Biologie voor jou (7e ed) vmbo-t/havo/vwo werkboek 2a+b
Deze samenvatting gaat over het 3e hoofdstuk, van boek 2a.
Basisstoffen 1, 2 en 3 zijn hierin samengevat.
De samenvatting gaat over Bloed, De Bloedsomloop en het Hart.
Alvast sorry voor als er eventuele spelfouten in zitten.
Zelf heb ik hier afgerond een 7 mee behaald!
Sterkte met leren hi...
Basisstof. 1 Bloed
Bloed bestaat 55% uit de vloeistof bloedplasma. Voor de rest (45%) uit rode bloedcellen,
witte bloedcellen en bloedplaatjes.
Functie van bloed is vervoer van alles wat nodig is om lichaam laten functioneren.
Koolstofdioxide en andere afvalstoffen worden afgevoerd door bloed.
Bloedplasma bestaat 7% uit eiwitten (plasma-eiwitten) en 91% uit water.
De rest van het bloedplasma uit opgeloste stoffen in het water, o.a. mineralen.
Fibrinogeen is een van de plasma-eiwitten. Het vervult een functie bij bloedstolling.
Bloedplasma vervoert veel stoffen o.a. voedingsstoffen, afvalstoffen (zoals koolstofdioxide)
en (een beetje) zuurstof.
Rode bloedcellen hebben vorm van kleine ronde schijfjes, in midden dunner dan aan rand.
Ze hebben geen celkern. In één kubieke millimeter (1mm = 0,001ml) bloed zitten ong 5
miljoen rode bloedcellen.
Ze vervoeren vooral zuurstof. En bevatten het eiwit hemoglobine, het heeft rode kleur.
Hemoglobine kan zuurstof vasthouden en loslaten.
In longen nemen rode bloedcellen zuurstof op -> en in andere organen geven ze het af.
Witte bloedcellen hebben wel celkern. De cellen hebben geen vaste vorm, daardoor kunnen
ze door kleine openingen in wand van kleinste bloedvaten heen.
In één kubieke millimeter bloed, zitten ong 7 duizend witte bloedcellen.
Ze kunnen ziekteverwerkers, als bacteriën en virussen, onschadelijk maken.
Eén witte bloedcel doet dat door ziekteverwerkers op te nemen en kapot te maken.
Witte bloedcel gaat hierbij meestal ook zelf dood.
Bloedplaatjes zijn geen cellen, maar delen uiteengevallen cellen.
Ze hebben geen celkern. In één kubieke millimeter bloed, zitten ong 300 duizend
bloedplaatjes.
Bloedplaatjes zijn nodig voor bloedstolling, ze bevatten stoffen die zorgen dat bloed stolt als
het buiten bloedvaten komt.
, Basisstof. 2 Bloedsomloop
Bloedvatenstelsel van mensen bestaat uit het hart en de bloedvaten.
Je hart pompt bloed door bloedvaten.
De weg die bloed door lichaam aflegt, noem je de bloedsomloop.
Er zijn 3 typen bloedvaten: slagaders, haarvaten en aders.
Hart pompt bloed in slagaders -> door slagaders stroomt bloed met kracht weg van hart,
naar organen toe. In organen vertakken slagaders zich in fijnere bloedvaten.
Wand van bloedvaten wordt daarbij steeds dunner.
Kleinste bloedvaatjes heten haarvaten. Wand van haarvaten is één cellaag dik.
Haarvaten komen samen in grotere bloedvaten, de aders.
-> Door aders stroomt bloed terug naar hart.
Slagaders en aders hebben naam van orgaan waar ze naartoe of vanaf lopen.
Vb. Door beenslagaders stroomt bloed naar de benen toe; door beenaders stroomt bloed
uit de benen weg.
2 aders en 1 slagader van het hart hebben afwijkende namen:
Onderste holle ader, bovenste holle ader en aorta.
De poortader is ook een uitzondering. De ader vervoert bloed uit wand van het darmkanaal
naar de lever.
Dit bloed is zuurstofarm, omdat in darmkanaal zuurstof verbruikt wordt voor verbranding.
In dunne darm, worden voedingsstoffen opgenomen in het bloed.
Samenstelling van bloed in poortader kan hierdoor erg wisselen:
Na een maaltijd bevat bloed veel voedingsstoffen.
Het hart is een dubbele pomp. Rechterhelft van hart pompt bloed naar beide longen.
Vanuit daar stroomt bloed weer terug naar hart.
Dit deel heet, de kleine bloedsomloop. Hierin wordt zuurstof opgenomen in bloed en
koolstofdioxide afgegeven aan lucht. Dit gebeurt in de longen.
Vanuit kleine bloedsomloop komt bloed in linkerharthelft. Deze helft pompt bloed door
organen in het lichaam. -> vanuit organen stroomt bloed terug naar rechterharthelft.
Dit heet de grote bloedsomloop.
Daarin worden zuurstof en voedingsstoffen (o.a. glucose) afgegeven aan cellen en
koolstofdioxide en andere afvalstoffen opgenomen in het bloed.
Per omloop stroomt bloed 2x door hart.
Daarom noem je bloedsomloop bij mensen, een dubbele bloedsomloop.
Dat komt voor bij zoogdieren (dus ook mensen) en vogels.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maartjestruike29. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.