100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
uitgebreide samenvatting 4 havo biologie thema 2 - bvj $5.93   Add to cart

Summary

uitgebreide samenvatting 4 havo biologie thema 2 - bvj

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

wat doen hormonen , welke zijn er allemaal en wat voor effect hebben ze? alles staat uitgebreid uitgelegd in deze samenvatting zodat jij het snapt. ook de verschillende celdelingen worden uitgelegd!

Preview 2 out of 8  pages

  • No
  • Thema 2
  • May 26, 2023
  • 8
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Biologie thema 2 smv H4

 celdeling: tijdens voortplanting ontstaan uit de oorspronkelijke cel (de moedercel) 2
identieke dochtercellen, deze bevatten dezelfde informatie voor erfelijke
eigenschappen als de moedercel. Celdeling is van belang bij de voortplanting en de
groei van organisme. Ook kunnen beschadigde en oude cellen worden vervangen.
 Ongeslachtelijke voortplanting: voortplanting waarbij 1 ouderlijk individu is
betrokken. hierbij ontstaan door celdeling nakomelingen die genetisch identiek zijn
aan de ouder.
 Een eencellige doet dit dmv deling: 1 cel deelt zich waarna beide cellen uitgroeien
tot volledige organisme. Bv bacteriën, schimmels, planten.
 Bij meercellige organisme groeit deel van organisme uit tot een nieuw organisme.
kan bij zaadplanten op verschillende manieren: Aardbeien: vormen uitlopers (tak)
waaraan nieuwe groeien. Aardappelen: door knollen. Bolgewassen: door bollen
 Stekken: bekendste methode van kunstmatige ongeslachtelijke voortplanting. Hierbij
snijd je een stuk van een stengel/blad af, op het snijvlak ontwikkelen zich wortels
hieruit kan zich nieuwe plant ontwikkelen.
 Weefselkweek: speciale manier van stekken, waardoor steeds meer plantjes met
dezelfde erfelijke eigenschappen als moederplant ontstaan. (Proces weggelaten)

Leerdoel 2 (bas1) : je herkent etnische en biologische argumenten over klonen
 Klonen: hierbij ontstaan door ongeslachtelijke voortplanting uit 1 organisme
genetisch identieke nakomelingen, en worden erfelijke eigenschappen dus behouden
 worden bij planten veel gebruikt om gunstige erfelijke eigenschappen te
behouden. Met weefseltechniek klonen wordt op grote schaal toegepast bij
kweek: sierbloemen en voedingsgewassen.
 Embryosplitsing: hierdoor kunnen dieren kunstmatig worden gekloond. hierbij
wordt klompje cellen dat na bevruchting ontstaat (embryo), in 2e of 4e gesplitst en
in verschillende baarmoeders geplaatst van bv koe. Zo kunnen ze menselijke
ziektes onderzoeken en medicijnen testen
 Ethische argumenten: voorkeur of bezwaar op grond van een principe of
levensovertuiging, bv dat klonen tegen de natuur in gaat
 Biologische argumenten: voorkeur of bezwaar op grond van medisch risico of
biologisch gevolg, bv dat klonen soms afwijkingen hebben of jong overleiden.

Leerdoel 3(bas1): je kent de gebeurtenissen tijdens de celcyclus
 erfelijke eigenschappen van een organisme liggen vast in het DNA. Voor de celdeling
verdubbeld hoeveelheid DNA in de cel, hierbij worden de chromosomen gekopieerd
(dragers van DNA in celkern). Elke nieuwe cel krijgt vervolgens set chromosomen: 1
helft is oorspronkelijk materiaal van moedercel, 1 helft is exacte kopie daarvan
 Celcyclus: bestaat uit interfase en mitose. (Foto1) eindigt als cel veroudert en sterft
 Interfase: periode tussen 2 celdelingen in. Tijdens interfase vind verdubbeling van
chromosomen plaats, ze zijn in deze fase niet zichtbaar. Bestaat uit fases:
1. G1-fase: elk chromosoom bestaat uit 1 chromatide. Vind plasmagroei plaats
2. S-fase (synthesefase): hierin vind DNA-synthese/replicatie plaats: er wordt van
elk DNA-molecuul een kopie gemaakt (DNA verdubbeld voorafgaand celdeling).
De kopie blijft tijdelijk vastzitten aan oorspronkelijke DNA.
Zolang DNA-moleculen nog aan elkaar vastzitten zijn het: chromatiden. (Foto2)
Na S-fase bestaat chromosoom uit 2 chromatiden, 4 DNA-moleculen
3. G2-fase: aanmaak belangrijke stoffen celdeling, voorbereiding celdeling
4. M-fase: tijdens deze fase deelt de kern (mitose) en dan de cel
 G0-fase: cellen zijn in rust, er streden geen delingen op
 Op 2 momenten controleerd controlesysteem van cel of stappen wel goed verlopen,
(tussen G1 en S-fase en na G2-fase) als dit zo is gaat de cyclus verder.


1

,  Mitose: tijdens dit proces deelt eerst de kern en daarna de cel. Dit vind in fases
plaats(foto3). Dit is bij planten,dieren en schimmels het begin van celdeling. Na deling
vormen nieuwe cellen celplasma en celorganllen nemen toe(foto4).
Fase 1: chromosomen zijn verdubbeld (interfase), en zijn zichtbaar. 2 chromatiden.
Fase 2: kernmembraan verdwijnt, vanuit 2 kanten van cel ontstaan draden die een
soort koepel vormen om chromosomen heen.
Fase 3: chromatide liggen op een rij aan elkaar vast. Draden hechten aan op de
plaats waar chromatiden aan elkaar vast zitten.
Fase 4: draden krimpen en trekken chromatiden uit elkaar. Van elk chromosoom
wordt 1 chromatide naar 1 kant van cel getrokken.
Fase 5: de chromosomen (die uit 1 chromatide bestaan) vormen 2 celkernen.
Hieromheen ontstaat nieuw kernmembraan, tussen 2 kernen snoert de cel zich in, er
ontstaan 2 dochtercellen. Cytoplasma wordt verdeelt en er ontstaan celmembranen.
 Omdat chromosomen waren verdubbeld en daarna gesplitst bevatten beide
kernen hetzelfde aantal chromosomen als de moedercel.

Leerdoel 4(bas2): hoe door meiose geslachtscellen ontstaan en hoe bevruchting verloopt.
 Celfusie: samensmelting de inhoud van 2 cellen (ook de kern). Vind geslachtelijke
voortplanting door plaats. Dit is begin van levenscyclus. Hierdoor komt de inhoud van
de zaadcel in eicel (DNA) Krijgt nakomelingen die net iets anders zijn dan ouders.
 Het aantal chromosomen per celkern is voor elk organisme constant, dit veranderd
niet door geslachtelijke voortplanting. Om deze ook constant te houden vind een
reductie van aantal chromosomen plaats tijdens de productie van geslachtscellen.
 Geslachtscellen: bevatten in hun kern maar de helft van de chromosomen, bij de
vrouw zijn dit eicellen bij de man zaadcellen.
 Lichaamscellen: alle andere cellen die niet tot geslachtscellen behoren.
 Bevruchting: hierbij fuseren 2 geslachtscellen, er ontstaat uit 2 haploide cellen 1
diploide cel —> diploide zygote.
 Zygote: bevruchte eicel. Waarin dus 1 paar uit 1 geslachtscel in zit en 1 paar uit
geslachtscel 2 in zit, samen 2 paren bevat en is diploid
 Diploid: zijn alle lichaamscellen. Elk chromosoom komt 2x voor in lichaamscel: paren
en wordt weergegeven met 2n, n is aantal haploide chromosomen.
 Haploid: zijn geslachtscellen. Elke geslachtscel bevat 1 set chromosomen. Word
weergegeven met n.
 Meiose/reductiedeling: proces waarbij het aantal chromosomen van een cel wordt
gereduceerd. En bestaat uit de delingen: meiose I en meiose II. Bij deze vorm van
deling worden geslachtscellen geproduceerd
 Meiose I (reductiedeling): deelt 1 diploide cel (2 paren), zich in 2 haploide cellen
(2 x 2 paren los). 2n —> n + n
 Meiose II: ontstaan uit 2 haploide cellen vier haploide dochtercellen (zie foto5).
Deze kunnen zich ontwikkelen tot geslachtscellen. n + n —> n + n + n + n.

Leerdoelen 5 (bas2): je weet hoe geslachtelijke voortplanting bij bloemplanten plaatsvind
 Bloemen zijn voortplantingsorganen: ze hebben een belangrijke functie bij
geslachtelijke voortplanting van planten. Voortplantingsorganen van een bloem:
 Meeldraden: in de knoppen hiervan vind meiose plaats, de ontstane haploide
cellen ontwikkelen zich als stuifmeelkorrels (mannelijk gedeelten)
 Stamper: bevat vruchtbeginsel met 1 of meer zaadbeginsels, in elk zaadbeginsel
ontstaat 1 eicel na meiose (vrouwelijk gedeelte)
 Na bestuiving komen stuifmeelkorrels op de stempel terecht. Uit stuifmeelkorrel groeit
stuifmeelbuis door de stijl naar een zaadbeginsel (foto6).
 Bevruchting: kern van stuifmeelkorrel versmelt met kern van eicel, ontstaat zygote
 Na de bevruchting ontwikkeld zich zaad uit zaadbeginsel , als dit op geschikte bodem
terecht komt kan het ontkiemen en uitgroeien tot plant
- Zaad: bestaat uit een kiem en een voorraad voedsel

2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noemidemooij. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.93
  • (0)
  Add to cart