● Eukaryoten = goede kern
○ bestaat uit protisten, planten , dieren en zwammen
○ protisten zijn voorouders van planten , dieren en zwammen
Kenmerken van een plant
● Het is een eukaryoot = meercellig met celkern
● Celorganellen : bv. bladgroenkorrels, kern, mitochondriën…
● Autotroof = (kan zelf voeding aanmaken) d.m.v. bladgroenkorrels aan fotosynthese doen
● Celwand
, 2. Planten kennen (ook) een evolutie
● voorouders waren de (krans)wieren → autotrofe protisten
● van het leven op het water → het leven op het land : aanpassingen nodig
aanpassingen in de bouw
● Vaatweefsel voor transport stoffen → want ze hebben geen wortels
● Waslaagje / cuticula tegen uitdroging
● Steunweefsel voor rechtopstaande groei (licht!) → verhouten van celwand voor stevigheid
aanpassingen in voortplanting
● nieuwe methodes om zaadcellen over te brengen → gebeurde eerst via water
● embryo’s blijven tijde in moederplant
3. Een indeling in grote groepen
= Afstammingsschema of cladogram
● Mossen, Wolfsklauwen, Varens, Naaktzadigen en Bedektzadigen = landplanten
= ontwikkelde embryo blijft tijdje in moederplant
● Na mossen praten we ook over vaatplanten = vaatweefsel ontstaat
● Na Varens praten we over zaadplanten = zaden ontstaan
,Mossen
● kernidee : nog niet zo goed aangepast aan leven op land, lijken nog op voorouders ( wieren)7
● Afdeling mossen
○ Klassen van de levermossen
○ Klasse van de hauwmossen
○ Klasse van de bladmossen
Kenmerken
● Geen wortels, wel rizoïden ( = wortelachtige structuur met vasthectingsfunctie)
● staan met veel dicht bij elkaar → water kunnen vasthouden tussen hen in
● thallus = ‘stengelachtig’ en ‘bladachtige’ structuren
● Opname mineralen en voedingsstoffen via bladeren / thallus
● Zwak ontwikkeld geleidingsysteem
● staan op vochtige plaatsen → geen wortels, niet goed aangepast
● voortplanten met behulp van sporen
Levermossen
● soort parapluutjes = sporendragers
● soort bekertjes = broedbeker met daarin broedknoppen
○ als er een waterdruppel in broedknop valt , gaat broedknop uitvliegen en kan dit
opnieuw uitgroeien tot een levermos
Levenscyclus bladmos
● beginnend bij sporen
○ sporen → voorkiem → mosplantje
● mosplantje
○ vrouwelijk mosplantjes = eicellen & mannelijke
mosplantjes = zaadcellen
○ zaadcellen en eicellen samen → genetisch materiaal komt
samen
○ uit deze bevruchting groeit sporendrager
● sporendrager → opnieuw sporen produceren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maritgoudeseune. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.78. You're not tied to anything after your purchase.