all you need is this summary for a good grade! Comprehensive summary of H1 to H8 and H13 of the book "Archaeological Theory; An Introduction "by Matthew Johnson. Following the book, all in Dutch.
Archaelogical Theory, An Introduction – M. Johnson – samenvatting
H1 | Gezond verstand is niet genoeg
Archeologie is belangrijk: verleden is namelijk machtig. ‘Waarom doen we archeologie?’ is daarom verbonden aan
‘waarom is archeologie zo belangrijk voor ons?’ Dit leidt tot een vraag over identiteit > leidt tot theorie.
Definities van theorie
Johnson: theorie is de volgorde waarin wij feiten zetten.
Binnen sfeer van theorie hoort ook waarom we archeologie doen;
De sociale en culturele context van archeologie;
Problemen van interpretatie (heeft theoretische aspecten.
Methode en theorie vaak verward, in meer beperkte zin van ‘theorie’ denkt theorie de waarom-vragen en
methode/methodologie de hoe-vragen. Maar: theorie en methode zijn gerelateerd aan elkaar.
Waarom is theorie relevant in de archeologische praktijk:
1. We moeten justificeren wat we doen: men moet weten waarom archeologisch onderzoek belangrijk is,
vele mogelijke antwoorden op deze uitdaging van justificatie.
a) Verleden is van intrinsiek belang, daarom moeten we hier over leren;
b) Kennis van verleden leidt tot betere oordelen in de toekomst;
c) Alleen arch. kan comparatieve observaties over lange termijn culturele processen leveren.
d) Arch. is medium van culturele revolutie dat normale mens zal emanciperen.
2. We moeten één interpretatie van het verleden evalueren tegen een andere om te bepalen welke sterker
is: dit is onmogelijk op basis van ‘common sense’. In de praktijk besluiten archeologen dagelijks in welke
volgorde zij hun feiten plaatsen, dit gebeurt m.b.v. theoretische criteria. ‘Verstand’ is inadequaat, blijkt
uit discussie over ‘ley lines’.
3. We moeten expliciet zijn in wat we doen als archeologen: basic regel in academisch onderzoek.
4. We hebben theorie niet ‘nodig’, we gebruiken allemaal theorie of we dat leuk vinden of niet: we zijn
allemaal theoretici, iedereen gebruikt theorieën/concepten/ideeën/assumpties. Mensen die beweren a-
theoretisch te zijn vertellen niet gehele waarheid, zij leggen zelfs een soort machisme op aan de
archeologische praktijk.
Arch. gaat in zekere zin om feiten, maar wat ons archeologen maakt is dat wij een set van regels gebruiken om
deze feiten tot een betekenisvol verhaal van het verleden vertalen. Deze regels zijn theoretisch van aard. Feiten
hebben dus theorie nodig.
Theorie is deels moeilijk vanwege jargon (moeilijke woorden verbeelden moeilijke theorieën over
moeilijke interpretaties etc. van het verleden, maar dit is grotendeels onvermijdelijk en nodig; we beschrijven
vaak niet iets concreets, dus jargon is nodig), en deels vanwege de academische praktijk en deels omdat het
vereist dat je voor jezelf denkt.
1
, Archaelogical Theory, An Introduction – M. Johnson – samenvatting
H2 | De ‘New Archaeology’
Probleem: kloof tussen heden en verleden > moet overbrugd worden, hoewel dit nooit secuur en definitief kan
gebeuren. Het heden is omlijst door hedendaagse ideeën, houdingen en aannames. Link heden en verleden
vertrekpunt voor heel verschillende zichten op archeologische theorie. Probleem gaat terug tot oorsprong
moderne archeologie in het werk van antiquairs uit de Renaissance. Probleem vooral expliciet met de komst van
de ‘New Archaeology’ in de jaren ’60 & ’70.
Cultuur historie
Eén van de beginpunten van de ‘New Archaeology’ lag in notie dat alleen dataverzameling niet zelf leidt tot een
beter begrip van het verleden. Clarke: archeologen graven veel op, maar blijven qua ideeën steeds op dezelfde
plaats, kloof tussen verleden en heden wordt niet overbrugd.
Hoe vertalen cultuur-historische archeologen archeologisch materiaal naar opmerkingen over het
verleden? Centraal idee: archeologische cultuur en wat dit betekent in termen van verleden menselijke populaties
(Gordon Childe). Dit is een normatief idee gebaseerd op twee aannames: 1) artefacten zijn uitdrukkingen van
culturele normen; 2) deze normen definiëren wat een ‘cultuur’ is. Dit concept van cultuur is ook polythetisch
(afhankelijk van aantal verschillende kenmerken die samen voorkomen i.p.v. één kenmerk alleen). Cultuur-
historische benadering heeft consequenties:
1. Leidt tot specificeren van wat archeologen zeggen over het verleden i.p.v. generaliseren, benadrukken
verschillen en bijzonderheden.
2. Culturen worden gezien als niet veranderend. Verandering werd gezien als gevolg van migratie van
groepen of diffusie. Synthese wordt hierdoor descriptief. Dit zorgt ervoor dat cultuur-historische
benaderingen populair blijven in Klassieke, middeleeuwse en historische archeologie.
Binford: cultuur-historische idee van verandering is een ‘aquatic’ idee van cultuur.
Herkomst van de ‘New Archaeology’
Term is van toepassing op een school van gedachten die door een groot deel van de Anglo-Amerikaanse
archeologie veegde in de jaren ’60 en vroege jaren ’70. Moet gezien worden in een context van vergelijkbare
gedachtegangen in andere disciplines. Deze stroming kende niet één set van ideeën en theorieën, ook bestond de
groep uit een diverse set archeologen met verschillende benaderingen. Gemeenschappelijk idee: onvrede over
gang van zaken, iets moest veranderen en zij zouden dat gaan doen. Onvrede: “we moeten meer
wetenschappelijk en meer antropologisch zijn”.
- Waarom was cultuur historie onwetenschappelijk? Materialschlacht leidt niet tot beter begrip van wereld om
ons heen. ‘Wetenschap’ gebruikt zijn date om hypothesen te testen en generaliseert van deze conclusies.
‘Wetenschap’ gaat vooruit, confronteert theorie en data om beter begrip te krijgen.
- Waarom was cultuur historie niet antropologisch? Traditionele archeologen leken vaak mensheid te negeren,
veel vormen van cultuurhistorie kunnen worden gezien als fetisjistisch. Bovendien leek er geen garantie te
zijn dat de archeologische ‘culturen’ een relatie hadden met echte menselijke gemeenschappen. Veel nieuwe
archeologen hadden vraagtekens bij link archeologische culturen en mensen uit het verleden. Childe zélf ging
hier over twijfelen. Daarom bewogen veel nieuwe archeologen zich weg van de normatieve conceptie van
cultuur. Clarke: archeologie maakte een verlies van onschuld (“loss of innocence”) door.
‘New Archaeology’: kernpunten
1. Nadruk op culturele evolutie. Volgens sommigen ontwikkeling van simpele naar complexe
gemeenschappen. Deze nadruk was deels verwerping van ‘aquatic’ idee van cultuur, met random rimpels
in het water. Nieuwe archeologen wilden naar interne dynamiek van een samenleving kijken, wat dreef
de algemene richting van sociale ontwikkeling. Evolutie ook deel van een bewuste nadruk op
generalisaties i.p.v. bijzonderheden. Vergelijken op basis van level op evolutionaire schaal.
2. Nadruk op systeemdenken. Binford: cultuur is “man’s extrasomatic means of adaptation”. Verleden
culturen bestaan uit systemen, de delen van het system zijn aan elkaar gerelateerd als deel van een
functionerend systeem, vergelijkbaar met andere soorten van systeem zoals in fysieke en dierenwereld.
Systemische benadering hielp twee dingen te bereiken: 1) nadruk op generalisatie; 2) meer optimisme
over wat archeologie zou kunnen doen (traditionele archeologie was pessimistisch).
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nmsamenvattingen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.03. You're not tied to anything after your purchase.