kracht
= Beginsel van de non-retroactiviteit
UITZONDERING: er wordt altijd gekozen voor de mildste straf
= Indien op het moment dat de rechter een straf uitspreekt de straf lager is dan op het
moment van de gepleegde feiten, dan is de rechter verplicht om de mildere straf toe te
passen. Altijd in het voordeel van de dader werken hierbij.
4. Toepassing van de strafwet naar de persoon
4.1. Gelijkheidsbeginsel en non-discriminatie beginsel
In grondwet zijn alle Belgen gelijk voor de wet
ð Deze rechten en vrijheden moeten toegekend worden zonder discriminatie
4.2. Natuurlijke personen en rechtspersonen
Vroeger: enkel handelingen van de mens zijn strafbaar
ð Dus groeperingen, natuurfenomenen en dieren kunnen niet tot bestraffing leiden
Vanaf ’99: strafrechtelijke verantwoordelijkheid van rechtspersonen ingevoerd
ð Rechtspersonen die dienst of organisatie vertegenwoordigen kunnen strafbaar gesteld
worden als dienst of organisatie.
ð Rechtspersonen zullen een geldboete krijgen, je kan ze niet opsluiten
ð Wel mogelijkheid tot bijkoemnde straffen zoals verbeurdverklaring of ontbinding
Vb ziekenhuis voor onopzettelijke doding
Vb OCMW voor discriminatie vreemdelingen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittverheyden1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.25. You're not tied to anything after your purchase.