Begrippen
1. Wat is sociologie?
Sociologische bril (referentiekader): op een andere manier naar de werkelijkheid kijken, we kunnen hierdoor de
achterliggende werkelijkheid ontdekken. De bril waarmee we waarnemen is vaak gekleurd door ons
referentiekader hierdoor gaan we selectief waarnemen. Dit verschilt naar gelang je politieke overtuiging,
godsdienst, cultuur, beroep, studies,…
= een andere manier om naar de wereld te kijken en de werkelijkheid te begrijpen vanuit een sociaal perspectief.
Het gaat erom dat we ons bewust worden van de invloed van sociale factoren op ons denken, handelen en
waarnemen. Onze perceptie van de werkelijkheid wordt namelijk beïnvloed door ons eigen referentiekader. Met
een sociologische bril proberen we deze gekleurde lens/ons referentiekader te herkennen en te doorbreken, zodat
we verder kunnen kijken en de achterliggende werkelijkheid beter kunnen begrijpen.
Sociologische verbeelding: specifieke manier van kijken naar wat met mensen in hun leven gebeurt. Het is een
hulpmiddel om te verstaan wat er gebeurt en betekenis te geven aan hetgeen we waarnemen.
= We leren om naar onze eigen persoonlijke problemen en ervaringen te kijken vanuit een bredere sociale context.
Het is als het ware een 'denkbril' waardoor we begrijpen dat onze individuele problemen niet alleen door onszelf
worden veroorzaakt, maar ook worden beïnvloed door de samenleving waarin we leven. Het stelt ons in staat om
te begrijpen wat er gaande is in onze samenleving en om betekenis te geven aan wat we zien en ervaren.
Vb. Criminaliteit. In plaats van individuele criminelen te beschouwen als 'slechte mensen', onderzoeken sociologen
de bredere sociale context. Ze analyseren bijvoorbeeld hoe armoede, sociale ongelijkheid, gebrek aan
onderwijsmogelijkheden en sociale uitsluiting criminaliteit kunnen beïnvloeden. Door deze bredere context te
begrijpen, kunnen we beter betekenis geven hieraan.
Sociologische invalshoek: de keuzes die mensen maken worden als het ware voorgeprogrammeerd via hun positie
in de samenleving en de maatschappelijke bepaalde verdeling van vorming, kennis, overtuiging en attitude.
= de sociologische invalshoek benadrukt dat individuele keuzes en acties niet losstaan van de sociale context. Ze
worden beïnvloed door hun sociale positie en door bepaalde factoren die verdeeld zijn in de maatschappij zoals
kennis, opleiding, attitude enzovoort.
Sociologie wil de maatschappelijke bewustwording van mensen zoveel mogelijk te bevorderen. Dat is het verband
leren zien tussen de eigen peroonlijke ervaringen en problemen, en de algemeen maatschappelijke
omstandigheden.
Sociologie: maatschappijleer of samenlevingskunde: is de wetenschappelijke benadering van menselijke interactie
op diverse niveaus (micro, meso en macro) dus dat ze de mens niet als individu op zichzelf ziet, maar in al zijn
relaties met de samenleving, de kleine en grote gehele.
= de studie van menselijke interactie op verschillende niveaus binnen de samenleving. Het richt zich op het
begrijpen van hoe mensen met elkaar samenleven in verschillende relaties en verbindingen binnen de
samenleving.
Micro-sociologie: relatie tussen individuen bv. gezin
Meso-sociologie: studie van groeperingen bv. Wijk of buurt
Macro-sociologie: groot samenlevingsverband zoals bv: ‘aantal vaccinaties’ , samenleving, verzorgingsstaat,...
Als MW is het belangrijk om sociologie te gebruiken als een hulpmiddel om de maatschappelijke realiteit te
begrijpen en analyseren. Sociologisch denken helpt ons om breder en kritischer te denken, en om sociale
problemen in een bredere context te plaatsen. Het helpt ons om te relativeren en te begrijpen hoe individuele
problemen verweven zijn met bredere sociale structuren . Door sociologische kennis toe te passen, kunnen MW
effectievere en doelgerichtere oplossingen benaderen voor sociale problemen en bijdragen aan veranderingen in
de samenleving.
Er is een fundamentele sociologische verhouding tussen:
- Speelveld: samenlevingsverbanden
- Spelers: mensen, organisaties, instituties elke speler heeft een rol en een bepaalde positie. Naargelang u
positie heb je een hogere of lagere status (hangt bv af van u job)
- Spelregels: de ‘lijntjes’ van de samenleving het maatschappelijk leven wordt beheerst door regels en
taboes: beleefdheid, huisregels, GAS-boetes, wetten, ...
- Spel: wijze van ‘samen’ leven sociaal handelen, sociale relaties, posities, rollen en status, interactie en
communicatie, verwachtingen … Winnen is het officiële doel.
Tribune: Neemt niet deel aan het spel maar stuurt toch wat er op het veld gebeurt
2. Waarneming
Selectief waarnemen: we kunnen vaak maar een deel van de complexe werkelijkheid waarnemen. Dit komt door
onze referentiekader/ gekleurde bril.
= We nemen maar een deel van de werkelijkheid waar wat we zien, horen, onthouden etc. Dit komt door onze
gekleurde bril/ referentiekader. Dit omdat we kijken naar de werkelijkheid vanuit onze gekleurde bril.
Referentiekader: we zien maar een deel of een aspect van hetgeen wat er is te zien. = “soort filter” sociale
bril Door de verscheidenheid aan sociale brillen, reageren we allemaal anders op hetzelfde gebeuren.
= Een referentiekader is de verzameling van overtuigingen, waarden, normen en ervaringen die een individu heeft
en die zijn of haar perceptie en interpretatie van de wereld vormen. Het fungeert als een soort lens waardoor
informatie wordt gefilterd en betekenis krijgt.
Selective perception: selectief in horen, zien,… bv: ‘als we autorijden, we letten op fietsers, lichten,… maar geen
etalages’.
Selective exposure: selectief in waar we ons voor openstellen
Selective retention: selectief in wat we willen onthouden
Zakelijke werkelijkheid: objectief zoals bv: ‘je komt binnen en je ziet: afwas, uitwerpselen,…’ sociologen streven
hiernaar.
= je kijkt naar de werkelijkheid, zoals die echt is (via feiten).
Beleefde werkelijkheid: definitie van de situatie: zoals bv: ‘je denkt bij het binnenkomen: hier kunnen toch geen
kinderen opgroeien!’ = subjectief
=de manier waarop mensen de werkelijkheid ervaren/interpreteren. Dit is subjectief.
Socialisatieproces: proces waarbij een individu zich in de omgang met anderen de cultuur van zijn omgeving eigen
maakt.
= proces waarbij iemand de waarden, normen en andere cultuurkenmerken van zijn groep krijgt aangeleerd door
de omgang met anderen.
Interactie met anderen beelden een belangrijke rol. Het gaat hierom maatschappelijk beïnvloede beelden.
Zelfbeeld: is een beeld wat je van jezelf hebt dit word sterk beïnvloed door de ervaring dat anderen bepaalde
beelden van ons hebben. Als deze beelden verstart zijn, dan spreek je van een stereotype.
, = beeld dat je over jezelf hebt gevormd in de loop van je leven. Dit wordt beïnvloed door de beelden dat anderen
van ons hebben.
Stereotype: Sterk geschematiseerse voorstelling van de ander en de groepering waartoe die ander behoort. Deze
kunnen zowel positief als negatief zijn. Zoals bv: ‘ alle Aziaten kleur je geel op een tekening’.
= een algemene, vaak simplistische en onjuiste beeldvorming over een bepaalde groep mensen, gebaseerd op
veronderstelde eigenschappen, kenmerken of gedragingen die aan die groep worden toegeschreven. Stereotypen
kunnen leiden tot vooroordelen, discriminatie en onrechtvaardige behandeling van individuen. Deze beelden
maken dus deel uit van ons referentiekader. We leren ze door door de omgang met anderen mensen en het kan
zowel negatief als postief zijn.
Vooroordeel geeft wel een interactie op anderen en is meestal negatief. Zoals bv: ‘inkleurend en dan zeggen dat je
niet meer om gaat gaan met iemand’.
= een negatieve mening die mensen hebben over anderen op basis van veralgemening, zonder dat ze de persoon
persoonlijk kennen. Ze houden zich vast aan de negatieve stereotypen en het is niet gebaseerd op feiten.
Self-fulfilling prophecy: "De selffulfilling prophecy is in aanvang een foute definitie van de situatie die een nieuw
gedrag oproept waardoor de oorspronkelijke foute kijk waar wordt. Deze schijnbare juistheid van de voorspelling
houdt een foute voorstelling van zaken in stand. De voorspeller zal namelijk datgene wat uiteindelijk gebeurd is
aanvoeren als bewijs dat hij van begin af aan gelijk had.”
= situatie waarin een valse overtuiging of voorspelling leidt tot gedrag dat uiteindelijk de voorspelling waar maakt.
Mensen zullen zich hiernaar gedragen, zodat de onjuiste definitie van de situatie ertoe leidt dat het uitkomt.
Vb. Als iemand gelooft dat hij/zij slecht is in wiskunde kan die persoon terughoudend zijn om wiskunde te
studeren, minder tijd en moeite besteden aan het leren en minder zelfvertrouwen hebben tijdens examens. Als
gevolg hiervan presteert de persoon inderdaad slechter in wiskunde, wat de overtuiging bevestigt en versterkt. Het
geloof in de eigen onbekwaamheid heeft uiteindelijk geleid tot het waarmaken van de slechte prestaties.
3. De bouwstenen van de samenleving
Externe factoren: de sociale situatie, de wijze waarop mensen hun samenleving hebben ingericht.
= invloeden of elementen die afkomstig zijn van buiten het individu, zoals sociale omgeving, economische
omstandigheden etc.
Interne factoren: aangeboren eigenschappen van mensen.
= biologische eigenschappen, zoals geslacht, leeftijd of genen.
Psychologisme: (inter)menselijke gedrag uit interne factoren verklaren.
= ze willen het gedrag van en tussen mensen verklaren vanuit aangeboren eigenshappen (interne factoren).
Sociologisme: willen het gedrag van en tussen mensen verklaren vanuit externe factoren, buiten het individu. Deze
factoren zouden een grote invloed hebben op ons gedrag en persoonlijkheid. (vb. P30)
voorbeelden tonen aan dat we ons menselijk gedrag leren door socialisatie.
Nature versus nurture: debat tussen de filosofie en psychologie. Nature: Gaat over het genetische materiaal dat
van de ouders op kind wordt doorgegeven. Nurture: maatschappelijke omgeving waarin een persoon groeit en de
invloed die deze omgeving heeft. = voortdurend-debat
= gaat om de vraag of de aangeboren eigenschappen (nature) of de sociale omgeving waarin iemand oprgoeid
(nurture) een grotere invloed heeft op de ontwikkeling en persoonlijkheid van individuen. Het debat gaat over de
mate waarin genetische factoren versus omgevingsfactoren verantwoordelijk zijn voor onze eigenschappen,
gedragingen en persoonlijke kenmerken. Hoewel het bekend is dat beide een rol spelen, blijft het een blijvend
debat.
Socialisatie: term voor het proces waarbij mensen zich in de omgang met andere de cultuur- en omgangspatronen
eigen maken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jaylocooreman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.