100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Other

Formatieve toetsen in het Nederlands vertaald

Rating
-
Sold
2
Pages
23
Uploaded on
19-05-2023
Written in
2022/2023

Heyhoi! Ik heb al de formatieve toetsen van het vak statistiek 3 vertaald in het Nederlands en op het eind staan de antwoorden

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
May 19, 2023
Number of pages
23
Written in
2022/2023
Type
Other
Person
Unknown

Subjects

Content preview

FORMATIEVE TOETSEN STATISTIEK 3



Week 1

1. Voor de volgende boxplot, F representeert
a. Kleinste getal
b. Mediaan
c. Het gemiddelde
d. Een uitschieter

2. Welk van de volgende beschrijft de standaard error van het gemiddelde het
beste?
a. Standaardfout is de vierkantswortel (sqaure root) van de variantie van
de populatie
b. Standaardfout is de vierkantswortel (sqaure root) van de
standaarddeviatie van de steekproef
c. Standaardfout is de standaarddeviatie van de steekproefverdeling van
het gemiddelde
d. Standaardfout is een maat die alleen geschikt is voor een normale
verdeling

3. Wanneer de steekproef toeneemt kunnen we zeggen
a. De steekproefverdeling van de middelen wordt steeds schever
b. De steekproefverdeling van de gemiddelden benadert een normale
verdeling
c. De steekproefverdeling van het gemiddelde wordt steeds minder
voorspelbaar
d. De steekproefverdeling van het gemiddelde benadert de verdeling van
de populatie

4. Welke van de volgende kan de mate van Type I fout afnemen?
a. Maak het significantie level van 0.01 naar 0.05
b. Maak het significantie level van 0.05 naar 0.01
c. Toename van b level
d. Toename van power

5. Een onderzoeker is geïnteresseerd in wat de Nederlandse bevolking vindt van
een nieuw beleidsvoorstel om het collegegeld voor zogenaamde
langstudeerders te verhogen. Ze doet een telefonisch onderzoek onder 1200
mensen. Hiervan geeft 52% aan voorstander te zijn van een dergelijk beleid.
Test de nulhypothese π = 0,50 tegen π ≠ 0,50 (α=0,05). Wat is de p-waarde
en wat moet ze concluderen?
a. P= 0.08 (H0 verwerpen)
b. P= 0.15 (H0 verwerpen
c. P= 0.08 (H0 niet verwerpen)
d. P= 0.16 (H0 niet verwerpen)

,FORMATIEVE TOETSEN STATISTIEK 3

6. Hieronder staat het resultaat van een regressieanalyse
(n=6) op de volgende waarnemingen. Bereken de som
van kwadratische fouten (SSE).
a. 28
b. 12
c. 14
d. 6

7. Welke van de onderstaande vier regressie modellen heeft
de hoogste verklaarde variantie?
a. A
b. B
c. C
d. D




8. Als de Pearson-correlatiecoëfficiënt (r) tussen twee variabelen 0.6 is, wat is
dan het percentage variatie dat de ene variabele in de andere kan verklaren?
a. 60%
b. 40%
c. 36%
d. 64%

9. Om de mate van onzekerheid van een betrouwbaarheidsinterval te verkleinen,
moet het interval _________________ worden gemaakt. Gegeven een
betrouwbaarheidsniveau is het betrouwbaarheidsinterval (BI) van een enkele
schatting ______________ dan het interval dat overeenkomt met meerdere
vergelijkingen.
a. Smaller, wijder
b. Wijder, wijder
c. Smaller, smaller
d. Wijder, smaller

, FORMATIEVE TOETSEN STATISTIEK 3

10. Drie groepen studenten maken dezelfde toets, maar op verschillende
momenten. In totaal doen 51 leerlingen de test. Onderstaande tabel geeft het
aantal waarnemingen, het gemiddelde en de standaarddeviatie per groep
weer. Wat zijn de kwadratensommen binnen groepen (“error sum van
kwadraten”) die worden gebruikt in een ANOVA-analyse om te bepalen of de
gemiddelden voor de drie groepen verschillend zijn?
a. 57.21
b. 2746
c. 4119
d. 38.14

11. In de vergelijking, Y' = b0 + b1X, vertegenwoordigt b1 de:
a. De correlatie tussen X en Y
b. Hellings coëfficiënt van de regressielijn
c. Snijpunt van de regressielijn met de Y-as
d. Voorspelde waarde van Y door X te kennen

12. Wat niet waar is met betrekking tot de voorspellingsfout in bivariate regressie:
a. Naarmate de fout toeneemt, neemt de nauwkeurigheid van het
voorspellen van Y uit X af
b. Fout wordt bepaald door de voorspelde Y min de werkelijke Y (Y’ – Y)
c. Fout is 0 wanneer X en Y perfect gecorreleerd zijn
d. De verwachte foutwaarde is 0

13. Als er geen correlatie is tussen X en Y, de beste predictor van Y is de
a. Gemiddelde van Y
b. Gemiddelde van X
c. Standaarddeviatie van Y
d. Standaarddeviatie van X

14. SSwithin in een one-way ANOVA en SSresidual in bivariatie regressie
representeert
a. De variantie in Y scores dat niet voorspeld is door X
b. De variantie in Y scores dat voorspeld is van X
c. De totale variantie in Y scores
d. De voorspelde variantie min de totale variantie
$6.65
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
froehalwahidi

Get to know the seller

Seller avatar
froehalwahidi Vrije Universiteit Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
4
Member since
4 year
Number of followers
2
Documents
2
Last sold
7 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions