Beloningen en motivatie:
- Hedonische impact of liking: genot/plezier dat je beleeft aan beloning
- Incentive salience of wanting: drive reduction, het verlangen naar een belonging
Komen samen voor maar soms apart! Gebruiken andere circuits in brein
13.1 Energiehomeostase en eetgedrag
Eetgedrag wordt op lange en korte termijn (diurn patroon) gereguleerd
13.1.1 Langetermijnregulatie: de lipostatische hypothese
Energie-opslag in ons lichaam onder vorm van:
- Glycogeen (spieren + lever, beperkt)
- Triglyceriden (vetweefsel, onbeperkt)
ANABOLISME = glycogeen & triglyceriden opbouwen vs KATABOLISME =
afbreken
Obesitas: E-inname > E-verbruik vs uithongering (starvation): E-inname < E-verbruik
het systeem regelt de inname obv de grootte van de energiereserves in
evenwicht blijven
Lipostatische hypothese: hoeveelheid lichaamsvet bepaalt energie-inname.
Experiment ratten:
- Ondervoeden dan gewichtsdaling na periode van ondervoeding terug
normaal gewicht (a)
- Overvoeden dan gewichtstoename na periode van overvoeding terug
normaal gewicht (b)
Leptine:
- Extreme obesitas indien leptine-deficit
- Vrijgezet door vetcellen circuleert in proportie met vetreserves
- Bindt aan receptoren in nc arcuatus neg feedback op adipositeit
- Vermindering voedselopname & daling lichaamsgewicht
- Parabiose-experiment:
o Ob/ob1-deficiënte muis chirurgisch verbinden met normale muis (incl circulatie)
normalisering ob/ob-muis
- Lage leptinespiegel individu op zoek naar eten + minder E-verbruik overleving
DUS evolutioneel belang, drm veel respons van lichaam bij lage leptinespiegel en weinig
respons indien hoge.
- Verhoogde leptinespiegel α-MSH en CART (anorexigene peptiden) productie door nc
arcuatus
o Humorale respons via nc paraventricularis: toegenomen TSH- en ACTH-vrijzetting in
hypofyse
o Visceromotorische respons via nc paraventricularis: (on)rechtstreekse activatie
orthosympaticus
1
Ob/ob-muis = muis met genetisch defect voor het eiwit leptine obesitas
, o Somatomotorische respons: α-MSH als agonist van MC4-receptor in membraan van
neuronen in laterale hypothalamus inhibitie eetgedrag via laterale hypothalamus
ANOREXIE (vermindering eetgedrag)
- Verlaagde leptinespiegel NPY en AgRP (orexigene peptiden) productie door nc arcuatus
o Inhibitie van humorale respons: afname TSH en ACTH
o Visceromotorische respons: activatie parasympaticus
o Somatomotorische respons: AgRP als antagonist van MC4-receptor in membraan van
neuronen in laterale hypothalamus stimulatie eetgedrag via laterale hypothalamus
OREXIE (verhoging eetgedrag)
A nucleus paraventricularis H α-MSH/CART-neuronen in
B hypothalamus nc arcuatus
C nucleus arcuatus I inhibitie van eetgedrag
D derde ventrikel L laterale hypothalamus
E laterale hypothalamus M nc paraventricularis
F stimulatie vrijzetting ACTH en N nc arcuatus
TSH door voorste hypofyse O stimulatie van eetgedrag
G activatie van P inhibitie vrijzetting
hersenstamkernen en hypofysaire hormonen die
preganglionaire neuronen van ACTH- en TSH-secretie
sympathisch zenuwstelsel controleren
Laterale
hypothalamus
- Elektrische stimulatie induceert eetgedrag en letsels inhiberen eetgedrag. Maar: ook axonen
die door de laterale hypothalamus (medial forebrain bundle) lopen, worden beinvloed.
- MCH (melanin concentrating hormone) neuronen: diffuse innervatie van de cortex, injectie
van MCH induceert eetgedrag (verlengen van duur van eten)
- Orexine (hypocretine) neuronen: diffuse innervatie van de cortex, stimuleert eetgedrag
(initiatie van eetgedrag)