* Week 1 en 2: Ademhaling (H9)
(leerdoel: de onderdelen van de luchtwegen benoemen met de juiste nomenclatuur en aangeven wat de bouw en functie zijn)
* Week 3 en 4: Hart en bloedsomloop (H6)
(leerdoel: de onderdelen van het hart benoemen met de juiste nomenclatuur en de functie beschrijven)
...
Week 1 en 2: Ademhaling (H9)
Beschrijf de bouw en functie van onderstaande delen van de luchtwegen, vertaal het indien
mogelijk naar een Nederlands begrip (leerdoel: de onderdelen van de luchtwegen benoemen met de
juiste nomenclatuur en aangeven wat de bouw en functie zijn):
• Cavum nasi
▪ Cavum nasi is je neusholte.
▪ Neusholten zijn bekleed met slijmvlies: eenlagig trilhaareptiheel met veel
▪ sereuze kliertjes en slijmcellen.
▪ Functie: bevochtiging, reiniging, warm, reuken (lucht inademen)
▪ Neusschelpen en neusschot: veroorzaakt turbulentie, komt het goed in
contact met slijmvlies i.v.m. bovenstaande functies.
▪ Sinus paranasales zijn je neusbijholten.
▪ Zijn bekleed met trilhaarepitheel.
• Farynx
▪ Farynx is je keelholte, welke is verdeeld in 3 delen:
• Nasofarynx is achter je neus
• Orofarynx is achter je mond
• Laryngofarynx is achter je strottenhoofd
• Larynx (met onderdelen, zie ook de kennisclip)
▪ Larynx is je strottenhoofd
• Epiglottis is het strottenklepje die de luchtpijp afsluit
• Hyoid bone (tongbeen) kan je heen en weer bewegen
• Je strottenhoofd bestaat uit een aantal onderdelen:
o Cartilagothyroïdea is het schildkraakbeen
o Cricoïdea is het ringkraakbeen
o (arythenoiden) kunnen bewegen (naar voren/achteren,
draaien), zitten aan stembanden (ligamentum vocale) vast.
• Trachea
▪ Trachea is je luchtpijp
• Deze bestaat uit kraakbeenstukken, die de vorm hebben van een
hoefijzer.
• Tussen de kraakbeenstukken zit bindweefsel en gladspierweefsel.
• De luchtpijp splitst in tweeën in de borstkast (thorax), de splitsling
noem je carina. De luchtpijp splitst zich in een linker- en rechter
bronchus, oftewel hoofdbronchus.
• De rechterhoofdbronchus splitst zich in 3 lobair bronchien, elk naar
een kwab.
• De linkerhoofdbronchus splitst zich in 2 lobair bronchien, elk naar
een kwab.
• De kwabben zijn opgedeeld in segmenten, sigmentale bronchien. Dit
gebeurt 27 keer qua vertakkingen (denk aan een boom:
bronchialboom). Het worden heel veel vertakkingen, waarvan de
kleinste bronchioli heten.
1
,• Bronchiën
▪ Een mens heeft 2 longen:
• Pulmo dexter is je rechterlong
• Pulmo sinister is je linkerlong
• Pulmo is één long
• Pulmones zijn je beide longen
▪ De longen bestaan uit kwabben.
• Lobus: kwab
• Elke long heeft een top (apex) en een basis (brede zijde). De longtop
reikt tot boven je sleutelbeenderen.
• De rechterlong bestaat uit 3 kwabben:
o Pulmo dexter inferio is de onderkwab van je rechterlong
• De linkerlong bestaat uit 2 kwabben. De bovenkwab is groter dan
onderkwab, dit komt door je hart die bij je hart zit.
• Hilus is de poort
o Alles gaat naar binnen en naar buiten.
▪ Bloedvaten
▪ Luchtwegen
• Bronchioli
▪ Bronchioli Allerkleinste bronchien
▪ Kleinste luchtwegvertakkingen, zonder kraakbeen in de wand. Hierdoor
kunnen ze vernauwen en verwijden.
• Luchtwegvernauwing: bronchoconstrictie
• Luchtwegverwijding: bronchodilatati
▪ Spierweefsel en bindweefsel zit er wel in.
• Alveoli
▪ Longblaasjes
▪ Longblaasje: alveolus
▪ Bestaan uit eenlagig plaveiselepitheel
▪ Zitten aan de bronchioli vast. Zitten veel longblaasjes aan één bronchioli vast
(denk aan druiven aan een takje).
▪ Rond elk longblaasje zit een eigen haarvatennetwerk. Haarvaten zijn de
kleinste bloedvaten die er bestaan, ook wel capileren genoemd.
▪ Als je inademt komt er zuurstof in, bloed stroomt eromheen. Vindt diffusie
plaats.
▪ Koolzuurgas zit veel in je bloed, via longblaasje blaas je dit uit.
▪ Rol van surfactant: maak je aan in je longen. Is een stof die ervoor zorgt dat
je longen openblijven.
2
,Hoe zijn de longen bevestigd aan de omgeving? (leerdoel: de relatie van de longen met de omgeving
(mediastinum, diafragma en thoraxwand) aangeven en beschrijven wat de rol van de pleurabladen is)
Mediastinum: is de ruimte tussen de beide longen die ventraal (voorkant van het lichaam) begrensd
wordt door het borstbeen en dorsaal (achterkant van het lichaam) door de wervelkolom.
Mediastinum superius: ruimte boven het hart.
Mediastinum inferurs: (onderste deel). Op te delen in:
• Mediastinum anterius; begrenst door direct achter het sternum (borstbeen)
• Mediastinum medium; begrenst door het pericard (hartzakje)
• Mediastitnum posterius ; begrenst door de achterkant van pericard (hartzakje), en de
thoracale wervels.
3
, Diafragma: (middenrif) is een dun, koepelvormige laagje spier die horizontaal langs de onderkant van
de ribbenkast loopt. Deze spier is door middel van peesweefsel verbonden met de buikwand, de
lendenwervels, de onderste ribben, het borstbeen en het hartzakje. Het dunne middenrif vormt de
scheiding tussen de borst en buikholte.
Thoraxwand: Thorax is de borst. Deel van de romp tussen de hals en buik, met als basis de benige
borstkas. De thoraxholte en de wand hebben een vorm van een kegel. De thoraxwand bestaat uit de
ribbenkast, de spieren daartussen, de huid, subcutaan weefsel, spieren en fasciae.
De functies zijn:
• Beschermen van de vitale organen in de thoraxholte.
• Weerstand tegen de negatieve interne druk door samentrekking van de longen.
• Aanhechting en support voor de bovenste ledematen.
•
• Aanhechting voor veel spieren, bijvoorbeeld voor de buik, nek, rug en armen en de
ademhalingsspieren.
Het skelet van de thorax vormt de osteocartilagineuze borstkas. Het skelet van de thorax bestaat uit
12 ribben en de bijbehorende costale kraakbeendelen, 12 thoracale wervels en de bijbehorende
tussenwervelschijven, en het sternum.
Pleurabladen: Om de longen heen liggen twee vliezen (pleurabladen). Het binnenste vlies heet het
longvlies, het ligt direct op de long en is ermee vergroeid. Het buitenste vlies heet het borstvlies, het
ligt tegen de binnenwand van de borstkas. Tussen beide vliezen zit een ruimte tussen de pleuraholte.
Deze ruimte is luchtdicht afgesloten (vacuüm) en is gevuld met een dun laagje vocht. Door het dun
laagje vocht is het mogelijk dat de membranen langs elkaar heen bewegen tijdens het ademen.
Welke spieren spelen een rol bij de ademhaling? (leerdoel: beschrijven op welke wijze de
adembewegingen tot stand komen)
Ventilatie: is het verversen van de lucht in de luchtwegen, waarbij verse lucht ingeademd en
gebruikte lucht afgevoerd wordt → komt tot stand door de ademhalingsbewegingen:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mhanewalddeluca. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.35. You're not tied to anything after your purchase.