Samenvatting van Media effecten uit het 3e kwartiel van het 1e jaar Creative Business verdeeld onder alle hoorcolleges en kennisclips. Met uitleg over alle begrippen en theorieën en hierbij duidelijke voorbeelden voor extra uitleg.
Geslacht: Zelfbeeld van vrouwen is meer verweven met het lichaamsbeeld dan
mannen. - Wel effect op: voorkeur media-inhoud, zelfbeeld/lichaamsbeeld,
voorkeur games. - Geen effect op: angsten t.g.v. media, beïnvloeding reclames,
pestgedrag social media
Leeftijd: - Wel effect op mediavoorkeur, devicevoorkeur, agressie, angsten,
communicatie, (eigenlijk overal op) - Geen (of eigenlijk minder) effect op reclame
Opleidingsniveau/intelligentie: - Heel kleine verschillen bij mediagebruik
(hoeveelheid) - Grotere verschillen bij beïnvloeding (denk aan Facebook
algoritme)
Persoonlijkheid: 5 dimensies: openheid voor ervaringen (Hoe erg sta jij open voor
nieuwe dingen. bijv: zou je naar een nieuwe plek reizen, of liever dezelfde plek),
extraversie (algemeen wat drukkere mensen, houden van prikkels om zich heen,
festivalletjes, feestjes etc.), neurocitisme (Hoe reageer je op negatieve prikkels,
bijv. stress.), conscientieusheid (Heb je je shit voor elkaar. Ben je altijd op tijd
met deadlines, haal je altijd je afspraken.), aangenaamheid (zorgzamer, meer
begaan met hoe anderen zich voelen).
,Week 2. (Hoorcollege Kinderen en media)
De eerste fase van ontwikkeling van kinderen (sensori-motorische fase (0-2 jaar))
hebben kinderen nog geen objectpermanentie, als je een object niet meer ziet is
het er nog wel. Denk dan aan het spelletje kiekeboe. Dieren zoals honden hebben
wel objectpermanentie.
De volgende fase van een kind (pre operationele fase) ontwikkelen ze een eigen
ego, ze weten dat zij een eigen identiteit hebben (2 tot 7 jaar). Kinderen denken
vaak veel aan zichzelf ook op deze leeftijd. Stel je voor dat je aan kind vraagt wat
geven we papa voor zijn verjaardag zeggen ze vaak iets wat zij zelf heel leuk
vinden. Dit is egocentrisch.
Centratie: er is een ding wat je leuk vindt aan het geheel waardoor je het geheel
ook leuk vindt, dit hebben kinderen heel veel. Een komkommer met glitters
bijvoorbeeld kinderen vinden de glitters leuk waardoor de komkommer ook leuk
is.
Conservatie: een hoeveelheid blijft constant en kan niet spontaan meer worden.
1 liter water blijft 1 liter water ook al doe je het ergens anders in. Kinderen
kunnen dit niet inschatten, alles is ook echt wat het lijkt volgens kinderen.
Kinderen en de media:
Programma’s worden aangepast aan het ontwikkelingsniveau, het optimale
niveau van stimulatie. Bij 0-2 jaar zijn felle kleuren, muziek en bewegende
objecten belangrijk. De voorkeuren van die kinderen zijn gezichten muziek en
felle kleuren vooral primaire kleuren. Het verhaal hierbij is veel minder relevant
hierdoor zijn reclames erg geliefd bij deze leeftijdscategorie. Denk aan
sesamstraat of Teletubbies.
2-5 jaar zijn vriendelijke fantasiefiguren en vertrouwde contexten belangrijk. Het
moet zich ergens afspelen wat herkenbaar is voor het kind. Denk dan aan Dora.
Dit speelt zich af in een boslandschap wat ze herkennen. Dora is een vriendelijk
figuur. Er is heel veel herhaling in het programma, dit is goed voor hun
zelfvertrouwen.
8-12 jaar zijn realisme en sociale relaties belangrijk, zij zijn heel kieskeurig op
deze leeftijd. Ze zijn kritisch op aandacht voor detail, ze kunnen fantasie en
realiteit onderscheiden. Sociale cognitie beginnen ze te ontwikkelen. Wat kan je
doen in sociale relaties en wat kan niet. Programma’s met sociale relaties zoals
vriendengroepen zijn geliefd.
Verschillen tussen jongens en meisjes: er is geen verschil tot 1.5 jaar oud.
Verschillenen na de 1.5 jaar zijn in communicatie, ander speelgoed, media
voorkeuren en kleding. Deze voorkeuren komen waarschijnlijk door wat je ze
aanbiedt qua speelgoed, kleding etc. Voorkeuren jongens: sport, actie, geweld,
gevaar en dino’s identificatie is mannen. Welk karakter vind jij het leukst, de
, man. Voorkeuren meisjes: verzorging, relaties, dansen, feeën, prinsessen en
kastelen identificatie is mannen en vrouwen.
Kinderen hebben vaak angst als gevolg van mediacontext gezien dat niet voor
hen bedoeld is.
Perceptuele gebondenheid: kinderen beoordelen wat ze zien, kinderen die jong
zijn hebben perceptuele gebondenheid dus als iemand er gemeen uit ziet is die
gemeen. Direct waarneembare kenmerken bepalen oordeel in plaats van gedrag
wat meer bij volwassenen gebeurt.
Week 2 (kennisclips)
Ontwikkeling van kinderen door Piaget, een Franse wetenschapper. Er zijn
meerdere stadia die een kind doorloopt in zijn ontwikkeling. De eerste 4
zijn:
1. Sensomotorische fase, 0 tot 2 jaar. In die tijd ontwikkeld motoriek,
zintuigen en geheugen. Er is in deze fase nog geen
objectpermanentie: als je het niet ziet bestaat het niet.
2. Pre-operationele fase, 2 tot 7 jaar. In die tijd ontwikkeld taal, nog
meer motoriek, ego ontstaat ze begrepen dat ze een losse identiteit
zijn. Kinderen van deze leeftijd hebben Animisme dit betekend dat
ze denken dat levenloze dingen een leven hebben bijvoorbeeld een
kussen. Het denken kenmerkt bij het egocentrisme en centreren van
dingen (1 ding van het object vinden ze mooi waardoor ze het
geheel mooi vinden).
3. Concreet operationele fase, 7 tot 12 jaar. Hier ontwikkelen ze
reversibiliteit: je kan een procent in je gedachten terugdraaien.
Decentratie: het feit dat je op meerdere aspecten tegelijk kunt
richten en logica ontwikkelen ze. Ze begrijpen de relatie tussen tijd,
afstand en snelheid.
4. Formeel operationle fase, vanaf 12 jaar. Het denken komt los van
het concrete. Hier leren ze logisch te denken, het leren verbanden te
maken en hieruit conclusies te trekken. Deze fase komt bij sommige
kinderen niet voor, dit gebeurt alleen heel weinig of later.
Kinderen hebben hun eigen media voorkeur. Je moet je aanpassen aan het
ontwikkelingsniveau, dus bij het optimale niveau van stimulatie.
1. 0 tot 2 jaar. Zij hebben voorkeur bij felle kleuren, muziek en
bewegende objecten en gezichten. Het is vooral korte content en het
benoemen wat je ziet. Hier is het verhaal niet relevant. Daarom
hebben ze voorkeur voor reclames door rijmpjes en slogans.
2. 2 tot 5 jaar. Zij hebben voorkeur bij vriendelijke figuren en
vertrouwde contexten. Zij hebben interesse in verhaallijn. Ze
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nienke_schanssema. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.10. You're not tied to anything after your purchase.