Inhoud alle Hoofdstukken:
1. Taal en norm
2. Orthografische knelpunten (zelfstudie)
3. Lexicale knelpunten
4. Syntactische knelpunten
5. Stilistische knelpunten
1. Eenheid in verscheidenheid
Hoe omgaan met normen?
Preciezen
o Zeggen zoals het juist moet
o Vb. paardekoper
Rekkelijken
o “taal beweegt en wij bewegen mee” er is wel een norm, maar is er een perfecte taal?
We kunnen er enkel maar naar streven
o Bv. sociolinguïsten: kijken of STD wel nodig is in elke situatie
Bv. wnr iemand gewond is ga je niet in STD vragen of alles ok is.
Hoe dialectisch mag je gaan, hoe plat mogen je klanken zijn?
Zie bv campagne win for life: “allez seg, nu is mijnen haardroger kapot”
Als je contract tekent : STD
Messenger – FB: messenger meer tussentaal en fb niet want breder
publiek?
Wat is Standaartaal ?
o variatie :
o geografisch : vb. B vs. N VRT-Nederlands vs. NOS-Nederlands
o sociaal : bv. Leeftijd, sekse (vrouw zegt sneller sorry, VKW ,intonatie)
o interactioneel : formeel vs. Informeel
o …
o de spraakmakende gemeente (media, overheid, onderwijs, reclamewereld, etc.)
o die bepaalt wat STD moet zijn
bv. reclamewereld: door hier tussentaal in te gebruiken opent dat ook deuren voor de
VRT bijvoorbeeld: zie thuis: nu ook tussentaal maar op nieuws nog altijd niet
altijd naar je publiek kijken om te zien hoe zij aangesproken willen worden.
2. Historisch
° Standaardnederlands
° 17e eeuw, Holland burgerij (= reden wrm wij het ook Nederlands vinden klinken)
1
, H1: reviseren en formuleren : Taal en norm
1585: de val van Antwerpen
o Antwerpen voor 1585: ca. 100 000 inwoners, nadien ca. 42 000, idem (mindere mate)
voor Brugge, Gent, Mechelen
Je ziet stadswal, platteland, tussen platteland
en de stad zie je water, het leger
Je ziet Antwerpen 1585 is de Wal van
Antwerpen: in de 16de eeuw heeft Antwerpen
zijn Gouden Eeuw:
Volop handel, wonen 100,000
mensen, katholieke Spanjaarden
denken laat ons Antwerpen maar
gaan innemen ( er volgen
godsdienstoorlogen enz)
Antwerpen wordt bezet en de Schelde
( Antwerpens bron van inkomsten) wordt
afgesloten
Wat gebeurt er dan :
Migratie naar Nederland
o Rijke Antwerpse handelaren die mss ook protestants waren, trekken naar Nederland .
Trekken naar Leiden, Rotterdam, Amsterdam, Middelburg, … Deel ook naar Duitsland
en Engeland
In 1622 was 67 procent van de Leidenaars van Zuid-Nederlandse afkomst.
In Middelburg was dat 50%, in Rotterdam 40% en in Amsterdam 33 procent.
Deel ook naar Duitsland
M die Hollandse burgerij is niet echt Hollands : 1 derde komt vanuit
Antwerpen
Praten allemaal eigen dialect dus verstaan elkaar slecht . Hele
opmars van Z naar N en nemen elk hun dialecten mee
Proberen dus naar toe groeien want die Antwerpenaren hebben
geld, creëren handel, werkgelegenheid
Getuigenis van Vondel:
o “Deze spraek wort tegenwoordigh in 's Gravenhage, de
Raetkamer der Heeren Staten, en het hof van hunnen
stedehouder, en 't Amsterdam, de maghtighste koopstadt der
weerelt, allervolmaeckst gesproken, bij lieden van goede
opvoedinghe, indien men der hovelingen en pleiteren en
kooplieden onduitsche termen uitsluite: want out
Amsterdamsch is te mal, en plat Antwerpsch te walgelijck en
niet onderscheidelijck genoeg.”
Idee is dus: als je plat Antwerps blijft gebruiken ben
je maar v.h. volk maakt duidelijk dat STD bij
burgerij ontstaat
Verdere ontwikkeling van STD
Nederland Vlaanderen
Nationale cultuurtaal 1830: België
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittseré. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.