Continentale wijsbegeerte
1. Inleiding
1.1 thematische inleiding
wat zijn de grote vragen van de filosofie/de grote problemen? Wat zijn de centrale thema’s van de filosofie?
Deze vraag is zelf al een deel van deze vraag => we weten het niet goed
Fundamentele vragen
-wat is het goede?
-wat is het zijn?
-wat is kennis? Update vragen kant (vragen kant gesteld in onze tijd)
Fundamentele vragen Immanuel kant - In welke tijd leven we?
- Hoe is onze samenleving georganiseerd? => vraag naar kapitalisme
- wat kan ik kennen? → kennis en nationalisme hoe deze gerechtvaardigd is
- wat moet ik doen?→ ethiek - Wat is menselijk verlangen?
- wat mag ik hopen?→ religie - Hoe geeft taal toegang tot de werkelijkheid? => kennis en taal liggen
samen (vraag van kennis wordt vraag naar taal) mijn wereld houdt op
wanneer mijn taal eindigt = linguïstiek turn (wending v kennis n taal)
- Wat is filosofie zelf/ wat is waarheid?
Vragen van filosofie worden net uit het niets gesteld, de vragen zijn gebonden aan cultuur en tijd
Er bestaat niet zoiets als een vaste canon van grote vragen
=> er is een canon van vragen/fundamentele vragen, maar de vraag zelf veranderd van betekenis over tijd
Hegel
= “de filosofie is haar eigen tijd in gedachten gebracht”
Gevolg: filosofie is altijd een reflectie van de tijd & de tijd bepaald de filosofie
=>tijd & denken zijn intrinsiek verbonden
1.2 wat is continentale filosofie
1 = de filo van de hedendaagse tijd
2 = filo van het Europese continent (W-EU) => heel eurocentrisch/ west Europees standpunt
Het is een filosofie die de filosofie van de verlichting gaat verderzetten/ erft
=> deze erfenis van de verlichting is dubbelzijdig de CF heeft een ambivalente relatie met de verlichting
De CF gaat de grote waarden van de verlichting over nemen, maar gaat er heel kritisch tegenover staan
Notie van kritiek
= centraal in de continentale filosofie
1. CF is maatschappijkritisch
Karl Marx kritiek van kapitalistische bourgeoisie samenleving
= “filosofie moet niet enkel denken, maar de wereld veranderen”
=>de filosofie reflecteert op de samenleving en staat dus niet buiten de wereld
Als we filosofen buiten de wereld zetten (= neutrale filosofen) gaat filosofie onbewust de onrechtvaardigheden in
De samenleving onderschrijven, laten bestaan of miskennen
, 2. CF als verlichting/ moderniteit kritiek
=> kritiek tegen de verlichting = wantrouwen van de rationaliteit
Nietzsche
= nihilisme
Pijler van de CF= traditie in de lijn van Nietzsche
Marx
= neomarxisten
Kritische theorie stellen notie van kritiek centraal in de filosofie
Freud
zegt dat rationaliteit zelf een constructie is van irrationele driften & dus bepaald wordt door het onbewuste`
Jacques Derrida
= denker van de deconstructie deconstrueren van westerse rationaliteit
3. Rationaliteitskritiek/ kritisch denken
Kritisch denken= kern van de filosofie
Vaardigheid waar mensen een scherpe relatie hebben tot de rationaliteit (denken fijner &helderder)
Niet centraal in continentale filosofie, bij continentale filosofie staat de kritiek van het kritisch denken centraal
bij CF gaan ze kritiek geven die rationeel is, maar de rationaliteit zelf wilt bekritiseren => CF wil de grenzen van
Rationaliteit verkennen & kritiek geven op het model van rationaliteit
De CF staat kritisch tegenover de kritiek het is geen kritiek die buiten het rationele treedt het is een soort interne kritiek
De CF bekritiseert het rationale denken vanuit de rationaliteit zelf en gaat dat vanuit de rationaliteit de rationaliteit
Onmogelijk maken= deconstructie
4. Zelfkritiek
de CF stelt altijd haar eigen premissen in vraag
Als kritiek centraal staat bij CF lijkt het een oneindige zelfkritiek waar we het nooit eens kunnen zijn met wat de
Methode van filosofie is
=>elke stap die we vooruitzetten is opnieuw vatbaar voor kritiek
Gevolg: 1) er is geen ultieme vraag want de antwoorden worden constant bekritiseert & de vraag zelf ook
2) er is geen eeuwige vraag want de vraag wordt telkens herzien omdat er constant kritiek op is
Continentale filosofie Geografisch
CF is niet Europa VS de rest van de wereld het is het vaste land Europa VS de Britse filosofie
CF is de filosofie hoe die in FR & DTSL in de 20e eeuw beoefend wordt het is dus een onderscheid binnen de westerse
Filosofie
Continentale filosofie Angelsaksische filosofie
Dubbelzijdige verder zetter van de verlichting Directe erfgenaam van de verlichting verder zetter van
de verlichting
De grenzen opzoeken van de rationaliteit meer Nadruk op kritisch denken/ argumentatie zo helder
poëtisch mogelijk argumentatie
Vragen CF zijn meer gecontextualiseerd Gaat uit van eeuwige vragen die zich context loos stellen
puur op basis van rationaliteit
, Heidigger
= zegt dat enkel de westerse filosofie echt filosofie is
Westerse nationaliteit is de universele rationaliteit/ verlichtingsfilosofie
Dit moeten ook bekritiseren en dit doen postkoloniale denkers (vb: Frants Fanon, Edward Said)
=>ze hebben kritiek op westerse rationaliteit & deze kritiek is dezelfde als de zelfkritiek bij CF waar door het postkoloniale
denken sterk bij de continentale traditie aan sluit
Intercontinentale filosofie
=kritiek op de CF van buitenaf ( van vb: Afrika, etc.)
Ondanks de geografische term continentale filosofie is CF vandaag de dag geen Europees project meer
CF is een zelfkritische theorie
2. Wat is moderniteit
Waarom belangrijk?
denken en tijd is intrinsiek aan elkaar verbonden > als het denken altijd temporeel is moeten we enerzijds de tijd begrijpen
Om de filosofie te begrijpen en anderzijds de filosofie begrijpen om de tijd te begrijpen
Historiteit van het denken: gedachte dat het denken historisch geïncarneerd is => er is geen denken zonder tijd
Want denken neemt tijd in waardoor denken temporeel is
de filosofie is een middel om onze eigen tijd te begrijpen
de geschiedenis van de filosofie is zelf een filosofische discipline
Kant
= vormen van tijd en ruimte er bestaat geen kennis zonder de vormen van tijdelijkheid en ruimte
! de filosofie is haar eigen tijd in gedachten gevat
1. Filosofie is een weergaven van eigen tijd
2. Filosofie kan beter dan welke discipline ook haar tijd begrijpen (niet enkel een reflectie van haar tijd, maar ook een
reflectie op haar tijd)
3. Misschien is de filosofie niets anders dan een poging om haar eigen tijd te begrijpen
Hegel
= niet enkel denken is historisch, maar ook de gesch./ tijd is van de orde van het denken
tijd zelf is dus filosofisch/ rationeel
de antwoorden van de gesch. Is een toenemende rationaliteit ( de geschiedenis wordt dus rationeler en rationeler)
Heidigger
= het denken heeft een temporele historische structuur
het denken is maar in de mate dat het tijdelijk is => de tijd is de achtergrond waarin denken pas mogelijk wordt ( de tijd
Is dus de mogelijkheidsvoorwaarde voor het denken)
het zijn is maar in de mate dat het tijdelijk is het mens zijn is dus temporeel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fieneelen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $0.00. You're not tied to anything after your purchase.