antwoorden op theorievragen structuur en morfologie
12 views 0 purchase
Course
Structuur En Morfologie
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Dit document bevat de antwoorden van de mogelijke theorievragen van het examen. De vragen heb ik beantwoord aan de hand van de ppts en het boek "tragsysteme" van Heino Engel.
1. Leg het principe van actie-reactie uit (3e wet van Newton).
Geef aan waar en op welke manieren dit principe voorkomt in
een structuur en waarom dit principe cruciaal is voor de
snedemethode.
Voor elke actie is er een gelijke tegengestelde tegengestelde reactie. Een
reactie F treedt op om een rotatie (Ø)en translatie (u) te verhinderen.
Het principe van actie-reactie krachten is essentieel voor de
snedemethode om nauwkeurige resultaten te verkrijgen. Door dit principe
toe te passen, worden de interacties tussen verschillende delen van de
structuur in rekening gebracht.
2. Leg het verschil uit tussen een massa die op een glad
oppervlak kan glijden wanneer hierop een horizontale kracht
inwerkt, en een massa die in deze beweging verhinderd wordt
door een zeer ruwe ondergrond.
Glad oppervlak Ruw oppervlak
Contact tussen G (gewicht) van m en Contact tussen A en m zorgt voor een
A (oppervlak), aanleiding tot een wrijvingsF
reactie F Fw is ten gevolge van de horizontale F
Massa glijdt over A translatie (u)
F is niet groter dan de wrijvings F is de
m.a.w is de horizontale F veel groter massa m dus in evenwicht
dan de wrijvingskracht en kan dus
geen weerstand bieden tegen
translatie
De horizontale kracht moet de wrijvingskracht overwinnen om een
translatie te voeren
3. Hoeveel vrijheidsgraden zijn er in de 2-dimensionale ruimte en
hoeveel in de 3-dimensionale ruimte? Welke betekenis hebben
deze vrijheidsgraden wanneer we spreken over reactiekrachten
en de manier waarop een structuur verbonden is met de
buitenwereld? Geef verschillende voorbeelden van opleggingen
of verbindingen met de buitenwereld en breng deze in verband
met reactiekrachten en vrijheidsgraden.
In een 2D-ruimte zijn er 3 vrijheidsgraden namelijk Ux, Uz en Øy
Bij een 3D-ruimte zijn er 6 vrijheidsgraden :
U˜R
1
,s.s 2022-2023
Ø ˜ M (buigmoment)
Vrijheidsgraden worden belemmerd als een
Reactiekracht optreedt
roloplegging scharnier inklemming
Punt van lichaam langs Ux en Uz zijn verhindert Elke beweging is
een vlak of lijn te Ø nog steeds van verhindert
bewegen toepassing Fr treden op in alle
Uz is verhinderd Fr Fr treden enkel op richtingen + M ook
treedt loodrecht op volgens de translatie-
Ø kan nog verhinderd assen maar geen
worden reactiemoment
! buigmoment = 0
4. Hoeveel vrijheidsgraden zijn er in de 2-dimensionale ruimte en
hoeveel in de 3-dimensionale ruimte? Wat zijn de voorwaarden
voor evenwicht van een star lichaam of een structuur? Breng
deze voorwaarden in verband met de vrijheidsgraden.
De som van F die erop inwerken moet gelijk zijn 0
In een starlichaam werken 2 krachten +F en -F 0= +F – F =0
Rotatie evenwicht moet ook gelijk zijn aan 0
Een koppelmoment werkt in het starlichaam volgens M = d * F koppelM
zorgt ervoor dat starlichaam rond zijn as draait (Ø)
Dus een starlichaam kan nog steeds roteren als het koppelM in
onevenwicht is ondanks Σ F = 0
Zowel u als Ø – evenwicht
Translatie evenwicht zeker als de inwerkende F geen aanleiding geven tot
vorming koppelM
Het aantal onbekende reactiekrachten wordt bepaald door het aantal
vrijheidsgraden van het systeem.
Het aantal vergelijkingen dat moet worden opgesteld om het evenwicht te
waarborgen, is gelijk aan het aantal onbekende reactiekrachten, dat wordt
bepaald door het aantal vrijheidsgraden van het systeem.
Vrijheidsgraden hebben betrekking tot u en Ø, en als een van deze graden
belemmerd wordt, werkt een Fr tegen.
grafostatica kunnen we nagaan of een star lichaam in evenwicht is door te
kijken of de resultante van alle, behalve één, kracht tegengesteld is aan
deze ene kracht. Wanneer de resultante en de laatste kracht op dezelfde
werklijn liggen, heffen ze elkaar op zonder een koppelmoment te
veroorzaken. We hebben dan zowel translatie - als rotatie -evenwicht
2
, s.s 2022-2023
5. Leg uit aan de hand van vectoren waarom het moment van een
glijdende krachtsvector steeds gelijk is aan de
vermenigvuldiging van de grootte van deze kracht en de
loodrechte afstand tussen het punt waarrond het moment
wordt berekend en de werklijn van de krachtsvector.
M= d* F m = grootte M rond F van p O , d = momentarm, Loodrecht
afstand tussen O en werklijn F en F = grootte vector F
Mo is rechtevenredig met de grootte van f en loodrechte afstand
6. Leg uit aan de hand van vectoren waarom het moment van een
koppel van krachtsvectoren onafhankelijk is van het punt
waarrond het moment wordt berekend.
Eerst definiëren wat een koppelmoment is :
Als 2 // krachten dezelfde grootte hebben maar tegengestelde richtingen
en gescheiden zijn door een loodrechte afstand zijn ze een koppel
De neiging van dat koppel om te roteren in een bepaalde richting is een
koppelmoment
De waarde eravn is gelijk aan de som va, de momenten om een willekeurig
punt
Dit punt leidt tot twee plaatsvectoren ra en rb (r= ≠plaatsvectoren)
Zo kunnen we M herschrijven onafhankelijk van punt O
De loodrechte afstand r (en richting) bepaalt het koppelmoment
Moment van een koppel is een vrijvector dus kan in elk punt aangrijpen
7. Leg het principe van grafostatica uit. Welke zijn de twee
soorten diagrammen en hoe verhouden deze zich ten opzichte
van elkaar. Hoe weet men of een knoop van het vakwerk in
evenwicht is?
Grafostatica is een methode om de krachtenverdeling en evenwicht
condities in een vakwerkstructuur (bestaand uit druk en trekstaven)te
analyseren
Belasting puntbelasting ingrijpt op knooppunt dat scharnierend is
verbonden
Grafostatica maakt gebruik van twee diagrammen:
Vormdiagram: Vorm van de Krachtendiagram: Hoe groot zijn
constructie de krachten
Toont de staven van de constructie toont door de lengte van lijnen de
waarin krachten optreden. Ook het grootte van krachten zijn
aangrijpingspunt van belastingen evenredig met drote van de
worden weergegeven. F(zowel interne krachten in
staven, als externe
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kelasaifos. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.07. You're not tied to anything after your purchase.