1. Experimentele methode en
verslaggeving
1.1 Hypothese
Te testen verklaring voor een fenomeen
Wetenschap moet falsifieerbaar zijn
o Er moet een observatie gedaan kunnen worden waardoor je deze
hypothese kan ontkrachten
o Je moet een uitkomst KUNNEN bekomen waardoor de stelling ‘onderuit’ gaat, ontkracht is
Bv
o “Er bestaat een immateriële, almachtige God”
Kunnen we niet falsifiëren
o “Alle mensen zijn sterfelijk”
Kunnen we niet falsifiëren: we kunnen nooit weten of iemand niet sterft (we
moeten wachten tot na oneindig)
o “Alle mensen sterven voor ze 150 jaar worden”
Is WEL falsifieerbaar: vanaf er iemand 151 jaar wordt is deze stelling
ontkracht
o “Agressie wordt veroorzaakt door frustratie”
Beide begrippen zijn te abstract om wetenschappelijk te kunnen testen
(immaterieel karakter)
Oplossing: operationaliseren
Om een hypothese te kunnen testen, moeten concepten vaak geoperationaliseerd
worden
o Meting definiëren van niet-rechtstreeks meetbare fenomenen
o Voorbeeld frustratie:
De gemiddelde hoeveelheid stress-hormonen in het bloed
de voorbije zeven dagen
Aantal uren in de file gespendeerd de afgelopen week
Aantal mislukte pogingen om draad door de naald te
krijgen
Vaak moeilijk binnen de klinische psychologie
Statistische hypothesetoetsing:
o Nulhypothese: het gevonden patroon kan verklaard worden zonder het
verband dat de hypothese voorstelt (toeval), hypothese waarbij je zegt dat
er geen verschil is tussen bepaalde groepen, als er toch een verschil is dan
is deze puur toeval
Voorbeeld: gemiddelde IQ van 20 mannen = 100, 20 vrouwen = 110
Men gaat de spreiding gebruiken om de relevantie van dat verschil
te meten
0.06 een verschil van 10 punten: er is 6% kans dat je dit soort
verschil toevallig verkrijgt
2
, Cognitieve - wpo
Algemene regel is p<0.05 = significant (verwerpen nulhypothese)
Het is groter dan 0.05 dus de hulhypothese wordt hier aanvaard:
er is geen significant verschil tussen het IQ van deze 20 mannen en
deze 20 vrouwen
o Alternatieve hypothese: de nulhypothese valt niet vol te houden; dit
patroon is te onwaarschijnlijk p < .05
Alternatieve verklaringen blijven mogelijk
Je hebt niet bewezen dat er GEEN verschil is
Dus kom je minder dan 5% uit: dit is te onwaarschijnlijk
om aan toeval toe te schrijven
Op de rechtse grafiek is de spreiding kleiner gemaakt, de gemiddelden zijn hetzelfde
gebleven
o Hier is het wel heel significant en niet meer toe te schrijven aan toeval
o Je weet niet waarom! (kan je over speculeren/hypotheses rond vormen)
maat je weet wel dat de kans heel klein is dat dit toevallig is (p<0.05)
1.2 Causaliteit
Specifiek aan experimentele methode
o Mogelijkheid om causale verbanden na te gaan
1 of meer variabelen doelbewust gemanipuleerd
Al de rest zo veel mogelijk constant gehouden
Verschillen tussen condities zijn enkel door de
gemanipuleerde variabele
Between/Within Subjects manipulatie
Between: tussen proefpersonen twee groepen, een
groep is de controlegroep, de andere is de experimentele
Within: binnen proefpersonen dezelfde groep
ondergaat zowel de experimentele als de
controleconditie
Onafhankelijke variabele: gecontroleerd door de onderzoeker zelf (bv. dosis caffeïne)
Afhankelijke variabele: variabele die gemeten worden door de onderzoeker (bv.
zenuwachtigheid)
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ameliedekerf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.