Kennisclip 1:
New media (Digital media): products and services that provide information or
entertainment using computers or the internet, not by traditional methods such as television
and newspapers.
Zeven concepten die kunnen worden gebruikt om verschillende media productief met
elkaar te vergelijken en voor persoonlijke communicatie (Baym):
Mobiliteit: de mate waarin je deze mee kan dragen
Interactiviteit: de mate waarin deze interactie mogelijk maakt
- sociale interactiviteit: het vermogen van een medium om sociale interactie tussen groepen
individuen mogelijk te maken
- technische interactiviteit: het vermogen van een medium om menselijke gebruikers de
machine te laten manipuleren via zijn interface
- tekstuele interactiviteit: de creatieve en interpretatieve interactie tussen gebruikers (lezers,
kijkers, luisteraars)
Temporale structuur: de mate van (a)synchrone communicatie
- asynchrone media: zoals e-mail en voicemail, hebben vertragingen tussen berichten
- synchrone media: zorgen voor een zeer snelle verzending van berichten, zelfs over afstand
Sociale cues: de mate waarin deze visuele, auditieve, contextuele informatie verschaft
Opslag: de mate waarin berichten behouden blijven over tijd
Repliceerbaarheid: de mogelijkheid kopieën te maken
Bereik: de grote van het publiek dat bereikt kan worden
Eigenschappen van sociale media als publieke ruimte (boyd):
Persistentie: het blijvend bestaan van online expressies en content
Zichtbaarheid: het potentieel publiek welke content kan zien
Verspreidbaarheid: het gemak waarmee content gedeeld kan worden
Zoekbaarheid: de mogelijkheid om content te vinden
Kennisclip 2:
Technologisch determinisme: media als oorzaak van sociaal-maatschappelijke
consequenties, de mens staat machteloos en ondergaat de macht van media, essentie van
technologie begrijpen om iets te zeggen over haar sociaal-maatschappelijke impact (geen
oog voor context)
Sociale constructie: technologie, haar gebruik en sociaal-maatschappelijke gevolgen als een
consequentie van sociale factoren (mens, politiek, economie)
Anti-essentialisme: benaderen van technologie als ‘tekst’, ‘geschreven’ door ontwikkelaars,
kennen betekenis toe aan technologie beïnvloed door contextuele factoren, ‘gelezen’ door
gebruikers, interpreteren technologie op basis van contextuele factoren
Social shaping (affordances): sociaal-maatschappelijke consequenties zijn het resultaat van
een samenspel tussen technologie en sociale praktijken
Affordances: de acties/handelingsmogelijkheden beschikbaar gesteld door een technologie
aan een bepaalde actor
1
, Kennisclip 5:
Platformrevolutie: de groei en dominantie van digitale platforms geprezen als motor van
economische vooruitgang en technologische innovatie
Kennisclip 6:
Platformsamenleving: een online wereld waarin platforms het hart van de samenleving zijn
doorgedrongen, de relaties tussen online platforms en sociale structuren, platforms zijn
geïntegreerd met de samenleving
Big five: Apple, Facebook, Microsoft, Google, Amazon
Ecosysteem van platforms:
Infrastructurele platforms: hardware
Intermediaire platforms: bemiddelen tussen infrastructuren en individuele gebruikers
Sectorale platforms: specifieke applicaties die bepaalde sectoren bedienen, zoals het
onderwijs
Publieke waarden: waarde die een organisatie bijdraagt aan de samenleving ten behoeve
van het algemeen welzijn
Anatomie van het platform: data, algoritmen/interfaces, eigendomsrelaties,
bedrijfsmodellen, gebruikerovereenkomsten
Kennisclip 7:
Identiteit constructie (Baym): een reeks essentiële waarheden die door communicatie
kunnen worden onthuld, set van kenmerken die onderdeel uit maken van een gegeven
karakter van een persoon, het is in dit geval statisch
Identiteit als socio-technologische constructie: identiteit is niet statisch en onveranderlijk is,
maar het resultaat voor van een productieproces, het verandert
Media Richness Theory: gemedieerde communicatie vergeleken met face-to-face
communicatie, ftf communicatie als de norm (social cues), richt zich direct op het medium
Social Presence Theory: gemedieerde communicatie vergeleken met face-to-face
communicatie, ftf communicatie als de norm (social cues), richt zich op de perceptie van
anderen als echt en aanwezig
Zelfrepresentatie: beleving van jezelf wordt mede mogelijk gemaakt door de
communicatieve tools (affordances) die een platform beschikbaar stelt
Kennisclip 8:
Identiteit als sociale constructie: identiteit wordt gevormd door interacties met anderen
(publiek), personen hebben meerdere maskers (Goffman)
Front stage: het gedrag dat we vertonen als we weten dat anderen naar ons kijken, als we
een publiek hebben
Back stage: het gedrag dat we vertonen als er niemand kijkt, als we bijvoorbeeld thuis zijn
Impressiemanagement: navigeren tussen verwachtingen van verschillende publieken om
authentiek over te komen, vormen van positieve impressies en het vermijden van schaamte
1. Zelfcensuur: niet over bepaalde onderwerpen praten, die gevoelig kunnen liggen met het
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller iemevdlaan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.