De samenvatting bevat notities vanuit de lessen + de slides en aanvullingen vanuit het handboek.
Dit is enkel het gedeelte sociologie van het vak rechtssociologie gedoceerd door Prof. dr. Bernaertsen Prof. dr. Gibens aan de Universiteit van Antwerpen in de opleiding rechten.
Academiejaar: 2023
Sociologie
Speelveld 1
(hoofdstuk boek is zeer beperkte inleiding sociologie zeker lezen!)
Inleiding
• ‘Sociologie en Rechtssociologie’: sociologie is een hulpdiscipline, manier waarop in opleiding rechten naar
sociologie gekeken als een hulpwetenschap die juristen kan helpen en tot betere analyses kan leiden
- Minder aandacht
§ Voor ‘skills’ (onderzoeksvaardigheden).
§ Voor minder belangrijke auteurs en theorieën etc.
- Wel aandacht
§ Basiskennis in de sociologie = (niet methoden en technieken) maar hoe wordt in brede lijnen aan
sociologisch onderzoek gedaan en wat is het idee erachter
§ Aandacht voor ‘de filosofie’ van de sociologische discipline.
§ Centrale auteurs, theorieën en concepten.
Wat is Socio-logie? Hoe kunnen we het concept benaderen?
- Hybride combinatie Latijn en Grieks
- Socius (metgezel); logos (kennis, leer, kunde)
- Sociologie betekent letterlijk samenlevingskunde of studie van de maatschappij
1. E.J. Sieyès (rond 1785)
- Oudste vindplaats van term sociologie in zijn manuscript
- ‘Wetenschap van de samenleving’?
- Doel: inrichting van nieuwe samenleving ten tijde van Franse Revolutie. (onderdrukking gewone volk +
derde stand op geen enkele wijze vertegenwoordigd in staatsinrichting tov adel en geestelijkheid)
- Normatieve wetenschap: hoe kan de samenleving het beste worden ingericht? Hoe ziet ‘het goede leven’
eruit in zo’n nieuwe samenleving?
§ Politieke benadering, men probeert vanuit politieke ideologie aan te geven hoe een samenleving er
best kan utizien)
§ Samenleving op rechtvaardige en revolutionaire manier inrichten dmv sociologie
2. Auguste Comte (1830)
- Definieert sociologie als empirisch.
§ Heruitivinding, nog steeds empirische benadering vandaag de dag
- In navolging van natuurwetenschappen: proberen objectief en empirisch beschrijven en verklaren van wat
we in samenleving zien
§ “Het is de taak van sociologen om de samenleving op objectieve en empirische wijze te
doorgronden.”
- Op zoek naar regelmatigheden in de samenleving aan de hand van empirisch onderzoek.
§ Proberen aangeven wat kenmerken van samenleving zijn en aan de hand hiervan theorieën
opstellen (op een empirische manier)
§ Moeilijk want samenleving evolueert dus bepaalde wetmatigheden van vandaag zullen in de
toekomst anders zijn
Belangrijk: we gaan van normatieve beandering naar een objectieve empirische benadering
1.1. Een beeld van een titel
• Speelveld
- V: Dit is voor voetbal voetbalveld
- S: Voor sociologie de samenleving)
• Spel
- V: Voetbal
- S: Samenlevingsspel
• Spelregels
1
, - V: Spelregels die zeer precies zijn vastgelegd in voetbal zoals wanneer is bal buiten maar ook zijn er
gewoontes die niet in reglement staan als speler geblesseerd is bal buiten trappen
- S: Wetten in de sl maar ook regels die eerder informeel van aard zijn SASV).
Belangrijk: sanctie regels in voetbal die bestraft worden met gele of rode kaart maar ook informele regels die op
andere manier gesanctioneerd worden (vb. Fluitconcert publiek =dit zal door sommige spelers als dwingender
ervaren worden dan de vastliggende spelregels dit is ook zo in andere samenleving)
• Posities, taakverdeling, rollen, status.
- Posities
§ V: verdedigers, middenvelders,… zij staan op bepaalde positie en worden verwacht iets te doen,
aantal posities zijn door de jaren heen beetje gewijzigd ze kunnen dus veranderen dit kan afhangen
van tijdsgeest die evolueert
§ S: wie is er verantwooordelijk voor voorbereiding productie bepaald goed en wie voor het maken
van een bepaald product = arbeidsdeling
- Rollen / taakverdeling
§ V: Verdedigers moeten secuur zijn
§ S: Iemand die creatieve functie vervult (schrijver) verwachten we een creatievere rol dan
bijvoorbeeld van een rechter
- Status
§ V: Aanvallers zijn duurste spelers dus worden hoger gewardeerd dan andere spelers (naargelang
positie hebben spelers hoge of lagere status, toch zijn alle spelers even hard nodig om het spel te
spelen dit is in samenleving niet anders)
§ S: Welke functies worden meer betaald (1 e aspect) of hoe wordt in maatschappij naar bepaalde
functies gekeken (2de aspect) (ondanks lagere waardering zijn de beroepen niet minder belangrijk
voor goede werking samenleving)
• Interactie, communicatie.
- V: aanvallers, verdedigers die roepen naar elkaar, op tegenstanders wordt geroepen etc. Mensen naast de
zijlijn die supporteren en op hun manier deelnemen aan het spem
- S: in samenleving is er ook cummincatie en interactie (er wordt ook een spel gespeeld: verbaal, non-verbaal)
• Formele en informele leiders.
- V: Capitein (formele leider) heeft deze functie gekregen of informele leiders die door statuut bepaald
aanzien afdwingen en op bepaalde manier kunnen sturen
- S: Allerlei mensen die invloed uitoefenen zonder dat ze formele rol hebben in bepaald spel Vb. Politieke
partijen die in achtergrond worden beÏnvloed door allerhande belangengroepen
• Doel van het spel?
- V: Doelpunt te scoren en op die manier wedstrijd te winnen, trainer zal ploeg zo samenspellen zodat er
hoogste kans is om wedstrijd te winnen, speler die niet goed functioneert vervangen, maar is dit het enige
doel van het voetbalspel? Gaat het enkel om een voetbalwedstrijd winnen of gaat het ook over de carrière
van een bepaalde speler of grote investeerders? *
- S: Proberen om samenlevingsspel te winnen, iemand in de samenleving die in een bedrijf de taken niet
meer behoorlijk uitvoert: ontslag (*Kunnen we dit ook in samenleving vaststellen? Als we gaan werken ook
andere doelen gebruiken: interacties etc. gebruiken voor andere doelen)
• Ruimte rond het speelveld.
- V: Bestuurders club, supporters staan niet op veld maar hebben toch invloed
- S: Politici, religieuze leiders die proberen samenleving te sturen en te beÏnvloeden
Waar zitten de sociologen in de samenleving?
Voorstellen als een ‘neutrale observater’ die in de tribune zit bij het voetbal die de wedstrijd zo objectief mogelijk te
bekijken. Analyseren en nadien verklaren waarom het zo gevolueerd is. Socioloog kan wel gecharmeerd zijn voor de
2
,manier waarop bepaalde ploeg speelt maar daar toch proberen afstand van te nemen om zo objectief mogelijk te
werk te gaan.
Positionaliteit = het geheel van positiegebonden rollen, voorkeuren, ervaringen en eigenschappen die een mogelijke
invloed hebben op de neutraliteit van onderzoek
Uitleg les: socioloog kan ook bepaalde achtergrond, belangen hebben (als je schrijft over bepaalde belangen in
samenleving verwachten juristen niet dat je duidelijk maakt wie je bent en waarom je dit doet in sociologie verwacht
men dit wel)
Vb. Juristen als neutrale experten voorgesteld binnen stikstofakkoord maar vraag is hebben zij niet bepaalde
belangen? Is dit op 1 of andere manier niet gekleurd?
Opmerking metafoor voetbal: samenleving spelregels kunnen makkelijk wijzigen in voetbal blijven regels min of
meer hetzelfde en ook in samenleving makkelijker andere positie/rol aan te nemen
1.2. Het dagelijkse leven door de sociologische lens
• Bril
- Metafoor: röntgentoestel om de werkelijkheid bloot te leggen.
§ Sociologische benadering: als we kijken naar de samenleving of röntgenfoto hebben we bepaalde
kennis nodig om dit te gaan ontcijferen
§ Dezelfde kennis die met röntgenfoto vereist is, is ook vereist bij de sociologie hier hebben we een
sociologische bril voor nodig (met verschillende instrumenten omschrijven hoe het er in samenleving
aan toe gaat)
- Ontcijferen en verstaan.
• Sociologie
- Door sociologische lens naar samenleving en aan de hand van sociologische verbeelding verklaren wat we
zien
§ Hiermee kunnen we achterliggende werkelijkheid lezen
- Sociologische lens neemt in praktijk vorm aan van instrumenten als observatie, survey, interviews…..maar
beelden vereisen interpretatie.
- Sociologische lens is enkel nuttig als ze wordt gehanteerd door iemand die ‘Sociologische verbeelding’ bezit
om deze feiten te interpreteren.
§ = Aan de hand hiervan proberen verklaren wat we zien aan de hand van de empirische data (1)
verzamelen empirische data 2) analyseren)
• Afstand nemen van dagelijkse ervaring.
• Sociological imagination (1959) titel boek Mills
- “The vivid awareness of the relationship between experience and the wider society” (Charles Wright Mills)
§ Noodzakelijk: we gaan proberen afstand te nemen van de alledaagse ervaringen die we zelf hebben
opgebouwd doorheen de jaren en proberen op objectieve manier naar samenleving te kijken
- Het vermogen om te begrijpen dat iemands persoonlijke situatie in verband staat met maatschappelijke
krachten en de ruimere historische context.
§ Proberen achterhalen hoe iemands persoonlijke levensverhaal in verband staat met
maatschappelijke structuren
- Eigen ervaringen zijn mee bepaald door sociale structuren en mensen.
§ Ervaringen die u en ik in samenleving hebben worden beïnvloed door maatschappij in het algemeen
maar ook door de geschiedenis
• 3 Componenten van sociologische verbeelding
- Kennis van geschiedenis – hoe is samenleving tot stand gekomen?
- Kennis biografie – wie zijn de mensen in de samenleving? Wat zijn hun posities en rollen in de samenleving?
- Kennis sociale structuur – hoe werkt de samenleving via instituties?
§ Institutie vb. Huwelijk (geeft vorm aan samenleving)
3
, • 3 componenten dragen ertoe bij dat men afstand kan nemen van de eigen situatie (ander perspectief in te
nemen)
• Om sociologische verbeelding te kunnen toepassen moet aan de voorwaarde: om alternatief standpunt in te
nemen (ander standpunt dan de common sense ervaring) voldaan zijn
“Being able to think ourselves, away from the familiar routines of our daily lives in order to look anew”
(Charles Wright Mills)
= proberen afstand te nemen van de routines die ons bekend zijn, en zo met een nieuwe blik naar
samenleving te kijken (perspectief wisselen)
• Sociologische kennis overstijgt schijnbare vanzelfsprekendheden van dagelijks leven zodat nieuw perspectief
mogelijk wordt
§ Ervaring van de dagelijkse werkelijkheid is niet zonder betekenis maar moet in ruimere historische
en sociale context worden geplaatst
• Hoe houden instiuties de maatschappelijke orde in stand? Wat zijn de instiuties die voor maatschappelijke orde
zorgen?
1.2.1. Selectieve waarneming
• Waarom is de waarneming bij common sense selectief? Waarom is de gewone dagelijkse waarneming
vertekend?
• 2 elementen die ertoe bijdragen dat de common sense benadering gebreken kent: selectieve waarneming en
referentiekaders
- Selectieve waarneming = overvloed aan informatie in de samenleving, we gaan dit proberen reduceren en
ordenen op een bepaalde manier hierdoor interpreteren vanuit eigen situatie/positie in de wereld
• Routines in het denken
• Vanuit de eigen positie
- Fysieke en sociale beperkingen
§ Fysiek = vandaag ben ik in Antwerpen dus ik weet niet wat er in Brussel of ergens anders afspeelt
§ Sociale positie die men in samenleving heeft = manier waarop onderzoeker naar iets kijkt zal door
sociale positie beÏnvloed worden
- Belangen
§ Iemand anders zal over een zelfde gebeurtenis anders vertellen dan jij door de belangen die die
persoon heeft
- Kennis en informatie
§ Kennis = beperkt van wat er gebeurt in de samenleving vb. kennis die we nu hebben over wat er in
20ste eeuw gebeurde met Katholieke kerk zorgt ervoor dat we hier nu anders naar kijken (perceptie)
§ Belangrijke factor hierbij is onderwijs: welke kennis wordt door onderwijs aangereikt aan mensen?
- Voorkeur en afkeer
§ Mensen hebben bepaalde voorkeuren en afkeuren: er zijn mensen waarmee het beter klikt da
anderen zit zorgt ervoor dat we op een andere manier naar deze mensen en hun acties kijken
§ Vb. Manier waarop je kijkt naar politieke partijen: door een vereniging, gezin,… dingen die bijdragen
§ Heeft te maken met het socialisatieproces = proces waarbij individu in omgang met anderen de
cultuur van die omgeving zich eigen maakt en op die manier worden we in die groep gesocialiseerd
(kan gaan over morele oordelen, esthetische dingen,…) vb. Manier waarop we naar euthanasie
kijken
1.2.2. Referentiekaders
• Kenmerken van een referentiekader
- Vormt één geheel: al onze waarnemingen vanuit hetzelfde referentiekader. We wisselen niet van
referentiekader.
- Stabiel, maar niet onveranderlijk. Kan veranderen maar gebeurt niet zo snel: asl we verschillende ervaringen
hebben die een andere richting uitgaan.
- Er zijn zoveel referentiekaders als er individuen zijn = uniek
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauraschepers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.76. You're not tied to anything after your purchase.