Samenvatting Opgeloste herhalingsvragen Gemeenschappelijk luik Moens met practicum vragen
1 view 0 purchase
Course
Plantenbescherming
Institution
Hogeschool Gent (HoGent)
Alle opgeloste herhalingsvragen van 2023 met een aantal nieuwe vragen. Ook zitten vragen rond practicum graanhaantje erbij en de uitstap van bayer. hierbij zitten ook de opgeloste vragen rond de cases van sierteelt en openbaar groen
Deel 3: vragen van Moens, gemeenschappelijk luik IPM
- Mr. Moens: 15 min.
- 1 vraag uit de gemeenschappelijke leerstof (LB, GR en PL)
- 1 vraag uit cases Groen en Plant
- 1 vraag uit cases Groen
- 1 vraag pract. graanhaantje
- Opgepast kan verdieping vragen
- Onderlijnde latijnse namen kennen
- Groen betekent sins dit jaar 2023 nieuwe vraag
1. Welke eigenschappen/kenmerken maken een insect tot een plaaginsect? Leg uit aan de hand
van een voorbeeld.
- Trips is een plaaginsect omdat het een aantal kenmerken heeft die het heel moeilijk maakt
om te bestrijden/beheersen: kleine grootte, hoge reproductiecapaciteit, verborgen
levenswijze, snelle ontwikkeling, resistentie tegen veel gewasbeschermingsmiddelen en veel
waardplanten.
- Japanse fruitvlieg: ook hoge verspreidingscapaciteit en tolerant voor verschillende
klimaatomstandigheden
2. Geef de verschillende manieren waarop trips schade kan veroorzaken. Hoe uit dit zich bij prei,
aardbeien en chrysant?
- Algemeen:
o Niet alle trips soorten veroorzaken evenveel schade
o Primair: zuigschade en uitwerpselen
o Secundair: misvormingen en virusoverdracht
- Schadebeeld prei
o Zuigschade vnl. in schacht -> witte vlekken -> lagere kwaliteitsklasse verlies
rendement + cosmetische schade -> lage kwaliteitsklasse
o Virusoverdracht: irisgeelvlekvirus
o Aantasting door secundaire pathogenen vb. alternaria
- Schadebeeld aardbeien
o Prikken in bloembodem → misvormde vruchten (kattenneuzen)
o Zware infectie → vruchtbeginsel volledig vernietigd
o Zilverachtige stippen op bladeren (beperkt)
o Vruchthuid wordt dof, stug en verkleurd = verkurking van de vruchthuid = bronzering
o Scheurtjes in de opperhuid van aardbeien
o Schadedrempel? → soortafhankelijk 2 tot 4 tripsen/bloemetje
- Schadebeeld chrysanten
o Eitjes afgezet in blad of zelf in bloemknop
o Kleine lichte strepen op de bloembladeren
o Uitgroeien van de bladeren → littekenachtige misvormingen
o Overbrenger van virus (Tomatenbronsvlekken virus)
o Ook bladtrips Echinotrips americanus
,Wannes Larsen
3. Geef twee belangrijke tripssoorten en hoe kunnen we soorten morfologisch van elkaar
onderscheiden?
Thrips tabaci (tabakstrips) Frankliniella occidentalis (Californische trips)
Kleiner en lichter in kleur groter en donkerder van kleur
Antennen met 7 segmenten antennen met 8 segmenten
Ocelli zijn grijs ocelli zijn rood
Geen setae op pronotum pronotum met 5 paar setae waarvan 2 paar aan de voorkant
4. Hoe wordt trips op een geïntegreerde manier in de preiteelt beheerst?
- Preventie en onderdrukken van plagen
o Resistente/tolerante rassenkeuze
▪ Economisch standpunt: kostendaling
▪ Commercieel standpunt: hogere productie en minder residu
▪ Ecologisch standpunt: minder milieuvervuiling
- Monitoring
o Blauwe vangplaten (3 vangplaten per perceel )
o Visueel
o Feromoon vallen enkel ♂
o Lokplanten (bv. Petunia)
o Berlese trechter
o Daggradenmodel
o Op basis
▪ van Klimaatgegevens → netwerk van meteorologische stations
▪ Agronomische criteria (zaaidatum, variëteiten, ...)
▪ Levenscyclus van insect
▪ wordt vaak bepaald door de temperatuur (bv. groei, voeding, mobiliteit,
voortplanting, ...)
▪ Onder minimum temperatuur (°C) geen ontwikkeling van het insect
▪ Om naar een volgend ontwikkelingsstadium te gaan zijn er een bepaald
aantal dagen nodig bij een bepaalde temperatuur = vast # DAGGRADEN voor
elke ontwikkelingsfase
o Op basis van de gemeten temperaturen → ontwikkeling van de ≠ generaties trips
simuleren → komst volwassen tripsenvoorspellen
o Gemiddelde temperatuur ([Tmin+Tmax]/2) over 24 uur die hoger is dan
ontwikkelingsnulpunt (T0= 11,5°C)
- Besluit gebaseerd op monitoren en drempelwaarde
o Interventiedrempel: 1 trips per preistaal
- Biologische bestrijding
- Conventionele middelen
o ‘s ochtendsspuiten → door dauw gaat middel beter in schacht lopen
o (vanaf augustus → teveel dauw → afvloeiing van het product)
o ‘s avonds spuiten → volwassen gaan ‘s nachts de schacht verlaten
o voldoende water gebruiken (vooral ‘s avonds): 500 l/ha
o opgelet met mengen → werking middel soms minder efficiënt
o Behandeling met suikerwater en gewasbeschermingsmiddel
o Behandeling gebaseerd op model en monitoring!
o Tijdens vluchtperiode behandelen - in schacht moeilijk te raken
,Wannes Larsen
- Algmeen: Preventie door aangepaste raskeuze: ze kiezen voor een ander ras dat minder
gevoelig is voor trips. Teeltmaatregelen: andere waardplanten in omgeving vermijden en
blauwe vangplaten hangen (monitoring of wegvangen)
5. Wat is het daggradenmodel? Leg uit hoe je dit zal toepassen als je de gemiddelde
dagtemperaturen per maand kent, het ontwikkelingsnulpunt: 11,5°C kent en het volgende
tabelletje
- Een daggradenmodel voorspelt wanneer de plaag in je gewas komt. Je kan de bescherming
van je teelt optimaliseren door je behandeling beter te positioneren in tijd aangezien je kunt
anticiperen op het verschijnen van bepaalde plagen/ziektes.
- Daggraden = bepaald aantal dagen nodig bij bepaalde temperatuur om naar een volgend
ontwikkelingsstadium te gaan.
- Uit de tabel kun je aflezen dat er 95,4 dagen nodig zijn met een gemiddelde temperatuur
hoger dan 11,5°C voor de trips om van ei tot larve over te gaan.
o Om een daggraad te berekenen wordt voor elk uur van de dag de gemiddelde
temperatuur (Tmax+Tmin/2) vermindert met het ontwikkelingspunt (=>uurgraden).
De negatieve waarden worden aangepast naar 0. Deze uurgraden worden opgeteld
en gedeeld door 24 om de daggraad te bekomen. Die daggraden moet je elke dag
optellen en als je aan 95.4 daggraden komt is er een risicoperiode en moet je je
waarnemingen dus verhogen.
6. Wanneer gedurende het groeiseizoen levert Napomyza cichoriischade. Leg uit.
- Tijdens de wortelteelt graven de larven van de witloofmineervlieg gangen in de bladnerven.
Dit leidt tot het vernietigen van de pit/groeipunt. Bij bewaring van deze aangetaste wortels
zal er ook secundaire schade bij die mineergangen zijn: door schimmels zal de wortel rotten.
De larven en eitjes in de wortel kunnen na hun verblijf in de koelcel verdere schade
aanrichten in de forcerie bij de kropteelt. Ze zullen zich daar voeden met de zich ontwikkelde
koppen. Door de zichtbare mineergangen is de krop verloren.
- > In september en oktober (laatste generatie) is er de meeste schade door populatieopbouw
, Wannes Larsen
7. Hoe kunnen we de witloofmineervlieg op een geïntegreerde wijze gaan beheersen?
- Preventie en onderdrukken van plagen
o Oogstresten niet op het veld laten liggen
o Waardplanten in de omgeving vermijden (cichorei, melkdistel)
o Teeltrotatie (min. 3 jaar)
o Blad laag genoeg afsnijden bij worteloogst
- Monitoring
o 3 vangbakken/perceel → bodem geplaatst
o Wekelijks geïdentificeerd en geteld
o Drempelwaarde overschrijden meer als 15 vliegen per referentie perceel
▪ advies verspreiden → percelen in straal van 10 km
▪ checken in eigen perceel
▪ geleide bestrijding
o digitale monitoring: automatische herkenning door fotodataset of
vleugelslagfrequentie
- Besluit gebaseerd op monitoren en drempelwaarde
o Drempelwaarde overschrijden (>15 vliegen/referentie perceel)
- Biologische bestrijding
o Begeleide bestrijding Waarnemings-en waarschuwingssysteem
o Enkel behandelen wanneer nodig → op basis van advies
o Natuurlijke vijanden: sluipwesp (Chorebus leptogaster)
- Conventionele middelen
o Cyantraniliprole
o Benevia
o Kraagbehandeling met spinosad net voor de forcerie
o Functionele Agrobiodiversiteit
o Nieuwe middelen
8. Hoe kunnen we schade van Phytomyza gymnostoma herkennen en bespreek de geïntegreerde
beheersing ervan. (preimineervlieg
- Schade:
o Voedingsstippen: prei en bieslook (Allium): met oviposter gat in bladweefsel en
voeden met plantsap => voedingsstippen in een lijn parallel met blad ->
invalspoorten voor secundaire infecties
o Vraatschade door larven: mineren in de schacht van de prei =>
o Plantmisvormingen en ingangspoorten voor secundaire infecties
- Beheersing:
o Monitoring:
o Voedingsstippen op signaalplanten
o nadelen: niet effectief om vlucht te voorspellen (andere
o Polyfage mineervliegen geven soms ook voedingsstippen
o Gele vangbakken
o veel arbeid om insecten eruit te halen
o beste maatregel, maar weinig selectief en moeilijk te determineren
o => allemaal veel nadelen dus beter werken met daggradenmodel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller WL10. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.84. You're not tied to anything after your purchase.