3.1 Proza
Proza: Tekst die geschreven wordt in de vorm van spraak. Zodra de vorm het doel van de tekst wordt
(met name de vorm van de regels regels) is er sprake van poëzie.
Als je tot een beargumenteerde interpretatie van een (literaire) tekst wil komen, is het zinvol om het
op afzonderlijk aspecten (personages, tijd, ruimte en motieven) te analyseren. Het kan nodig zijn om
die interpretatie steeds bij te stellen.
Afzonderlijke aspecten en vertel technieken van het proza:
-Fabel en sujet
Hebben beide te maken met hoe je in een samenvatting de chronologie in het verhaal of de roman
weergeeft.
Sujet: Een samenvatting in de tijdsvolgorde zoals in de tekst staat.
Fabel: De echte chronologische volgorde wordt gereconstrueerd. Flashbacks en flashforwards
worden nu in de goede volgorde, samen met en voor/na de gebeurtenissen in het verhaal, geplaatst.
- Plot/intrige
De zeer verkorte weergave van het handelingsverloop in een verhaal. Bijv. Er is een moord gepleegd
en de dader wordt uiteindelijk gepakt.
- Spanning
Een belangrijke reden om als lezer door te lezen. Technieken om spanning in een boek te brengen: -
- Op een spannend moment ophouden en op een andere verhaallijn overgaan
- De ontknoping uitstellen dmv vertragingstechnieken
- De lezer krijgt meer informatie dan het personage
- De lezer op het verkeerde been zetten
- Vragen oproepen
- Alle verhaallijnen samenbrengen op het toppunt van de spanning, wat leidt tot een climax in het
verhaal.
- Motto
Stukje dat vooraf gaat aan de literaire tekst. Staat meestal op de bladzijde na het titelblad of boven
een hoofdstuk.
- Opdracht
Het boek wordt opgedragen aan een of meer mensen.
- Intertekstualiteit
Als er in een literaire tekst verwezen wordt naar een andere (literaire) tekst, film of muziek.
- Perspectief
Personages en gebeurtenissen worden vanuit een bepaald gezichtspunt gepresenteerd.
o Auctoriale verteller of auctoriale vertelsituatie
Een alwetende verteller. Staat zelf buiten het verhaal, maar hoort en ziet alles. Hij kan zich
rechtstreeks tot de lezers richten (expliciet), maar ook door alleen maar zijn mening,
commentaar te geven of door meer te weten dan het personage (impliciet).
o Personale verteller of personale vertelsituatie
Het zich van de lezer blijft beperkt tot wat een personage ziet, hoort, denkt of voelt. Staat
dichter bij de lezer dan een auctoriale verteller.
o Ik-verteller of ik-vertelsituatie
Het verhaal wordt verteld vanuit één persoon, de ik-persoon. Staat nog weer dichter bij de
lezer dan de personale verteller. Vertellend ik: Vertelt over gebeurtenissen die
plaatsgevonden hebben in het verleden. Kan daar commentaar bij geven. Belevend ik: Vertelt
in het verhaalheden. Kan geen commentaar geven op de gebeurtenissen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MG99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.