100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Uitgewerkte leerdoelen Deeltoets 3 Biologie van Dieren $8.10   Add to cart

Summary

Samenvatting Uitgewerkte leerdoelen Deeltoets 3 Biologie van Dieren

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit zijn mijn uitgebreid uitgewerkte leerdoelen van BIologie van Dieren voor deeltoets 3.

Preview 2 out of 14  pages

  • May 19, 2023
  • 14
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Circulatie – excretie / osmoregulatie – immunologie – ethologie – nasoniapracticum – ethiek

Circulatie:
De verschillende typen circulatiesystemen qua bouw en eigenschappen kunnen beschrijven.
Gastrovasculaire ruimtes (hydra / cnidaria): Bij deze dieren is de celwand maar twee cellen dik en is
diffusie dus genoeg om voedingsstoffen over korte afstanden te verplaatsen.
Open circulatie (insecten): In een open systeem wordt de vloeistof hemolymph genoemd en is dit
dezelfde vloeistof als in de lichaamscellen. Door lichaamsbewegingen wordt de vloeistof bewogen
door de vaten. Voordeel hiervan is dat de lage hydrostatische druk minder energie kost dan een
gesloten systeem.
Gesloten circulatie: hier wordt bloed (niet dezelfde vloeistof als in de lichaamscellen) rondgepompt
door de vaten. Het bloed beweegt doordat het hart dit rondpompt. Voordeel hiervan is dat de
bloeddruk hoog genoeg is om effectief zuurstof en nutriënten te leveren in actieve dieren.
 Enkelvoudig (vissen): dit heeft een atrium waar het bloed binnenkomt, dit wordt verplaatst
naar het ventrikel waar het naar de kieuwen wordt gepompt om daar zuurstof op te nemen.
Daarna gaat het naar het lichaam waar de zuurstof eruit wordt getrokken.
 Dubbel (kikker + amfibieën): deze hebben een hart met drie ruimtes (twee atria en een
ventrikel). In het ventrikel wordt het bloed naar de longen en naar de rest van het lichaam
gepompt, de hoeveelheid naar welke kan deze zelf bepalen. Als de kikker onder water is kan
hij de toestroom naar de longen verminderen omdat dit geen effect heeft.
 Dubbel (mens + zoogdieren): heeft twee atria en twee ventrikels. Waarbij eerst het bloed via
de rechteratria en rechterventrikel naar de longen gaat. Hier zal het bloed zuurstofrijk
worden, dan gaat het terug naar het hart waar het verder wordt gepompt naar de rest van
het lichaam. Het voordeel hiervan is dat er opnieuw druk achter het zuurstofrijke bloed
wordt gezet waardoor er genoeg zuurstof naar alle lichaamsdelen gaat.

De globale structuur van de enkelvoudige bloedomloop van de (kieuwademende) vissen en de
dubbele bloedsomloop van de andere (longademende) vertebraten kunnen beschrijven.
De enkelvoudige bloedsomloop heeft een atrium en een ventrikel. Het bloed wordt naar de kieuwen
gepompt waar het zuurstofrijk bloed wordt. Dit zal dan door de rest van het lichaam gaan en hier de
zuurstof afgeven. Ook gaat het bloed hier door twee capillairen waardoor de bloeddruk daalt in
plaats van een capillair.
De dubbele bloedsomloop van vertebraten heeft twee atria en twee ventrikels. Het zuurstofarme
bloed gaat dan eerst naar de longen en komt dan opnieuw in het hart zodat er nog genoeg bloeddruk
is om het bloed door het hele lichaam en terug te vervoeren.

Schematische afbeeldingen van het bloedvatstelsel van vissen en van zoogdieren van de juiste
bijschriften en toelichting kunnen voorzien.




Kunnen verklaren waarom het bloed in grote delen van de vissenbloedsomloop langzamer stroomt
dan in de bloedsomloop van de andere vertebraten.
Dit komt doordat bij de andere vetebraten het bloed terugkomt naar het hart vanuit de longen
waardoor er een tweede keer druk achter zit waardoor het dus harder stroomt.

, De structuur en het functioneren van het hart en de regulatie van de hartfunctie bij zoogdieren
kunnen beschrijven.
De hartslag:
1. De sinusknoop kan zelf een actiepotentiaal
opwekken. Dit gebeurd ongeveer 75 keer per
minuut maar de nervus vagus kan deze verlagen
(sympatische systeem) of verhogen
(parasympatische systeem).
2. Het actiepotentiaal verplaatst zich via de
gapjunctions snel over de atria en stopt hierna.
Dat komt doordat de kleppen bestaan uit stevig
bindweefsel in plaats van hartweefsel en zo het signaal niet wordt doorgegeven. Deze ring
heet de annulus fibrosus.
3. Het actiepotentiaal wordt doorgegeven door de AV-knoop gelegen in de rechterboezem,
waar het via het systeem van Purkinje naar de kamers gaat waardoor deze samentrekken.

De hartcyclus:
1. De atriumsystole: samentrekking van
de atrium.
2. De ventrikelsystole: samentrekking
van de ventrikels (1e harttoon).
3. De diastole: hier stroomt een beetje
bloed in de atrium in de ventrikels,
maar geen samentrekking. Ook
sluiten hier de halvemaanvormige
kleppen (2e harttoon).

Het hart:
 De aorta is de grootste lichaamsslagader met bij
de mens daaraan drie vertakkingen richting de
armen en de hersenen. Bij het schapenhart zit een vertakking genaamd de truncus
brachiocephalicus. Deze buigt achter het hart langs naar beneden waar het vertakt naar de
organen (aorta abdominalis). Al deze bloedvaten vertakken zich en geven de voedingsstoffen
af en nemen de afvalstoffen op.
 De bloedvaten aan de onderkant van het hart komen samen in de vena cava inferior, maar bij
de dieren wordt dit de vena cava caudalis genoemd. De bloedvaten die samenvoegen boven
het hart worden de vena cava superior genoemd en bij de dieren de vena cava rostralis.
 Deze twee aders komen uit in het rechter atrium, waarna het naar het rechter ventrikel
wordt verplaatst. Vanuit hier wordt het zuurstofarme bloed in de arteria pulmonalis dextra
en de arteria pulmonalis sinistra gepompt. Hier komt er zuurstof in het bloed en komt het via
de twee vena pulmonalis, die rechts en links zitten. Vanuit deze komt in de linker atrium en
daarna in de linker ventrikel. Deze pompt het dan weer in de aorta.
 Ook zijn er een aantal kleppen aanwezig:
o Tricuspidalisklep: de klep tussen het rechteratrium en -ventrikel (AV-klep). Deze
bestaat uit drie kleppen en heet daarom tricus.
o Bicuspidalisklep: de klep tussen de linkeratrium en -ventrikel (AV-klep). Deze bestaat
uit twee kleppen en heet daarom de bicus.
o Pulmonalisklep (semilunaire kleppen): deze zit in de arteria pulmonalis richting de
longen.
o Aortaklep (semilunaire kleppen): deze zit in de aorta.
De verschillende soorten van bloedvaten structureel en functioneel kunnen karakteriseren.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yanniekvos. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.10. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.10
  • (0)
  Add to cart