Hierbij een samenvatting van de voorgeschreven literatuur van het vak psychodiagnostiek in de gezondheidszorg. Het betreft hier boekhoofdstukken en de verplichte artikelen.
Psychologische diagnostiek in de GGZ
Auteur: Jan Derksen Loes Immens
Uitgever: Pen Tests Publisher
Nederlandstalig 250 pagin...
Very nice overview, lots of bulletpoints and clearly written!
By: lottesirks • 6 year ago
Translated by Google
Very nice concise summary. Everything was in it and clearly designed. Recommended!
By: elisemussche • 6 year ago
Seller
Follow
xEvy
Reviews received
Content preview
Samenvatting Psychodiagnostiek in de Gezondheidszorg
Hoorcollege
1 .
Boek blz. 9-15, 21-32, 81-97
Wat diagnosticeren we?
Volgens neuropsychologen de relatie tussen het functioneren van de hersenen en gedrag. Voor hen
vormen de hersenen de basis en is het gedrag een afgeleide daarvan. Volgens Kurt Lewin is gedrag
een functie van de persoon en de omgeving: Behavior = Function (Person, Environment). De
omgeving wordt in dit boek uitgelegd als: de directe sociale, culturele, fysieke, organische,
anorganische en klimatologische omgeving.
We diagnosticeren zowel voor de persoon bewuste als onbewuste psychische patronen (relatief
stabiel, zoals intelligentie) en processen (relatief beweeglijk, zoals emotieregulatie). We
diagnosticeren niet alleen psychische stoornissen, maar ook patronen en processen die we als
normaal beschouwen. De psychologie, anders dan de psychiatrie, start vanuit de normaliteit.
Wie diagnosticeert er?
Vanaf het niveau van de gezondheidszorgpsycholoog hoort psychodiagnostiek tot de bevoegdheid.
Psycholoog- psychotherapeut, klinisch psycholoog en klinisch neuropsycholoog vallen daar allemaal
onder. Psychiaters zijn ook bevoegd op dit vakgebied. Andere mensen zoals huisartsen
diagnosticeren echter ook.
Kader: over psyche en gedrag
Watson stond in een traditie die we kunnen aanduiden met naïef, eliminatief materialisme; mentale
toestanden zijn taboe, zij moeten uit ons taakgebruik verdwijnen. Stimulus en respons werden
praktisch de enige relevante termen; gedrag is het object van studie en verklaringen worden
eventueel in de hersenen gevonden.
Kant analyseerde tamelijk scherp dat de psychologie zich niet moet meten met de wiskunde en fysica.
Hij gaf toen al aan dat psychische fenomenen geconstrueerd moeten worden. Voorts boog Kant zich
over de experimentele methoden in de natuurwetenschap en beargumenteerde waarom die in de
psychologie stuk zou lopen. Hierbij gaat het in de kern ook over het onvoldoende aansluiten van deze
methoden bij de aard van het object dat in de psychologie onder studie is. De zelfbetrokkenheid, het
gegeven dat observatie leidt tot wijziging van de bestudeerde psychische patronen, kwam daarbij
ook aan bod.
Wat is een psychische stoornis?
Volgens de DSM-5 is een mentale stoornis een syndroom die gekenmerkt wordt door klinisch
significante verstoringen in de cognitie, emotie regulatie of gedrag van een individu die een
disfunctie in het psychologische, biologische of ontwikkelingsproces onderliggend aan het mentale
functioneren reflecteert. Mentale stoornissen worden meestal geassocieerd met significante distress
of onvermogen in sociaal, beroepsmatig of andere belangrijke activiteiten. Een verwachte of
cultureel goedgekeurde respons op een veel voorkomende stressor of verlies, zoals de dood van een
geliefde, is geen mentale stoornis. Sociaal deviant gedrag (bijv. politiek, religieus of seksueel) en
conflicten die primair individueel en gemeenschappelijk zijn, zijn geen mentale stoornissen tenzij de
deviantie of het conflict resulteert in een disfunctie in het individu, zoals hierboven beschreven.
Psychodiagnostiek is meer dan DSM- criteria opstellen maar vereist een case formulation, een
nauwgezette anamnese, psychologische hulp kan ook noodzakelijk zijn bij mensen die niet
beantwoorden aan een van de stoornissen. Het medisch-modeldenken is – als een paard van Troje –
met de DSM- traditie de klinische psychologie binnengeslopen.
,Samenvatting Psychodiagnostiek in de Gezondheidszorg
Over psychische aandoeningen
Lijdensdruk ontstaat door twee processen: in de eerste plaats het ervaren van angst, somberheid,
agressie of psychose, in de tweede plaats doordat de bewegingsvrijheid wordt ingeperkt door de niet
adequaat gereguleerde emoties. Niemand ontkomt in zijn of haar leven aan het ervaren van enige
neurotische klachten. Onder neurose vatten we allerlei:
Typen angsten (paniekaanvallen met en zonder agorafobie, sociale angsten).
Stemmingsstoornissen (meer en minder sterke depressies, agressie)
Psychosomatische klachten, nu vooral lichamelijk onbegrepen klachten of medisch
onverklaarde klachten genoemd, zoals ontwijkend gedrag, afhankelijke opstelling, piekeren.
Neurologische aandoeningen zijn niet aantoonbaar meer aanwezig de laatste 35 jaar, maar vallen
veel meer op; ook milde neurotische klachten leiden tot een versnelde hulpvraag. Van het gedrag, de
communicatie en de expressie wordt veel meer gevraagd dan 40 jaar geleden, het deel van de
bevolking dat behept is met aanleg voor neuroticisme komt gemakkelijker met een hulpvraag. Met
aanleg bedoelen we hier dat het vroegkinderlijk aanwezig is en biologisch gezien gekenmerkt wordt
door een lage angstdrempel en psychologisch door een hiermee samenhangende (milde) verstoring
in de gehechtheid.
Bij de generalistische basis GGZ is momenteel een maximum van maximaal 12 zittingen beschikbaar.
Bij een kleiner del van de ambulante hulpvragers gaan neurotische klachten gepaard met een
dieperliggende grotere kwetsbaarheid: het afweerpatroon is minder goed ontwikkeld. In
psychodynamische termen uitgedrukt kunnen ze minder goed verdringen, ontkennen, isoleren en
rationaliseren en hebben ze hierdoor een groter emotieregulatieprobleem. Ze neigen sneller tot een
sterke beleving, hevige woede, verdriet, wanhoop en verliefdheid, ze idealiseren en devalueren en
kunnen vooral moeilijk ambivalentie verdragen. Het afweerpatroon van deze mensen is de kern van
hun kwetsbaarheid; we zeggen wel dat ze met betrekking tot hun persoonlijkheid functioneren op
een borderline organisatieniveau. Dit organisatieniveau gaat gekenmerkt door splijting, projectieve
identificatie, loochening, omnipotente controle, primitieve idealisatie en primitieve devaluatie.
Kernprobleem is dat intieme relaties voortdurend mislukken, nabijheid leidt uiteindelijk tot splijting
(op deling van het zelf en de ander als helemaal goed of helemaal slecht in reactie op oplopende
angst) en de partner wordt nadat deze eerder werd geïdealiseerd vervolgens gedevalueerd. De
hulpvraag van deze patiënten komt doorgaans in de specialistische GGZ terecht. Om de autonomie te
stimuleren en afhankelijkheid van hulp tegen te gaan is een overzichtelijk aantal zittingen per een
kalenderjaar zinvol.
Er zijn ook mensen met een psychotische kwetsbaarheid of gevoeligheid zoals het u vaak wordt
genoemd- een psychotische persoonlijkheidsorganisatie- die vooral neurotische symptomen laten
zien. Het behandelen van die neurotische symptomen kan tot een doorbraak van de psychose
aanleiding. Specialistische diagnostiek en begeleiding gericht op egoversterking zijn hier aangegeven.
Klinische behandelingen betreffen ruim minder dan 10% van de GGZ- cliënten, de kosten
daarentegen voor deze groep lopen op tot even onder de 50%.
Kader: wat is een ziekte?
Gezondheid is een toestand van volkomen lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welbevinden.
Dit welbevinden lijkt langdurig te moeten bestaan. Nu is gezondheid meer gericht op coping en eigen
regie. Gezondheid wordt dan niet gezien als een doel op zich maar als een middel. Bij ervaren
gezondheid kunnen mensen met een handicap zich nog steeds gezond vinden.
In de rechtspraak en in de keuringspraktijk speelt voortdurend het onderscheid tussen ziekte (een
depressie) en gebrek (bijv. een persoonlijkheidsstoornis) met verschillende consequenties voor de
strafmaat respectievelijk voor de arbeidsongeschiktheid.
, Samenvatting Psychodiagnostiek in de Gezondheidszorg
Ziekte is een toestand van een levend wezen (mens, dier, plant) waarbij een inbreuk op de
gezondheid heft plaatsgevonden. Wanneer je ziek bent is de toestand van gezondheid geheel of ten
dele afwezig en daarmee varieert de ernst. Een zieke lijdt en is hierdoor beperkt in zijn of haar
functioneren, beleven en ervaren op elk vlak (somatisch, psychisch en sociaal).
Een stoornis is een verstoord normaal proces; een verstoorde stofwisseling of bijv. een verstoorde
emotieregulatie. Ziektegedrag is het gedrag dat iemand door ziekte vertoont.
De psychische processen zijn voor het ontstaan in de individuele levensloop (de ontogenese)
afhankelijk van de biologische en sociale processen, maar met het ontstaan beïnvloeden ze op hun
beurt de biologische en sociale patronen. Dit betekent ook dat de psychische processen als
intermediair zijn ontstaan in de fylogenese (in de geschiedenis van de soort) en pas uitbreiding
kregen toen de sociale processen dit vereisten.
Het doel van psychologische diagnostiek
Het meer abstract uitgedrukte doel van de psychologische diagnostiek is de productie van een cluster
theorieën en daaruit afleidbare hypotheses over:
De werkzame mechanismen bij het tot stand komen en in stand houden van de stoornis(sen).
De rol van de persoonlijkheid in relatie tot de klachten.
De bijdrage van intieme relaties en de sociale omgeving aan de stoornis en de persoon.
De indicatiestelling voor een type interventie en behandelaar.
De verwachting van de interventie.
Nadat er via de diagnostische methoden informatie is verzameld, wordt deze in de vorm van een
theorie met elkaar in verband gebracht.
Bij het diathese-stressmodel wordt met diathese de genetische en biologische factoren in het
zenuwstelsel bedoelt. Deze faciliteren de ontwikkeling van een stoornis, de persoonlijkheid en de
cognitieve processen spelen hooguit een bemiddelende rol. Stress wordt opgevat als datgene dat
voorafging aan het optreden van de stoornis. Dit kunnen allerlei sociale gebeurtenissen zijn.
Psychodiagnostiek als proces
Stap 1: Dataverzameling via observatie, gesprek en tests
De eerste stap bestaat uit de verzameling van gegevens met behulp van de drie methoden
(observatie, onderzoeksgesprek en tests). De attitude in deze stap wordt gekenmerkt door
neutraliteit en een streven naar objectiviteit (science). De diagnosticus waakt er in deze fase voor
vroegtijdig tot impressies, oordelen, conclusies etc. te komen. Nadat de neutrale onderzoeker zijn
werk heeft gedaan is de creatieve clinicus aan de beurt.
Stap 2: hypothesevorming
Stap 2 in het proces gebeurt zo creatief mogelijk (art). vanaf het moment dat de diagnosticus zijn
materiaal heeft verzameld, wordt de neutrale ratio geholpen door gevoel, ervaring, intuïtie en
tegenoverdrachtreacties. Het verzamelde materiaal vormen de basis voor het toespitsen van de
gedachten, de ordening van de schijnbare chaos, het opstellen van een verdedigbare rode draad
(geholpen door theorie) waarin de doelstellingen van de psychodiagnostiek worden gerealiseerd in
de vorm van werkhypotheses voor de interventiefase. De holistische attitude van de psycholoog
betekent in deze stap dat het biopsychosociale model wordt toegepast. Een hulpmiddel hierbij is de
HAND:
De duim: somatische stoornissen, heeft deze man lichamelijke pathologie die in verband
staat met zijn klachten? De psycholoog zorgt ervoor dat in stap 1 de benodigde medische
gegevens aanwezig zijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xEvy. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.