100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Pedagogische systemen in kinder- en adolescentietijd (PSKA) $6.80
Add to cart

Summary

Samenvatting Pedagogische systemen in kinder- en adolescentietijd (PSKA)

 23 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Uitgebreide samenvatting van de hoorcolleges van PSKA, ook de literatuur is hierin verwerkt! Succes!

Preview 3 out of 26  pages

  • June 5, 2023
  • 26
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
PSKA samenvatting
Hoorcollege 1 - theorieën opvoeding en socialisatie
Socialisatie = een proces waarbij kinderen kennis, vaardigheden en gedragingen verkrijgen/aanleren
en overtuigingen, waarden en normen eigen maken die eigen zijn aan bepaalde cultuur/samenleving,
waardoor ze in staat zijn te participeren in de samenleving  doel = reguleren van impulsen

Soorten socialisatie:

- Unidirectioneel = socialisatie gaat één kant op (docent geeft les aan een kind)
- Bidirectioneel = socialisatie gaat twee kanten op (docent leert kind iets, waar het kind op
reageert wat het leren weer beïnvloedt)
- Transactioneel = socialisatie gaat alle kanten op (vindt plaats over tijd en bestaat uit
meerdere interacties)

Psychodynamische benadering (Freud) = een kind doet primitieve uitingen en moeten impulsen
reguleren (agressief en seksuele impulsen) omdat de impulsen in conflict komen met de omgeving.
Externe controle zorgt voor interne controle (super-ego).

Id  primitieve driften (genot)
Ego  reguleert impulsen
Super-ego  geweten

Ego-controle = de inhibitie of expressie van impulsen
Ego-resiliency = je weet in te schatten wanneer je je impulsen moet uiten of niet

Socialisatie door de tijd heen:

- Martinus Langeveld (1905-1989)  doel is zelfverantwoordelijke bepaling/het mondig laten
worden van het kind door middel van je kind laten huilen ipv troosten.
- Dr. Spock (1903-1998)  permissieve opvoedstijl
- Begin 20e eeuw 
o Behavioristisch perspectief = baby's moet je niet verwennen, al het gedrag is
aangeleerd, dus ook gewenst gedrag.
o Tabula rasa = het kind is een onbeschreven blad (Watson, 1925)
- Midden 20e eeuw  behavioristisch perspectief door operante conditionering (bekrachtiging
en stimulus-respons relaties, Skinner 1904-1990)

Coercion cycle (Patterson 1926-2016)  gebaseerd op negatieve bekrachtiging = moeder zegt dat
kind moet tafeldekken terwijl ze zit te kleuren  kind gaat zeuren  moeder dekt zelf maar de tafel
 kind stopt met zeuren
Effecten korte termijn: kind stopt met zeuren (positief)
Effecten lange termijn: kind leert dat zeuren helpt (negatief)

Sociaal cognitieve leertheorie (Bandura 1925-2021) = kinderen modelleren de ouders, dus die
moeten een goed rolmodel voor het kind zijn.

Socialisatie als resultaat van evolutie  niet alleen nurture belangrijk, maar óók nature

- Aangeboren neiging om bescherming te zoeken, dus ouders moeten die steun aanbieden
- In de kritieke/sensitieve periode is het van belang om kinderen nieuwe dingen aan te leren
- Experiment van Harlow  aapje koos voor warmte boven voedsel

,Welke invloed heeft opvoeding op het gedrag van een kind? – unidirectioneel

Opvoedingssoorten:

- Autoritair
- Democratisch/autoritatief
- Permissief/laissez-faire
 Autoritatief beste resultaten

Opvoedingsdimensies:

- Ondersteuning/warmte  kind voelt zich begrepen en geaccepteerd
- Controle  zowel positieve als negatieve aspecten

Uitkomsten onderzoeken invloed van opvoeding op gedrag:

- Autoritatieve opvoedstijl zorgt voor minder gedragsproblemen bij het kind en hoe beter de
competenties van het kind. Bij autoritaire opvoedstijl is dit precies andersom.
- Hoe minder betrokkenheid, hoe meer externaliserend probleemgedrag.
Hoe meer een kind zelf mag beslissen, hoe meer externaliserend probleemgedrag.
- Hoe meer controle, hoe meer fysiek agressief gedrag

Welke invloed heeft het gedrag van een kind op de opvoeding? – bidirectioneel

- Als een kind meer gedragsproblemen heeft, kan dit leiden tot een hardere opvoeding
- Hoe meer angst bij het kind  hoe meer ouderlijke controle
- Hoe meer ouderlijke controle  hoe meer angst bij het kind

Wat voor invloed heeft het gedrag van het kind en opvoedgedrag van ouders op de sociale
ontwikkeling van het kind? – transactioneel

- Moderator effecten = x is gerelateerd aan y en z kan daar
versterkende of verzwakkende werking op hebben (geen
verklaring!)
- Gedrag is gerelateerd aan ontwikkeling, maar opvoeding
kan invloed hebben op deze ontwikkeling
- Opvoeding zorgt voor een bepaalde ontwikkeling, waar
gedrag weer een versterkend of verzwakkend effect op kan
hebben

Weergave moderator effect:

, Modellen over interacties kind omgeving:
Diathesis-Stress model Differential Susceptibility model




Veerkrachtige kinderen zullen een stabiele
ervaring hebben bij zowel positieve als negatieve
gebeurtenissen. Kwetsbare kinderen ervaren
negatieve gebeurtenissen minder prettig
maar positieve gebeurtenissen hetzelfde als stabiele
kinderen.

Wat is de invloed van het gedrag van een kind via opvoeding op de sociale ontwikkeling van het kind?
– transactioneel

- Mediatie-effecten (indirect)




Hoorcollege 2 - gehechtheid
Gehechtheid meten door:

- Strange situation procedure (Ainsworth) 0-1 jaar:
1. Moeder & baby
2. Moeder, baby & vreemde
3. Vreemde & baby
4. Moeder & baby
5. Alleen baby
6. Vreemde & baby
7. Moeder & baby
 Nadeel: grote individuele en culturele verschillen de mate waarin
kinderen gewend zijn aan separatie van hun oude
- Attachment Q-sort (1-2 jaar) = 90 kaartjes met
gedragsbeschrijving die worden gesorteerd op basis van ‘passend bij het kind’ en ‘niet
passend bij het kind’. Dit wordt daarna vergeleken met de kenmerken van een veilig gehecht
kind en hoe meer gelijkenissen hoe beter.
o Secure-base gedrag = balans tussen nabijheid en exploratie
 Nadeel: attachment system wordt pas geactiveerd gedurende stress
- Adult Attachment Interview (AAI) = interview met herinneringen uit kindertijd en op basis
van de beschrijvingen wordt de hechtingstijl bepaald

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kaylvm. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.80. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.80
  • (0)
Add to cart
Added