100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Begrippenlijst Levenslooppsychologie $3.21   Add to cart

Other

Begrippenlijst Levenslooppsychologie

6 reviews
 180 views  7 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Begrippenlijst Levenslooppsychologie. Kan ook gebruikt worden voor ontwikkelingspsychologie.

Preview 1 out of 9  pages

  • January 13, 2017
  • 9
  • 2015/2016
  • Other
  • Unknown

6  reviews

review-writer-avatar

By: merlevantreeck • 5 year ago

review-writer-avatar

By: cherrelyware • 5 year ago

review-writer-avatar

By: annakocak • 5 year ago

review-writer-avatar

By: ninavandermerwe • 6 year ago

review-writer-avatar

By: sachahof • 5 year ago

review-writer-avatar

By: maaikewinter • 6 year ago

avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 68 Flashcards
$3.21 1 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Lichaamsbouw 6 -12

Answer: King heeft platte buik met lichte taille, langere ledenmaten en een kleiner hoofd

2.

Overgewicht of kinderobesitas

Answer: Door welvaart hebben veel kinderen overgewicht. Deels een kwestie van opvoeding. Prettige associaties met eten (eten bij tv) Of imitatie andere kinderen of volwassenen.

3.

Grove motoriek schoolkind

Answer: toenemende verfijning of differentiatie ontstaan: Door groeispurt kan ook onhandigheid ontstaan. Schoolkind is n staat alle typen volwassen sport te doen zowel motorisch als cognitief omdat coördinatie tussen ogen, handen/foeten vloeiender en meer beheerst worden

4.

Seksspecifieke sport

Answer: Omdat jongens en meisjes uiteenlopende interesses hebben en elkaar niet zo goed begrijpen zoeken ze andere hobby\'s en bezigheden. Verschillen kun je niet lichamelijk verklaren wel kunnen er andere motorische vaardigheden ontstaan door de verschillende sporten

5.

Sociale aspect sport

Answer: Kinderen die in teams spelen moeten kunnen concurreren. Ze zijn hierdoor sterk en krijgen een hogere status van leeftijdgenootjes. Als zij hier in onderpresteren hebben zij juist sociale problemen

Flashcards 38 Flashcards
$3.21 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Verschillen jongens en meisjes: Jongens

Answer: - XY chromosoom - Testosteron - Rechterhelft beter ontwikkeld: zien, abstractie, overzicht totaal - Strijd om hiërarchie - Meer verkennend in spel, minder communicatie gericht meer op voorwerpen - Zetten emoties minder om in taal (fysiek, impulsief) - Later puberteit dan meisjes.

2.

Verschillen jongens en meisjes: Meisjes

Answer: - XX chromosoom - Progesteron, Oestrogeen - Linkerhersenhelft beter ontwikkeld: Taal, detail, spreken - Meer samenhang tussen hersenhelften - Spel met communicatie (gericht op anderen) - Gevoelig voor depressies op volwassenleeftijd

3.

Ontwikkelingsfasen

Answer: Belangrijk voor autonomie en overgang naar volwassenheid. - Omgaan met autoriteit - Omgang met leeftijdsgenoten - Vrije tijdbesteding - Het kiezen van een geschikt beroep/opleiding - Vinden van levenspartner

4.

Puber

Answer: Geslachtsrijp worden

5.

Adolecentie

Answer: Opgroeien en volwassenworden

Flashcards 28 Flashcards
$3.21 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Lichamelijke veranderingen 40-60 jaar

Answer: - Huid wordt minder elastisch en gaat rimpels vertonen - Haar kan langzamer grijzer en dunner worden - Gewicht kan enigzins toenemen door vetophopingen rond de heupen - Lichaamslengte kan afnemen door verlies netweefsel in wervelkolom - Spierkracht neemt gemiddeld 25% af - Hart krijgt minder zuurstof, eerder moe worden na krachtinspanning - Zintuigen minder goed functioneren. Eerst zicht dan gehoor

2.

Gezichtsvermogen

Answer: - Presbyopie: ooglens wordt minder elastisch. Minder scherp stellen. - - Leesbril aanschaffen. - Vloeistof in ogen veranderen. Last krijgen van schitteringen. - Overgang licht naar donker moeilijk - Dieptewaarneming wordt minder - Kleurgevoeligheid kan afnemen - Gezichtsveld wordt kleiner

3.

Overige zintuigen

Answer: Smaak minder duidelijk te onderscheiden (vooral bitter en zout) Reukzin blijft hetzelfde Tastzin is gevoeliger (temperatuur) door dunne en rimpelige huid

4.

Overgang

Answer: Rond de 50ste, begint 1 jaar voor je laatste menstruatie (menopauze). Het starten van de menopauze is genetisch en hangt af van overgewicht. Als een vrouw 12 maanden niet gemenstrueerd heeft is de menopauze ten einde.

5.

Visie menopauze (climacterium): Biologisch model

Answer: Schrijft veranderingen toe aan veranderde hormoonspiegels. Zouden de lichamelijke veroudering stimuleren

Flashcards 31 Flashcards
$3.21 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Sociale factoren invloed goede lichamelijke conditie (Ryff)

Answer: - Zelfacceptatie - Autonomie - Omgevingsbeheersing - Persoonlijke groei - Doelgerichtheid - Positieve relaties met anderen

2.

Primairy aging

Answer: Normale verouderingsprocessen die je ouder maken. Volgens een ingebouwde dynamiek waarbij je gaandeweg merkt dat de lichamelijke reserveren en de weerstand tegen ziektes kleiner worden.

3.

Secundair aging

Answer: Een versnelde veroudering door ziektes, stress of een trauma.

4.

Verouderingsverschijnselen

Answer: Functieverlies organen en zintuigen door beschadiging van cellen en weefsels. Proces neemt toe met de leeftijd en is daarom kwantitatief verlies te noemen. Kwaliteit verlies van functioneren omdat het minder goed aanpassen aan veranderen omstandigheden en minder flexibel zijn.

5.

Verouderingsverschijnselen: De huid

Answer: Meer rimpels en huis wordt dunner. Haar wordt grijs en dunner. Huid herstelt ook moeilijker na beschadiging.

Flashcards 12 Flashcards
$3.21 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Medische constatering van dood

Answer: Vroeger alleen hart-polsslag en stoppen van ademhaling gecontroleerd. Nu door medische wetenschappen wordt de dood zo lang mogelijk gerekt.

2.

Stadia bij kinderen tot 9 jaar (Nagy)

Answer: 3 - 5 jaar: Een soort slapen, tijdelijke dood die veel gemeen heeft met leven en bewustzijn. 5 - 9 jaar: zien de dood vaak als persoon, bijvoorbeeld een slechte man. Sommige mensen ontkomen aan de dood en hoeven dus niet te sterven Vanaf 9 jaar: Zie de dood als werkelijke begrip. Het is een onomkeerbare gebeurtenis; leven wordt eindigt en lichaam functioneert niet meer

3.

Beleving en betekenis dood (Leijssen): Fysieke

Answer: Te maken met uiterlijk, stoffelijkheid en gezondheid. Jonge mensen denken vaak aan uiterlijk terwijl ouderen meer aan gezondheid denken.

4.

Beleving en betekenis dood (Leijssen): Psychische

Answer: Het tot je recht komen als persoon. Alle leeftijden even belangrijk

5.

Beleving en betekenis dood (Leijssen): Sociaal niveau

Answer: Jongeren vinden geaccepteerd worden belangrijker, ouderen betekenen voor elkaar.

Levenslooppsychologie begrippenlijst
Hoofdstuk 1
Bewustzijn Verschillende visies, bijv. hoe voel ik dat ik zelf ben; koppelen
aan geheugen
Cognitieve stroming Informatie verwerven + zelfsturing; koppelen aan geheugen
Conceptie Bevruchting
Cortisol Stresshormoon (bijv. bij angstige baby’s)
Downsyndroom 21 chromosomen, afwijkend uiterlijk + cognitie
Echoscoop Geluidsgolven
Embryo 9 weken oud. Centrale zenuwstelsel, ogen, hart, oren, tanden,
gehemelte, externe genitaliën.
Na drie weken brein achter, midden en voor.
Filosofie Zoektocht naar kennis en wijsheid
Foetus 12 weken oud, in de baarmoeder. Van cellen uitbouwen naar
compleet mens
Fylogenese Ontwikkeling van de soort, erfelijkheid
Genoom Alle genen van de chromosomen van het organisme
Germinale fase 1e twee weken, celdeling van zygote
Hippocampus Opslag van informatie, ruimtelijke oriëntatie, controleren van
gedrag
Humanistische stroming Individuele beleving, ruimte voor zelfontplooiing en eigen
verantwoordelijkheid.
Hyperactiviteit Erg actief/ te actief (ADHD). De H van Hyperactief. Te
bewegelijk en onrustig.
Hypersensitiviteit Te gevoelig en prikkelbaar
Inhibitie Onder controle hebben
Leer-theoretische visie Mens is na de geboorte onbeschreven blad en wordt bepaald
door leerervaringen. Prenatale ervaringen! (behaviorisme)
Mensbeeld De voorstelling van de mens
Mororeflex Als een baby schrikt, spreidt het de armen en benen, en doet
daarna alsof hij iemand wilt omhelzen.
9-12 weken voor de geboorte tot 2-4 maanden na de geboorte.
Neurofysiologie Onderzoekt werking + functie van zenuwstelsel
Neuron Zenuwcel
Omgevingspsychologische visie Mens wordt bepaald door wisselwerking tussen sociale en
ruimtelijke/materiële omgeving, bijv. verschillen in hartslag
Ontogenese Ontwikkeling van het specifiek individu. Interactie met de
omgeving (moeder) speelt een belangrijke rol!
Pedagogiek Opvoedkunde
Posturele reflex Na ongeveer 10 maanden rechtop staan, lopen, springen, etc.
Primaire reflex / primitieve 9 weken na de conceptie. Vlucht en vecht reflexen – hersenstam
reflex – ongeveer 6 maanden na de geboorte inhibeert. Na
beschadiging komt het terug.
Psychoanalytische stroming Biologische aanleg + opvoedingservaring
In eerste levensjaar bepalend voor persoon in ontwikkeling. Wel
vorm van besef in de baarmoeder. Later opgeslagen in het
onderbewuste.
Psychologie Leer van de ziel
Reflexen Onbewuste, automatische fysiologische reactie op prikkels +
veranderingen in de omgeving. Natuurlijk instinct
Softenonkinderen Middel thalomide, rustgevend medicijn – leidde tot verkorte en
onvolgroeide ledematen, afhankelijk van het moment van
innemen – slachtoffer: softenonkinderen



Daphne Wigchert

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DaphneW98. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  7x  sold
  • (6)
  Add to cart