14.1 Beeldvorming
Gedurende de eerste twee decennia na de Tweede Wereldoorlog vormde Europa nog het
middelpunt van de internationale politiek. De twee grote thema’s van de naoorlogse politiek
waren:
1) De Koude oorlog
2) De dekolonisatie
Kunnen worden gezien als de laatste fase in de overgang van het tijdperk van het
Europese machtsevenwicht naar een nieuw tijdperk van mondiale politiek. Tijdens de Koude
Oorlog raakte Europa in twee kampen verdeeld.
Onder de term Koude Oorlog wordt er gesproken over een toestand van ‘oorlog noch vrede’,
waarin de vijandige partijen alle beschikbare middelen – economisch, politiek, ideologisch –
gebruiken, met uitzondering van direct wapengeweld.
- 1946, Amerika Het streven naar samenwerking met SU maakte plaats voor een
veiligheidspolitiek die gericht was op ‘containment’ of indamming van het communisme.
Omdat zij SU zien als een expansionistische mogendheid die de belangen van de VS en
andere democratische landen bedreigde. Orthodoxe koudeoorlogsbeeld beeld.
- Jaren ’60: Orthodoxe visie, er ontstond een nieuwe kijk op de Oost-West verhouding, die
bekendheid kreeg onder de naam revisionisme. Het betrof een omkering van het bestaande
beeld: niet de SU maar de VS werden nu beschouwd als bij uitstek expansionistisch en
daarbij werd een verband gelegd met de ‘opendeurpolitiek’ van de jaren 1890. Na 1945
zou de VS onder het mom van internationale samenwerking en bevordering van de
democratie hebben gestreefd naar het openbreken van nieuwe markten, omdat zij een
naoorlogse depressie vreesden.
De SU zou slechts uit veiligheidsoverwegingen hebben gehandeld.
- Er valt nog een derde richting te onderscheiden, namelijk: het realisme. De realisten
verwierpen het concept Koude Oorlog met het argument dat hier een naïeve wilsoniaanse
opvatting over internationale politiek achter stak. Zij benadrukten dat conflicten tussen staten
een normaal gegeven zijn.
Volgens realisten kwamen de spanningen tussen de VS en de SU door de nederlaag van DU
en van Japan waardoor er twee grote machtsvacua waren ontstaan. Die machtsvacua lagen
bij de grenzen van de SU, die zich eindelijk van twee grote agressors verlost zag en haar
kans schoon zag om beide grenzen te versterken. Stalin hoopte met de uitbreiding van
territoriale invloedssferen Rusland veilig te stellen, maar zag daarbij over het hoofd dat
oorlogen niet meer alleen of zelfs maar in hoofdzaak op land zouden worden gevoerd.
Met de uitbreiding kwamen de commerciële belangen van VS in het geding.
- Omstreeks 1975 kwam er een nieuwe stroming in de geschiedschrijving op onder de naam
postrevisionisme. Deze stroming sluit in vele opzichten aan bij het werk van de realisten,
maar beperkt zich niet tot een normatieve afwijzing van het ideologische koudeoorlogsbeeld,
doch tracht dit juist historisch te begrijpen als een belangrijk uitgangspunt van de
Amerikaanse buitenlandse politiek. Postrevisionisten wezen erop dat de ideologie zelf ook
een staatsbelang kan zijn in de buitenlandse politiek.
De SU noch de VS was uit op een verovering van de wereldmacht, maar de
universalistische definitie van de nationale veiligheid bracht beide landen ertoe het
communisme c.q. de ‘American way of life’ op te dringen aan anderen.
, 14.2 Voorgeschiedenis
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog hadden Lenin en Wilson elk een plan ontvouwd
voor een nieuwe wereldorde, waarin geen plaats meer zou zijn voor de statenanarchie die
het Europese stelsel had gekenmerkt. Van die planen was niet veel terechtgekomen:
zowel het Komintern als de Volkenbond bleek een doodgeboren kindje.
Hoe stonden Stalin en Roosevelt aan het einde van de Tweede Wereldoorlog tegenover de
plannen van hun voorgangers?
- Roosevelt: kan worden getypeerd als iemand die in de wilsoniaanse idealen*, maar niet in
de wilsoniaanse middelen geloofde. Hij was een realistische idealist. Hij was er wel van
overtuigd dat fouten uit WOI niet nogmaals gemaakt mochten worden.
Roosevelt formuleerde in augustus 1941 samen met Churchill een aantal
‘gemeenschappelijke principes’ in het Atlantic Charter: geen gebiedsuitbreiding; geen
territoriale veranderingen tegen de wil van betrokken volkeren; recht op zelfbeschikking; een
gelijk aandeel in de wereldhandel en in grondstoffen; economische samenwerking;
vernietiging van de naziheerschappij en bewerkstelliging van een vrede waarin men vrij van
vrees en gebrek zou zijn; vrijheid ter zee; afzien van gebruik van geweld en ontwapening van
agressieve naties. Roosevelt geloofde oprecht in deze principes, maar Churchill zag er
niet meer in dan ‘een voorlopige en onvolledige formulering van oorlogsdoelen’. Het recht
op zelfbeschikking en de vrije toegang tot alle markten vormden voor Groot-Brittannië een
bedreiging op gebied van koloniale belangen.
Volgens Roosevelt diende de naoorlogse wereld geleid te worden door een consortium van
de grote mogendheden en daartoe rekende hij: de Verenigde Staten, de Sovjet-Unie, Groot-
Brittannië, en China.
De ‘Four Policemen’ van Roosevelt zouden een monopolie op de machtigste wapens
moeten krijgen in onderling overleg met de internationale orde moeten handhaven 1943:
plan voor de oprichting van de Verenigde Naties.
*) Wilsonianisme, of Wilsoniaans idealisme, is een bepaald soort advies over buitenlands beleid.
De term komt van de ideeën en voorstellen van president Wilson. Hij gaf zijn beroemde Veertien
Punten uit in januari 1918 als basis voor het beëindigen van de Eerste Wereldoorlog en het
bevorderen van wereldvrede. Hij was een vooraanstaand pleitbezorger van de Volkenbond om
de internationale gemeenschap in staat te stellen oorlogen te vermijden en een einde te maken
aan vijandige agressie. Wilsonianisme is een vorm van liberaal internationalisme.
- Stalin: hij liet zich leiden door de gebeurtenissen en pas toen de oorlog beter ging verlopen,
begon zich het plan voor een cordon sanitaire in Oost-Europa te vormen.
De conferentie van Teheran (1943) betekende in Stalins politiek een belangrijk keerpunt. Hij
ging er van uit dat hij van de Verenigde Staten niet veel tegenwerking zou krijgen. De slechte
coördinatie tussen de Britse en Amerikaanse diplomatie was ook een verwarring stichtende
factor; tijdens de conferentie van Moskou in 1944, waarbij Roosevelt niet aanwezig kon zijn
i.v.m. de verkiezingscampagne in Amerika. Tijdens de conferentie deed Churchill een
voorstel aan Stalin voor een voorlopige verdeling van invloedssferen op de Balkan. In
Griekenland dreigde toen een communistische machtsgreep, die de Britten wilden verijdelen
i.v.m. de veiligheid van het oostelijk Middellandse Zeegebied. Conferentie was een
voorbeeld van de Realpolitik. Roosevelt voelde zich gepasseerd bij de percentageregeling
(verdeling van de Balkan), hij liet weten dat er zonder hem geen besluiten konden worden
genomen en dat de gemaakte afspraken slechts golden als alle drie de mogendheden
aanwezig waren.
Een punt dat in Jalta (1945) ook zeer gevoelig lag, was Polen. Churchill had dat land met
opzet achterwege gelaten in zijn percentageregeling. In Jalta verklaarde hij namelijk dat
Polen voor hem een erekwestie was. Groot-Brittannië had tenslotte vanwege dit land de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ivdBroek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.