Lp3 week 1 werkgroep 1
Beschrijven welke plaats EBp inneemt binnen de verpleegkundige beroepsuitoefeningen
EBP is het zorgvuldig expliciet en oordeelkundig gebruik maken van het huidige beste bewijs
materiaal om beslissingen te nemen voor individuele patienten.
Beschrijven welke drie informatiebronnen gebruikt moeten worden bij klinische besluitvorming
Klinische expertise
Wensen voorkeuren van de patient
Wetenschapelijk ondezoek
Als alle drie de onderwerpen worden gebruikt kun je samen tot de beste zorg komen.
beschrijven hoe EBP zich verhoudt tot kritisch denken
EBP gaat samen met klinisch redeneren. Zo komt EBP overeen met het klinisch denkpatroon. Zoals bij
risico inschatting gebruik je je klinische expertise. Vroegsignalering gebruik je meetinstrumenten die
wetenschappelijk onderzocht zijn. Probleemherkenning is klinische expertise nodig. Resultaat
bepaling heb je klinische expertise nodig en ook wensen en voorkeur patient nodig (shared decision
making). Interventies zijn op basis van wetenschappelijk onderzoek.
beschrijven welke 5 stappen worden uitgevoerd in het EBP model
1 Het klinisch bewijs vertalen naar een beantwoorde vraag
2 Het efficiënt zoeken naar het beste bewijsmateriaal
3 het wegen van de gevonden evidence op methodologische kwaliteit en toepasbaarheid in de eigen
praktijk situatie.
4 Het nemen van een beslissing op de grond van de beschikbare evidence
5 het regelmatig evalueren van de kwaliteit van dit proces
Beschrijven wat een CAT (critical appraisal of a topic) is.
Volgens de vijf stappen hierboven een onderwerp wetenschappelijk artikel uitpluizen en beoordelen.
Begrippen
Klinische onzekerheid twijfel of onduidelijkheid wat het beste besluit is. Is het startpunt van de
methode van EBP.
,Lp3 week 1 werkgroep 2
De student kent het verschil tussen een observationele en experimentele studie en kan dit verschil
uitleggen
observationeel (niet experimenteel)
-geen ingrijpen/manipulatie door onderzoeker. Slecht observeren van fenomenen.
-mogelijke vertekeningen door bijvoorbeeld selectie bias.
Voorbeelden observationeel
cohort onderzoek
Case control onderzoek
Experimenteel
-onderzoeker grijpt in/manipuleert de onderzochte
-maakt het mogelijk om bronnen van vertekeningen uit te sluiten: alternatieve verklaringen uit te
sluiten
Voorbeelden experimenteel
RCT
Quasi experimenteel – CCT (dit is een RCT zonder te randomisen)
En experimenteel zonder controle groep.
De student kent het verschil tussen een originele studie en een review en kan dit uitleggen
Een (systematic) review is een samenstelling van verschillende RCT. Een RCT is een origineel
experimenteel onderzoek.
Wat is een wetenschappelijk onderzoek
Onderzoek uitgevoerd volgens bepaalde ‘onderzoeksmethodologie’ waardoor resultaten
‘betrouwbaar’ en ‘valide’ zijn en die van enige betekenis zijn voor de wetenschap en de praktijk.
Basale informatie over wetenschappelijk onderzoek
onderzoek kan verdeeld worden in kwantitatief (positivistische paradigma) en kwalitatief
(interpretatief paradigma).
Kwantitatief onderzoek met cijfers meestal toetsend
Kwalitatief onderzoek met ervaringen, gevoelens en gedachtens.
Nog een belangrijke twee deling bij onderzoek is fundamenteel vs praktijkgericht.
Fundamenteel kennis die niet gelijk toepasbaar is. (ontwikkelen/ verfijnen van theorie/kennis over
basale mechanismen)
Praktijkgericht ontwikkelen van oplossingen voor praktische problemen
, Weet hoe de hiërarchie van kennis is opgebouwd en kan hier conclusies aan verbinden ten aanzien
van de sterke van het bewijsmateriaal.
Ten eerste zijn er verschillende designs van onderzoek
-niet wetenschappelijk
4 meningen van experts
5 rapportages van enkele casussen
1 tijdsaspect
cross sectioneel vs longitudinaal
Cross sectioneel (transversaal/ dwarsdoorsnede onderzoek)
alle metingen worden op één moment gemeten
kan enkel samenhang aantonen, niet causaal verband
Longitudinaal
metingen op verschillende momenten
Mogelijk om een causaal verband aan te tonen
Onder tijdsaspect kan er ook gekeken worden naar retrospectief vs prospectief
retrospectief – is in het verleden
Prospectief – is in de toekomst
2 manipulatie
Observationeel vs experimenteel
observationeel (niet experimenteel)
-geen ingrijpen/manipulatie door onderzoeker. Slecht observeren van fenomenen.
-mogelijke vertekeningen door bijvoorbeeld selectie bias
Experimenteel
-onderzoeker grijpt in/manipuleert de onderzochte
-maakt het mogelijk om bronnen van vertekeningen uit te sluiten: alternatieve verklaringen uit te
sluiten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller luukAVANSVerpleegkunde. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.48. You're not tied to anything after your purchase.