Samenvatting van 35 pagina's van het vak verdiepend burgerlijk recht, het gedeelte verdiepende verbintenissenrecht. Het bevat stof uit zwaartepunten van het vermogensrecht en een week compendium Nederlands vermogensrecht. Daarnaast heb ik de stof uit de sheets van de hoorcolleges gebruikt om mijn ...
Rechtshandeling
Bloot rechtsfeit
Overeenkomst
Rechtsfeit
Meerzijdig
Menselijke
gedraging Andere RH
OD
Andere gedraging
Rechtmatige
daad
,Week 1
H 15 t/m 15.3.5 van Zwaartepunten van het vermogensrecht
In het verbintenissenrecht gaat het om relatieve rechten. Dit zijn rechten die niet tegenover een ieder
gelden, maar alleen ten aanzien van één of meerdere bepaalde personen.
Art 6:213 BW bepaalt dat een overeenkomst een meerzijdige rechtshandeling is, waarbij één of meer
partijen jegens één of meer andere partijen een verbintenis aangaan.
Met betrekking tot overeenkomsten moeten er dus meerdere boeken worden geraadpleegd uit het
Burgerlijk Wetboek. Ten eerste boek drie, de tweede titel betreft namelijk rechtshandelingen in het
algemeen en zoals uit bovenstaande definitie blijkt, is een overeenkomst een meerzijdige
rechtshandeling. Daarnaast moet ook boek 6 worden geraadpleegd en dan met name de vijfde titel. In
deze titel gaat het namelijk over overeenkomsten in het algemeen.
Ten aanzien van overeenkomsten gelden er de volgende grondbeginselen:
o Contractsvrijheid, er gelden veel regels van aanvullend recht. De regels van dwingend rechten
die er zijn, zijn er om de zwakkere partij bescherming te bieden.
o Vormvrijheid, dit wordt ook wel het consensualisme genoemd.
o Pacta sunt servanda, afspraken moeten worden nagekomen.
o Iedereen is gelijk, maar sommigen zijn meer gelijk dan anderen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
de bescherming bij een huurder ten opzichte van de verhuurder of een werknemer ten
opzichte van de werkgever.
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan
Art 6:217 BW bepaalt dat een overeenkomst tot stand komt door een aanbod en de aanvaarding
daarvan.
Aanbod
Er is sprake van een aanbod wanneer de verklaring die gedaan wordt de voornaamste elementen van
de inhoud van de eventueel te sluiten/beoogde overeenkomst bevat. Wanneer de wederpartij hierop
alleen ja zou zeggen, dan is dit voldoende om de overeenkomst tot stand te laten komen. Het is
belangrijk om in de gaten te houden, dat niet alles wat in het dagelijks leven wordt gezien als een
aanbod, ook in aanbod is in de zin van art 6:217 BW. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de krant waarin er
verschillende dingen worden aangeboden zoals tweedehands auto’s of zelfs huizen. De Hoge Raad
heeft in het arrest Hofland/Hennis, ten aanzien van advertenties het volgende bepaalt: ‘een
advertentie waarin een individueel bepaalbare zaak voor een bepaalde prijs te koop wordt
aangeboden, leent zich er in beginsel niet toe om door eventuele gegadigden anders te worden
opgevat, dan als een uitnodiging om in onderhandeling te treden, waarbij niet alleen de prijs en
eventuele verdere voorwaarden van de koop, maar ook de persoon van de gegadigde van belang
kunnen zijn. → denk bij een individueel bepaalbare zaak aan een huis of een specieszaak.
Een aanbod kan zowel herroepelijk als onherroepelijk zijn. Art 6:219 lid 1 BW bevat de hoofdregel,
deze luidt dat een aanbod herroepelijk is, tenzij uit het aanbod volgt dat deze onherroepelijk is.
Herroepelijk betekent dat de aanbieder de werking van het aanbod kan ontnemen, doordat hij er tijdig
op terug komt. Als gevolg van een tijdige herroeping vervalt het aanbod. Het tweede lid bepaalt dat
herroeping niet mogelijk is als het aanbod als is aanvaard, of als de mededeling met betrekking tot de
aanvaarding reeds is verzonden. Dit laatste wordt ook wel de verzendtheorie genoemd. Bij een
onherroepelijk aanbod bestaat er geen mogelijkheid om deze rechtsgeldig te herroepen. Hiervan is
sprake als het aanbod een termijn voor de aanvaarding inhoudt of de onherroepelijkheid op een
andere manier uit het aanbod volgt.
Samenvattend bevat art 6:219 BW dus de volgende regel:
Herroeping van een aanbod is mogelijk, tenzij:
Het aanbod een termijn voor de aanvaarding bevat
De onherroepelijkheid op een andere wijze uit het aanbod volgt
, Het aanbod al is aanvaard of de mededeling met betrekking tot de aanvaarding reeds is
verzonden
Er bestaat ook nog het zogenaamde vrijblijvende aanbod. Art 219 lid 2 BW bepaalt dat wanneer het
gaat om een vrijblijvend aanbod, dat dan herroeping zelfs nog onverwijld na de aanvaarding kan
plaatsvinden.
Om te bepalen wanneer een aanbod vervalt, hangt het er van af of het gaat om een mondeling of
schriftelijk aanbod op grond van art 221 lid 1 BW. Een schriftelijk aanbod vervalt namelijk pas, als het
niet binnen een redelijke tijd wordt aanvaard. Een mondeling aanbod vervalt daarentegen wanneer
het niet onmiddellijk wordt aanvaard. Het tweede lid bepaalt daarnaast dat een aanbod vervalt,
wanneer het verworpen wordt.
Een aanbod kan ten slotte ook nog een voorwaarde bevatten waaronder het gelding heeft. Wanneer
de voorwaarde ingaat, denk hierbij aan: voor zover nog in voorraad, dan ontstaat er hierdoor een
verval van het aanbod door herroeping op grond van art 3:38 jo 6:218 BW.
Aanvaarding
De aanvaarding is de verklaring van de wederpartij dat zij het aan haar gedane aanbod aanvaardt. De
aanvaarding moet op grond van art 6:225 BW wel in overeenstemming zijn met het aanbod, anders
wordt de aanvaarding gezien als een nieuw aanbod. De aanvaarding is net als het aanbod een
wilsverklaring. In art 3:37 lid 1 BW is bepaalt, dat een verklaring in beginsel in iedere vorm kan
geschieden, hieronder valt dus ook een gedraging, tenzij er anders is bepaald. Het derde lid bepaalt
dat de verklaring pas werking heeft, als het de persoon heeft bereikt tot wie het was gericht.
Uitzondering op deze regel is de situatie dat de verklaring niet of niet tijdige de persoon tot wie zij was
gericht bereikt, als gevolg van een eigen handeling van de persoon tot wie zij was gericht, van de
persoon voor wie hij aansprakelijk of van andere omstandigheden die zijn persoon betreffen en
rechtvaardigen dat hij nadeel draagt. Daarnaast zijn ook het vierde en vijfde lid belangrijk om te
bestuderen. Deze hebben betrekking op een onjuiste verklaring door een hulppersoon of hulpmiddel
en intrekking van de verklaring.
Aanvaarding kent ook een aantal bijzondere situaties. Denk aan internettransacties waarbij er een
herstelmogelijkheid is, art 6:227c lid 1 BW, bedenktijd bij consumentenkopen op afstand en buiten
verkoopruimte, art 6:230o lid 1 BW en bedenktijd bij de koop van een onroerende zaak als woning
door een natuurlijk persoon art 7:2 lid 2 BW.
Wil, verklaring en gerechtvaardigd vertrouwen
Een aanbod is net als een aanvaarding een eenzijdige rechtshandeling. Dit heeft tot gevolg dat art
3:33 BW op beiden van toepassing is. Hierin is bepaalt, dat een rechtshandeling een op rechtsgevolg
gerichte wil vereist, die zich door een verklaring heeft geopenbaard. Voor een overeenkomst is dan
ook vereist dat er twee overeenstemmende wilsverklaringen zijn. Wanneer de aanbod en aanvaarding
op elkaar aansluiten dan ontstaat de overeenkomst, dit wordt ook wel wilsovereenstemming genoemd.
Het komt echter ook wel eens voor, dat de verklaring niet overeenstemt met de wil, deze lopen dan
uiteen. Deze ontspoorde wilsverklaringen kunnen een aantal oorzaken hebben:
Een verspreking of verschrijving
Een onjuiste overbrenging van de verklaring / Communicatiefouten
Een misverstand
→ arrest Bunde/Erckens. Hierbij bestaan er geven beide partijen een andere uitleg aan het
woord belastingschade. De Hoge Raad heeft in deze uitspraak bepaalt, dat om antwoord te
geven op de vraag of er al dan niet een overeenkomst tot stand is gekomen, dit in beginsel
afhangt van wat beide partijen over en weer hebben verklaard en uit elkaars verklaringen en
gedragingen, overeenkomstig de zin die zij daaraan in de gegeven omstandigheden mochten
toekennen hebben afgeleid. Om dit te bepalen heeft de Hoge Raaf een viertal gezichtspunten:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fleurtt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.95. You're not tied to anything after your purchase.