Deze samenvatting bevat alle leerstof voor het tentamen uit periode 4 voor het 1e jaar van de opleiding voeding en dietetiek. onder andere dus het boek competent adviseren en nog een aantal losse artikelen en scans toegevoegd.
COMPETENT ADVISEREN:
Formele organisatie:
Formele organisatie= Geeft aan hoe de organisatie, op papier, behoort te
functioneren.
Dit is vastgelegd in het organisatieschema, de processen in de organisatie en de
functiebeschrijvingen en procedures.
Organisatie:
Organisatie= groep van mensen die samenwerkt om m.b.v. middelen activiteiten uit
te voeren om afgesproken doelstellingen te bereiken.
Middelen zijn bijv. Huisvesting, gereedschap, apparatuur, grondstoffen.
Organigram= een plaatje met alle afdelingen of alle functionarissen die in een
organisatie werkzaam zijn.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen lijn- en stafafdelingen.
Lijnafdeling= sprake van machtsverhouding; baas van afdeling is ook baas van
subafdelingen.
Stafafdeling= kan zaken echter niet dwingend voorschrijven aan afdelingen en geeft
advies of voorlichting.
Processen in een organisatie:
Proces= een aaneenschakeling van activiteiten, in een bedoelde volgorde en met een
beoogd resultaat.
Primair proces= omvat de kernactiviteiten van het bedrijf. Activiteiten waaraan een
bedrijf zijn bestaansrecht ontleend.
Ondersteunend proces= processen die het primaire proces mogelijk maken.
Uitgevoerd door stafafdelingen.
Functiebeschrijving en procedures:
Functionaris= de werkzaamheden van een medewerker.
Functiebeschrijving= hierin staat over het algemeen beschreven wat het doel van de
functie is, plaats binnen organisatie, welke activiteiten, taken en werkzaamheden
erbij horen, welke functie eisen er gelden en wat de benodigde competenties en
opleidingen zijn.
Procedure= Een beschrijving van de wijze van uitvoering van een activiteit of proces.
--> moet praktisch uitvoerbaar zijn.
Werkinstructie= Hierin wordt vastgelegd hoe iets uitgevoerd moet worden. Zijn
gedetailleerder dan procedures.
Handboek= Hierin staan alle procedures en functiebeschrijvingen vastgelegd.
Certificeren= Het aantoonbaar maken voor de buitenwereld dat iets aan bepaalde
kwaliteitseisen of standaards voldoet.
Informele organisatie en organisatiecultuur:
Organisatiecultuur:
, Organisatiecultuur= De wijze waarop de informele organisatie werkt.
Cultuur= de gemeenschappelijke waarden en normen van een groep mensen en de
daaruit voortvloeiende manieren van doen.
Culturele verschillen:
Tegenwoordig werken steeds meer mensen uit verschillende culturen samen. Voor
een goede samenwerking is kennis en begrip van elkaars cultuur belangrijk.
Belangrijke cultuurverschillen:
- Tijdsoriëntatie= in sommige culturen geldt: tijd = geld. Sommige mensen leven
volgens de klok en werken met planningen, agenda’s en deadlines. Andere
culturen hebben minder noodzaak in het halen van deadlines en gebeuren de
dingen als de tijd rijp is.
- Macht= De positie van een manager is in verschillende culturen anders.
- Taalgebruik: Sommige culturen direct sommige spreken in bedekte termen.
- Stemgebruik.
- Handgebaren: hebben per cultuur verschillende betekenis.
- Mimiek.
Analyse cultuurverschillen:
Harrison heeft vier verschillende typen organisatieculturen beschreven:
1. Machtscultuur.
2. Rollencultuur.
3. Taakcultuur
4. Persoonscultuur.
Cultuurdimensies van Hofstede:
1. Machtsafstand: groot vs. klein.
2. Individualisme vs. Collectivisme.
3. Masculiniteit vs. Femininteit.
4. Onzekerheidsvermijding: groot vs. Klein.
5. Tijdsbeleving: lange termijn vs. Korte termijn.
6. Indulgence: De mate waarin mensen wensen en impulsen proberen te
beheersen op basis van de manier waarop zij zijn opgevoed.
4 stappen om samenwerking tussen verschillende culturen te verbeteren.
1. Bewustwording van de eigen cultuur: onderzoek naar eigen normen en
waarden.
2. Verzamel kennis van de andere cultuur. Wat zijn waarden en normen van
andere culturen.
3. Onderzoek en begrip van de culturele verschillen. Proberen met open mind de
verschillen te begrijpen.
4. Aanleren culturele gebruiken van anderen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller icornelissen1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.24. You're not tied to anything after your purchase.