Bedrijfseconomie voor het besturen van organisaties
Een samenvatting van BEC4 (HAN) van bedrijfseconomie voor het besturen van organisaties. Onnodige theorie staat er niet in, want deze wordt amper gevraagd op de toets. De belangrijke theorie staat er wél in. Verder worden alle berekenen die je moet maken, uitgelegd aan de hand van voorbeelden.
Bij de keuze van investeren spelen 3 aspecten een rol:
- Financieringskosten;
- Omvang EV en VV (solvabiliteit);
- Duur van de behoefte in relatie tot looptijd vermogen.
Bij lange termijnbeslissingen spelen zowel variabele als constante kosten een rol, en daarom gaat
men uit van integrale kosten (absorption costing). Lange termijnbeslissingen beïnvloeden vaak de
capaciteit en daarmee de hoogte van de vaste kosten.
Korte termijnbeslissingen beïnvloeden enkel de variabele kosten. Zij hebben geen invloed op de
capaciteit van de organisatie.
Vervangingsinvesteringen hebben geen invloed op de productiecapaciteit. (zelfde machine). Door
uitbreidingsinvesteringen neemt de productiecapaciteit toe. (betere machine). Een betere machine
is dus deels vervanging (zelfde capaciteit) en deels een uitbreidingsinvestering.
Een investeringsproject is het totaal van investeringen in vaste en vlottende activa dat nodig is om
een bepaalde investeringsbeslissing uit te voeren.
Een investering wordt beoordeeld door mogelijk gelduitgaven en geldontvangsten. Deze zijn moeilijk
in te schatten en daarbij speelt risico en onzekerheden een rol
Netto geldontvangst = Geldontvangsten ten gevolge van de investering - gelduitgaven die
noodzakelijk zijn om deze geldontvangsten voort te brengen
Het investeringsbedrag wordt niet tot de gelduitgaven gerekend.
Oftewel
Cashflow: Winst na belasting + afschrijving (bij rechtspersoon na belasting, niet-rechtspersoon voor)
Eventueel wordt in het laatste jaar de restwaarde bij de cashflow geteld(voor beoordelen
investering).
Er wordt enkel rekening gehouden met de primaire geldstromen na vennootschapsbelasting.
Secundaire geldstromen (naar vermogensmarkt = interest / aflossing) wordt buiten beschouwing
gelaten. De vennootschapsbelasting wordt berekend over het bedrijfsresultaat (EBIT). Door de
investeren neemt de winst en afschrijvingen toe, dus ook cashflow.
Methoden om investeringsvoorstellen te beoordelen
Er zijn twee methoden om investeringsvoorstellen te beoordelen:
- Boekhoudkundige methode;
- Economische methode.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jes07. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.