100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Arbeidsrecht 2021 $5.32   Add to cart

Summary

Samenvatting Arbeidsrecht 2021

 32 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Gedetailleerde samenvatting arbeidsrecht 1e jaar Rechtspraktijk Vives. Cursus geschreven en gegeven door R.Hoop, inclusief notities. 68p

Preview 4 out of 68  pages

  • May 31, 2023
  • 68
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Arbeidsrecht
Inleiding
- Arbeidsrecht is onderdeel van sociaal recht  sociaal recht bestaat uit arbeidsrecht en
socialezekerheidsrecht
 = publiek recht
 =Verhouding tss burger en overheid met name rechten op sociale zekerheid (art 23
GW) die burger kan inroepen/opeisen tav de overheid ingeval van “sociale risico’s”
 Eenzijdigheid, dominantie van overheid ( alle regels zijn van dwingend recht,
overheid legt dit op)

- Arbeidsrecht behoort tt privaatrecht = verhouding tussen burgers onderling regelt & als
uitgangspunt hanteert dat burgers in alle vrijheid en als gelijkwaardige partijen met elkaar
juridisch afdwingbare overeenkomsten moeten kunnen afsluiten
 Elk streeft zn eigenbelang na

- Individueel arbeidsrecht= rechtsregels die specifiek betrekking hebben op
arbeidsverhoudingen tussen burgers :
 Werknemer (WN) en werkgever (WG)= individueel arbeidsrecht
 Werknemers en werkgevers = collectief arbeidsrecht

- Collectief arbeidsrecht= rechtsregels hoe de werknemers als groep kunnen overleggen met
werkgever en hoe ze inspraak kunnen hebben over de organisatie van onderneming

- Contractsvrijheid, gelijkwaardigheid van contractspartijen
nuanceren:
o Arbeidsrecht -> dwingend recht of imperatief recht = rechtsregels waarvan men bij
overeenkomst niet mag afwijken
(bv werkgever & werknemer mogen hier niet van afwijken ook al zouden ze dit zelf
willen
o Collectief arbeidsrecht als extra/ eigen bron vn recht = afspraken die gemaakt
worden tss een groep werknemers en 1 of meerdere werkgevers in organisatie, men
kan hier niet van afwijken ook al heeft men niet zelf deze CAO ondertekend
(aanvullend recht= werknemer & werkgever mogen er wel van afwijken)

- Contractsvrijheid= vrij om al dan niet contract aan te gaan, je bent niet verplicht om contract
af te sluiten en je bent vrij om hierin op te nemen wat je wilt en dit in samenspraak met de
andere partijen van het contract ( privaatrecht mogen burgers eigen regels bepalen als ze
onderling zaken met elkaar doen)

- Werkgever & werknemer kunnen zelf beslissen of ze contract sluiten of niet & mogen zelf
beslissen wat erin staat


- Arbeidsrecht bevat dwingend recht  om werknemer te beschermen, de werknemer is
vaker de zwakkere partij in werkrelatie => om zwakke contractspartij te beschermen


1

,Ontstaan van het arbeidsrecht

- 19e eeuw  industrieel- kapitalistische productiewijze => loonarbeid
- Loonarbeid: contract tss werkgever & werknemer ( werknemer afh werkgever)
- Principes vn burgerlijk recht -> gelijkheid & vrijheid => werkten niet zo pos in 19 e eeuw
 Werknemers zwakke positie & gn gelijke onderhandelingspartijen
- Juridische elementen speelden in nadeel werknemers ( art 1781 BW)
- Beroepsgroepen (vakbonden) afgeschaft
- Werkmansboekje (identiteitskaart): zonder dit gn contract afsluiten
- Ontstaan sociale wetgeving (= extra regels ter bescherming vn werkende klasse) door sociale
onrusten
 Sociale wetten ( loonbescherming, vrouwen-kinderarbeid, werkplaatsreglement,
arbeidsovereenkomst…)

- Eind 19e eeuw : politiek probleem
 Arbeidsrecht is uitzonderingsrecht tov burgerlijk recht => wanneer we juridisch probleem
hebben in verhouding werknemer- werkgever dat we eerst in het arbeidsrecht moeten zoeken en
als we daar gn oplossing vinden dat we dan in het burgerlijk recht moeten zoeken

 Arbeidsrecht is beschermend recht voor de werknemer (art 6 WAO) => het is dwingend
recht, beschermd de werknemer, Wet arbeidsovereenkomst (WAO art6)




(strijdige bedingen = clausule= onderdeel van een contract: elke afspraak van een contract
kunnen we zien als een beding- die strijdig zijn met wat in de wet staat en
uitvoeringsbesluiten zijn nietig )


1. Juridische tewerkstellingsvormen
- Levensonderhoud: betaald werken
- Verschillende manieren  verschillende juridische tewerkstellingsvormen = sociale staturen
(met eigen logica, kenmerken, voor & nadelen)

1.1 eerste onderscheid: eigen baas of niet?
- 2 onderscheidingscriteria
1. Werk je onder gezag of niet?
2. Werk je voor publiek of privaat persoon?
- Werken als zelfstandige
 Geen gezag
 Heeft meerdere klanten ‘ overeenkomst van aanneming ‘ ( juridisch bindende
afspraken over werk dat moet verricht worden & vergoeding als tegenprestatie)
(geschillen) burgerlijk en handelsrecht
 Door wetgever als zelfstandig beschouwd : mensen die winst maken met nijverheids,
handels of landbouwbedrijf- bestuurders vn vennootschappen- beoefenaars vn vrije
beroepen




2

,- Werken in dienstverband/ loondienst
 Werkt vr 1 werkgever
 Tijdens uitvoering vn overeenkomst onderworpen aan instructies en richtlijnen vn
werkgever
 Relatie werkgever & werknemer  (geschillen) arbeidsrecht
 Verschil zelfstandige & dienst verband: GEZAG
- Zelfstandig in bijberoep
 Beide vormen combineren
 Zelfstandig & als werknemer voor dezelfde persoon  ‘ gelijkaardige prestaties’:
vermoedt de wet dat prestaties als zelfstandige worden uitgevoerd op basis vn
overeenkomst, gezagsrelatie (art 5bis WAO)

1.2 tweede onderscheid: arbeidsovereenkomst of statuut?
- Verschillende manieren om in dienstverband te werken
 In dienst van een privépersoon (= onderneming of natuurlijk persoon)
 Verbonden arbeidsovereenkomst: werkgever & werknemer of
loontrekkende  sociaal recht
 Onderworpen aan arbeidsovereenkomstenwet (WAO) 3 juli 1978
 Onderscheid: arbeiders- bedienden- handelsvertegenwoordigers-
dienstboden

 In dienst van de overheid (= publiek persoon)
 = ambtenaar
 Dr statuut of rechtspositieregeling (rechten en plichten bepaald dr statuut)
 eenzijdig opgelegd & wijzigen dr overheid => bestuursrecht
 Statuut is een reglement dat vn toepassing is op alle ambtenaren vn
welbepaalde overheidsdienst
 Rechtspositieregeling is vn toepassing op moment dat men benoemd
wordt tt ambtenaar ( overheid kan zaken wijzigen)
 Gn contractbreuk want er is gn contract
 Overheid

 Ambtenaren kunnen niet onderhandelen over inhoud vn statuut
 (statutaire)ambtenaren
 Benoeming of aanstelling  vastheid van betrekking (eenzijdige
rechtshandeling) ( geschillen: raad van state)

 Uitzonderlijk: contractueel overheidspersoneel
 Welbepaalde taken of reden
 Niet verbonden dr statuut  arbeidsovereenkomst onderworpen
aan WAO
 Arbeidsrecht
 (bv reden ->in dienst nemen contracttracers corona, dit is tijdelijke
situatie & overheid is niet verplicht om ambtenaren aan te stellen)
 (bv taak -> die niet specifiek als overheidstaak gezien kan worden,
ook dan kan men contractueel werken- bv gemeentehuis poetsen)




3

,  Dienstverband op basis van leer of stageovereenkomst of overeenkomst voor
beroepsopleiding
 Wetgeving onderworpen sprake vn arbeid & gezagsverhouding
 Centraal staat het leren




2. Aan de slag
2.1 starten als zelfstandige
- inschrijven bij KruispuntBank voor Ondernemingen (KBO) via ondernemingsloket 
ondernemingsnummer ( cijfer dat in contact met overheidsdienst moet worden gebruikt)
- sociaal statuut zelfstandige?
 Inschrijving bij sociaal verzekeringsfonds of nationale hulpkas SVZ (sociale
verzekering der zelfstandigen)
 Inschrijving bij ziekenfonds of nationale hulpkas HZIV ( hulpkas voor ziekte en
invaliditeitsverzekering)
 Zelfstandige betaalt bijdrage voor sociale zekerheid ( berekend obv inkomen
en doorgestort nr RSVZ)  uitkeringen vr zelfstandigen (vr uitkering 
aansluiten bij ziekenfonds)

- Zelfstandige dr eigen fout schade berokkent aan anderen  persoonlijk aansprakelijk &
schadevergoeding  verzekering tegen beroepsaansprakelijkheid

- Zelfstandige zelf personeel  inschrijven als werkgever bij RSZ ( rijksdienst voor sociale
zekerheid- sociaal secretariaat)




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Julie2000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.32. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.32  1x  sold
  • (0)
  Add to cart