• Belangrijke begrippen: bevoegdheidsverkrijging (legaliteit) bestuursorgaan, besluit en
belanghebbende.
• Bronnen van bestuursrecht.
- Het bestuursrecht kun je vinden in:
1. Het internationale recht.
2. De nationale wetgeving.
3. Jurisprudentie.
4. Het ongeschreven bestuursrecht.
]=
1. De nationale wetgeving.
De nationale wetgeving bestaat uit een groot aantal bestuursrechtelijke wetten in formele zin
(dit zijn wetten die door de regering en de Staten-Generaal worden vastgesteld (art 81 GW).
VB: de gemeentewet, de grondwet en de wet op raad van state.
2. Het ongeschreven bestuursrecht.
Het ongeschreven bestuursrecht wordt ook wel gewoonterecht genoemd.
Het vertrouwensbeginsel en rechtszekerheidsbeginsel zijn ongeschreven beginselen waar de
overheid rekening mee moet houden en waarop de burger beroep kan doen.
Het vertrouwensbeginsel: Algemeen beginsel van behoorlijk bestuur dat voorschrijft dat een
burger erop moet kunnen vertrouwen, dat een bepaalde toezegging van een bestuursorgaan
ook nagekomen wordt of een wettelijke bepaling wordt nageleefd.
Het rechtszekerheidsbeginsel: De overheid moet haar besluiten zó formuleren dat de burger
precies weet waar hij aan toe is of wat de overheid van hem verlangt. Bovendien moet de
overheid de geldende rechtsregels juist en consequent toepassen.
Het specialiteitsbeginsel: houdt in dat de bevoegdheid van de overheid alleen kan worden
aangewend voor het specifieke doel waarvoor die wet is bedoeld. Indien de overheid zijn
bevoegdheid voor een ander doel gebruikt is er sprake van: detour-nement de pouvoir.
• Openbare lichamen.
, 1. Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Overheidsmacht is verspreid over
verschillende niveaus. Op elk van deze niveaus treffen we openbare lichamen aan. Deze
openbare lichamen bezitten rechtspersoonlijkheid (art 2:1 BW).
1. De staat: een minister.
2. De provincie: de provinciale staten, gedeputeerde staten en de commissaris van de
koning.
3. Gemeenten: de gemeenteraad, wethouders en burgemeester en het college van B&W.
• Overheid en privaatrecht.
De openbare lichamen bezitten rechtspersoonlijkheid. De overheid staat gelijk met een
natuurlijk persoon (art 2:5 BW). De overheid kan allerlei overeenkomsten aangaan en
bijvoorbeeld eigenaar zijn van roerende en onroerende zaken.
De overheid die als ‘burger’ optreedt, moet rekening houden met de algemene beginselen van
behoorlijk bestuur (art 3:1 lid 2 AWB en art 3:14 BW).
• Communicatie met de overheid.
Communicatie tussen de burgers en de overheid kan op allerlei manieren plaatsvinden:
schriftelijk, mondeling en digitaal. Burgers kunnen zich direct in verbinding stellen met de
overheid, maar kunnen ook gebruik maken van een gemachtigden, zoals een advocaat.
De Awb kent daarvoor enkele regels. Volgens (art 2:1 AWB) kan iedereen zich in het verkeer
met bestuursorganen laten bijstaan of door een gemachtigde laten vertegenwoordigen. Met
laten bijstaan wordt bedoeld iemand binnen jouw contacten jou begeleid. De overheid mag
bijstand of vertegenwoordiging weigeren als tegen de persoon ernstige bezwaren bestaan. De
overheid mag een gemachtigde zoals een advocaat niet weigeren (art 2:2 AWB).
• Kennisvragen:
1. Wat is bestuursrecht: Het bestuursrecht is het geheel van rechtsregels die de
bestuurlijke bedrijvigheid beheersen van overheidsorganen die tot de uitvoerende
macht behoren. Het is onderdeel van het publiekrecht.
, 2. Wat wordt onder formeel bestuursrecht verstaan: Het formele bestuursrecht (het
bestuursprocesrecht) gaat over de bescherming en handhaving van de rechten, plichten
en belangen van burgers en de overheid. Daarin zijn bijvoorbeeld de procedures te
vinden om bezwaar te maken tegen een overheidsbesluit.
3. Wat wordt onder materieel bestuursrecht verstaan: Het materiële bestuursrecht gaat
over de juridische normen die gelden in de relatie tussen bestuur en burger en over de
verhouding tussen organen van het bestuur onderling. Het gaat daarbij onder meer om
regels waaraan de overheid zich moet houden bij het nemen van besluiten.
4. Wat wordt onder algemeen bestuursrecht verstaan: De Awb beoogt voor die
onderwerpen die op veel terreinen van bestuursrechtelijke wetgeving een rol spelen,
een algemene regeling te treffen. Er komt dan een geheel van algemene regels tot stand
die steeds van toepassing zijn, zodat de bijzondere wetgever niet meer in de daar
geregelde onderwerpen behoeft te voorzien.
5. Wat wordt onder bijzonder bestuursrecht verstaan: Het bijzonder bestuursrecht richt
zich op een bepaald onderdeel van het bestuursrecht. Het vreemdelingenrecht,
belastingrecht, milieurecht en het ruimtelijk bestuursrecht zijn voorbeelden van
onderwerpen die in speciale (bijzondere) bestuursrechtelijke wetten worden geregeld.
6. In welke bronnen vind je bestuursrecht: Het bestuursrecht kun je vinden in het
internationale recht, de nationale wetgeving, jurisprudentie en het ongeschreven
bestuursrecht.
7. Wat houdt het legaliteitbeginsel in: Het legaliteitsbeginsel gaat over twee dingen: ten
eerste moet alles wat de overheid doet, gebaseerd zijn op de wet. Ten tweede mogen
(de meeste) nieuwe wetten niet met terugwerkende kracht worden toegepast.
8. Wat houdt specialiteitsbeginsel in: houdt in dat de bevoegdheid van de overheid alleen
kan worden aangewend voor het specifieke doel waarvoor die wet is bedoeld. Als de
overheid zijn bevoegdheid voor een ander doel gebruikt is er sprake van: detour-
nement de pouvoir.
9. Welke openbare lichamen zijn er: rijk, provincie, gemeente, waterschappen en
belastingdienst.
10. Wanneer mag de overheid bijstand of vertegenwoordiging weigeren: als tegen de
persoon ernstige bezwaren bestaan. Een advocaat mag niet worden geweigerd.
11. Wanneer is communicatie langs elektronische weg mogelijk: fax, e-mails en sms-
berichten.
• Bevoegdheidsverkrijging.
Een bestuursorgaan kan op drie manieren een bevoegdheid verkrijgen, dit kan op basis van:
1. Attributie: attributie is het toekennen van een nieuwe bevoegdheid. Bij attributie wordt
een bevoegdheid in het leven geroepen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller abirchaouki. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.89. You're not tied to anything after your purchase.