Persoon familie en erfrecht wordt geregeld in het Burgerlijk wetboek
deel 1.
Materieel / Boek 1 BW + wet- en regelgeving van publiekrechtelijke
aard
Formeel / Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (Rv) en
procesreglementen
Veel dwingend recht.
Personenrecht -> regelt de rechtspositie
Familierecht -> rechtsverhouding tussen natuurlijke personen
Verwantschap = art. 1:3 BW
Lid 1 -> Bloedverwantschap: ontstaat wanneer personen van elkaar
afstammen of een gemeenschappelijke stamvader hebben.
Lid 2 -> Aanverwantschap: Ontstaat door huwelijk of geregistreerd
partnerschap
Rechte lijn = familie’s die recht van je afstammen. (Vader, opa,
overgrootvader).
Zij lijn = familie’s die langs je heen afstammen. (Oom, neef).
Biologische bloedverwantschap = Bloedverwantschap duidt op de
relatie tussen personen op basis van de geboorte uit bepaalde ouders.
Bloedverwantschap rechte linie/ Ouders en kinderen 1e graad,
grootouders en kleinkinderen 2e graad.
Bloedverwantschap zij linie/ Oom en tante, broer of zus, neef of nicht.
Juridische bloedverwantschap = Juridische bloedverwantschap wil
zeggen het bestaan van een juridische relatie tussen personen, vaak
aangeduid als familierechtelijke betrekking.
,Juridische aanverwantschap = Wanneer een persoon met iemand
trouwt, ontstaat er een juridische relatie tussen die persoon en de
bloedverwanten van de ander. Deze relatie wordt in art. 1:3 lid 2 BW
aanverwantschap genoemd.
(Aanverwantschap ontstaat alleen door een huwelijk of geregistreerd
partnerschap)
Een biologische band vereist?
• Biologische band is niet vereist -> art. 1:3 lid 1 BW (erkenning en
adoptie)
Waarom is dit belangrijk?
⁃ Het speelt een rol in het erfrecht voor de nalatenschap.
Bepaling/ art. 8 EVRM ‘Family Life’
Uit deze bepaling volgt dat iedereen recht heeft op respect voor zijn
familie- en gezinsleven. Ongerechtvaardigde inmenging in de
uitoefening van dit recht door overheidsorganen is niet toegestaan.
Pleeggezin ‘Family Life’
Family Life kan ook bestaan tussen een kind en een niet-bloedverwant.
Een pleegkind kan na een jaar niet zomaar uit het pleeggezin naar een
ander gezin of een residentiële instelling worden overgeplaatst.
Pleegouders kunnen zich hier tegen verzetten met een beroep op
Family Life.
Een naam:
Belang -> Aanduiden van een persoon en onderscheiden van anderen.
Geboorteakte -> Namen zijn opgenomen in de geboorteakte. Dit is
een schriftelijk en ondertekend stuk dat tot bewijs kan dienen. In art
1:4 lid 1 is dit opgenomen.
Authentieke akte -> Een authentieke akte wordt in art. 156 lid 1 Rv
omschreven. Dit is bedoeld om een feit of handeling vast te leggen en
als bewijs te dienen.
Procedures geslachtsnaam:
1. Gehuwde ouders (art. 1:5 lid 4 BW) geen keuze: (art. 1:5 lid 5
BW), of de naam van de vader.
2. Erkenning (art. 1:5 lid 2 BW) geen keuze: naam moeder.
3. Adoptie (art. 1:5 lid 3 BW) geen keuze: geslachtsnaam vader of
als adoptieouders ongehuwd -> kind houdt naam die het heeft.
, Een achternaam:
Wijziging van geslachtsnaam, geschiedt bij Koninklijk Besluit op
verzoek van betrokkene of diens wettelijk vertegenwoordiger (art. 1:7
BW)
Wijzigingsverzoeken worden beoordeeld door Ministerie van Justitie &
Veiligheid
De ambtenaar mag dit weigeren:
⁃ Een scheldwoord
⁃ Een naam die uit veel verschillende namen bestaan
⁃ Een voornaam die tegelijkertijd een achternaam is
Oefenvragen week 1:
1. art. 1:2 BW (belang van het ongeboren kind)
2. Art. 8 EVRM (aanvullendere versie van art. 1:3 BW)
3. Nee dit kan niet (weet alleen niet de achternaam)
4. Dit kan worden gedaan door de desbetreffende zelf bij het
Koninklijk besluit (justis)
5. art. 12 (minderjarige of iemand onder curatele)
6. Ja dit is mogelijk
7. 3 dagen ex art. 1:19e lid 9
Les 2:
In het dagelijks leven wordt met woonplaats bedoeld iemands vaste
adres. De wet maakt onderscheid tussen de eigenlijke en de gekozen
woonplaats. In plaats van woonplaats wordt ook de term ‘domicilie’
gebruikt.
Woonstede = Woonstede wil zeggen het adres waar iemand officieel
woont en is ingeschreven, dit is bepaald in art. 1:10 lid 3 BW
Werkelijk verblijf = Dit is de plaats waar degene feitelijk verblijft.
Woonplaatsen
1. Zelfstandige woonplaats = een woning die voor jezelf dient
(zelfstandig gekocht)
2. Afhankelijke woonplaats = een woning van iemand waarvan je
afhankelijk bent. (Minderjarige en curatele die wonen in een
afhankelijke woning)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emesen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.34. You're not tied to anything after your purchase.