In deze samenvatting staat alles wat er in de les is behandeld door Ann Martens over de gewrichten. Ook in bundel verkrijgbaar met de rest van de onderdelen van dit vak.
Anatomie en fysiologie
We zullen het voornamelijk hebben over diarthrodiale gewrichten:
- Been/subchondraal been
- Gewrichtskraakbeen
- Gewrichtsbanden
- Gewrichtskapsel
o Fibreus, synoviale membranen
- Synoviaal vocht
- Discus/meniscus
Onder het gewrichtskraakbeen bevindt zich de subchondrale beenplaat =
opvang van krachten. Er is tussen het kraakbeen een
kleine overgangslaag van verbeend kraakbeen (rode met
blauwe zone op foto). Hieronder zit subarticulair bot
bestaande uit trabekels.
Gewrichtskraakbeen
- Chondrocyten (2%)
- Extracellulaire matrix:
o Water (75%)
o Collageen II (15%)
o Proteoglycanen (10%): aggrecan
- Geen bloedvaten, geen lymfevaten, geen
zenuwen (pijn aan KB zelf kan dus niet!)
Het collageen maakt het kraakbeen sterk (groene
vezels). Ze zijn horizontaal, kriskras, maar ook verticaal
gepositioneerd. Dit collageen is verweven met de
proteoglycanen: eiwit en glycosaminoglycanen. Deze
proteoglycanen trekken water aan.
Dit alles vormt een netwerk met elkaar die gezamenlijk
water zullen vasthouden. Duwen op kraakbeen =
water uittrede (met ook afvalstoffen) naar
gewrichtsholte. Bij lossen zal het water (afkomstig uit
het bloed eigenlijk) weer opgenomen worden (samen
met voedingsstoffen vanuit het gewrichtsvocht).
Daarom is bewegen zo belangrijk: voeden van het
kraakbeen.
,Chondrocyten
- Produceert de extracellulaire matrix
o Collageen
o Proteoglycanen
- Ronder of meer afgeplat naargelang ligging (zie paarse plaatje)
- Proteolytische enzymen zorgen voor afbraak
o Het is eigenlijk een continue balans van aanmaak en afbraak = homeostase
o Deze turn-over is zeer traag
Gewrichtskapsel
Een gewrichtskapsel bestaat altijd uit twee delen:
- Fibreus kapsel = verderzetting van het periost (collageen type I en elastine)
o Stabiliserende functie
o Buitenkant van het kapsel
- Synoviaal membraan
o Intima: 3-4 lagen synoviocyten zonder basale membraan
Synoviocyten A: fagocytose + ontstekingsmediatoren vrijstellen
Synoviocyten B: hyaluronzuur produceren (dus niet van chondrocyten
afkomstig)
o Subintima: losmazig bindweefsel en bloedvaten en zenuwen
Deze bloedvaten zorgen voor de vorming van synoviaal vocht, afvoer van
afvalstoffen en de aanvoer van nutriënten
Synoviaal vocht
Dit vocht bestaat uit twee delen:
- Niet-specifieke component = filtraat van het plasma van het bloed
o Glucose, zuurstof, water, CO2
o Eiwit (<3 g/dl), WBC (50-500/mm3) en PMN (<10%) etc is te groot en kan er niet door
Deze getallen gebruik je als parameters om afwijkingen van het vocht te
kunnen vaststellen
- Specifieke component = hyaluronzuur, lubricine
o 0,3-1,5 mg/ml
o Heel hoge turn over
Gewrichtsbanden
Deze banden zorgen zowel intra- als extra-articulair stabiliteit aan het gewricht. Het bestaat uit
sterk georiënteerd bindweefsel (type 1). De spanning op de banden is afhankelijk van de positie
van het gewricht.
Menisci en disci
Deze zitten in de knie en in de kaak = bevordering congruentie van de gewrichtsvlakken.
, Gewrichtsfysiologie
De hoeveelheid vocht in een gewricht is variabel per gewricht. Als je een naald in een gewricht zou
steken is het normaal dat er niet direct vocht uitloopt. Het moet er niet uitspuiten = abnormaal. In
een gewricht dat niet overbelast is, is er vaak een onderdruk naald erin betekent aanzuigen van
lucht. Deze onderdruk zorgt ervoor dat het vocht op elk oppervlak zal gaan zitten in het gewricht =
goede smering = top.
Opvang krachten:
- Kraakbeen: verplaatsing water = beperkt
- Vervorming van subchondrale beenplaat = belangrijker
o Beperkt aantal microfracturen kunnen ontstaan en dit kan gewoon hierna helen
o Deze kleine fracturen en de heling ervan zorgen eigenlijk voor een verandering van
de vorm van de subchondrale beenplaat (voornamelijk bij jonge dieren die voor het
eerst gaan wandelen zal dit nog veel veranderen)
Smering
Hyaluronzuur speelt een heel belangrijke rol in het smeren van voornamelijk de weke delen van het
gewricht. Bij kraakbeen is er bij hoge druk (belasting) voornamelijk een hydrostatische smering. Bij
lage druk (geen belasting) juist de glycoproteïnen.
Heling van kraakbeen
Bij kraakbeen kan er sprake zijn van oppervlakkige of diepe defecten.
- Oppervlakkig defect
o Geen inflammatoire reactie
o Beperkt intrinsiek herstel: proliferatie naburige chondrocyten > EC
matrix
o Meestal: geen progressie letsels en geen invloed op de
gewrichtsfunctie
o Aanpak = conservatief om letsel niet te laten verdiepen
o Over het algemeen niet pijnlijk, geen bloeding
- Diep defect
o Letsel tot op subchondrale beenplaat
o Subchondrale beenplaat bevat wel bloedvaten
o Wel bloedingen, klonter > granulatieweefsel > fibroblasten vanuit
bloedvatwanden > collageen vormen (1 en 3)
o Fibroblasten doen ook aan metaplasie: chondrocyt worden en dan
type 2 collageen en aggrecan vormen = herstel van het letsel
o Kraakbeen kan wel herstellen, maar nooit zoals voorheen. Het is een
regeneratie en na de heling spreken we van fibrocartilago
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller koetjesUA. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.