100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Humane Wetenschappen 2: psychopathologie (1225GENRVK) $5.45
Add to cart

Summary

Samenvatting - Humane Wetenschappen 2: psychopathologie (1225GENRVK)

 16 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting - Humane Wetenschappen 2 Onderdeel psychopathologie

Preview 4 out of 70  pages

  • June 6, 2023
  • 70
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Psychopathologie

Les 1: definiëring en verklaringsmodellen
1. Inleidend gedeelte
 Wat is psychopathologie?
 De studie van het geestelijk of psychisch leiden
 Wat is klinische psychologie?
 Tak van de psychologie verantwoordelijk voor begrip en behandeling van psychopathologie
 Psychiatrie – Klinische Psychologie – Psychotherapie
 Psychiatrie: discipline geneeskunde (arts), diagnose en (medische) behandeling van PP
 Klinische Psychologie: discipline psychologie, masteropleiding afstudeerrichting klinische
psychologie
 Psychopathologie (PP) = deelgebied psychiatrie en klinische psychologie
 Psychotherapie: geen apart gezondheidszorgberoep, maar behandelvorm (beoefenaars van
de psychotherapie)
 Is geen beschermde titel  iedereen mag dat gebruiken
 Relevantie voor kinesitherapie?
 Biopsychosociaal model: Naast biologische zijn ook psychologische en sociale factoren mee
bepalend bij ziekte en genezingsproces
 PP binnen kiné-praktijk
 Kinesitherapie binnen GGZ
 Bv. multidisciplinaire behandeling ASS
 Belang psychologie bij medische aandoeningen/MSK-klachten/…
 Bv. verwerking, coping, comorbiditeit
 Multidisciplinair werken
 Stigma doorbreken!
 Prevalentie mensen met een psychische aandoening vs aantal mensen die behandeling
zoeken
 Om in therapie te gaan is durf en moed nodig
 Lichamelijke ziektes vs psychische aandoeningen
 Naar de dokter/tandarts/… gaan vs naar de psycholoog gaan
 Iemand die zich kwetsbaar durft opstellen en durft te reflecteren over zichzelf is altijd te
bewonderen
 Public stigma, self-stigma, institutional stigma
2. Historische visies
2.1. Demonologie (middeleeuwen)
 Afwijkend gedrag = ‘bezeten’/demonen/kwade geesten
 ‘Behandeling’ → Uitdrijving/ (Fysieke) Straffen (gevolg: distress ↗)
 Nog steeds veel voorkomende verklaring voor PP in verschillende culturen
2.2. Medisch model (19e eeuw)
 Idee van ‘ziekte’ → ‘Geestesziek’, ‘mental illness’
 Biologische oorzaak als verklaring voor psychopathologieën
 Invloeden
 Meer inzicht in biologische oorzaken van fysieke aandoeningen
 Gedrag typisch voor PP als gevolg van medische aandoeningen, bv. syfilis →
gegeneraliseerde parese

,  Somatogene hypothese: de hypothese dat de oorzaken of verklaringen van psychologische
problemen terug te vinden zijn in fysieke of biologische defecten
 Voordelen
 Introductie wetenschappelijk denken
 Opkomst psychiatrie (medicatie of operatie)
 Nadelen
 Verklaart niet complexe psychologische en emotionele processen
 Houdt geen rekening met socio-economische status
 Focus op dysfunctie (‘fix what’s broken’)
 Echter: PP vaak extreme vorm van normaal functioneren (dimensioneel ipv categorisch)
 Stuurt stigma (second class citizens)!
 Belangrijk model, maar niet correct en onvolledig!
2.3. Van gestichten naar ambulante behandelingen
 18e E: Gestichten vnl. privé-initiatieven (mensonterend)
 Vanaf 19e E: afwijkend gedrag = ziekte en verdient behandeling (humaan) Bv.
‘Krankzinnigengestichten’ (Dr. Guislain te Gent)
 Jaren 50: Behandelmethoden verbeterden, van residentieel (levenslang) naar meer ambulant
3. Psychopathologie definiëren
 Moeilijk want geen ‘medium’/substraat
 Wel klinisch oordeel
 Weinig gekend over etiologie en beïnvloedende processen van PP
 Dus definitie onafhankelijk van etiologie → Implica e diagnos ek!
 Psychopathologie
 = Studie van afwijkingen van het normale of alledaagse psychologische of gedragsmatige
functioneren
 Afwijkingen?
 Niet zomaar afwijking van algemeen aanvaarde normen
 Afwijking van de statistische norm
 Normaalverdeling IQ
 Zelden voorkomend ≠ PP (bv. hoog IQ)
 Het is niet omdat iemand hoog IQ heeft, dat die psychopathologische
problemen heeft.
 Categorisch (‘hokjesdenken’) → moeilijk cut-off bepalen voor normaliteit!
 Afwijking van sociale en politieke normen
 Sociaal aanvaard of normaal gedrag binnen
een bepaalde context of cultuur (bv. aula)
 Assumptie: elk gedrag dat sociaal
aanvaardbaar is, representeert adaptief
gedrag
 Wat afwijkend is echter vaak cultuur- en
tijdsgebonden (bv. masturbatie,
homoseksualiteit (1973!!))
 Cultuur als beïnvloedende factor voor PP
 Invloed maatschappij en cultuur op verloop PP (Bv. betere prognose in meer
ontwikkelde landen)
 Maladaptief en gevaarlijk gedrag
 Functioneren vormt een bedreiging voor zichzelf of anderen (bv. psychose,
suïcidale gedachten)
 Maar ≠ PP! (Bv. moord)
 Emotioneel lijden en beperking in het functioneren
 Overkoepelend criterium binnen DSM diagnostiek (cf. Les 2)

,  Vaak aanleiding tot aanmelding → Voordeel: cliënt kan zelf nood aan
hulpverlening bepalen
 Nadelen
 Vergt enig ziekte inzicht
 Niet bij alle PP aanwezig
 PP niet altijd ‘verkeerd gelopen’ normale functioneren
 PP vaak extreme vormen van ‘normaal’ of ‘aangepast’ functioneren (bv. down vs
depressie)
4. Verklaringsmodellen van psychopathologie
 Elk individu = veelzijdig organisme bestaande uit:
 Genen
 Biologisch substraat
 Gedrag
 Psychologische processen (waarnemen, leren, denken,
herinneren, …)
 Processen:
 zijn onderling afhankelijk
 worden afzonderlijk bestudeerd
 PP vaak beschreven vanuit de verschillende paradigma’s (bv.
psychose)
 Paradigma’s niet mutueel exclusief
4.1. Biologische modellen
 2 belangrijkste: genetica en neurowetenschappen
4.1.1.Genetica: erfelijkheid van PP
 = Studie van erfelijkheid en de variatie van kenmerken die worden overgeërfd
 Onderzoek naar genetische component van geestelijke gezondheidsproblemen →
grote verschillen! (bv. Ziekte van Huntington)
 Concordantie studies: Onderzoeken de kans dat familieleden van eenzelfde familie
een PP zullen ontwikkelen op basis van het gemeenschappelijk genetisch materiaal
 Tweelingstudies: Onderzoeken de kans dat een- en twee-eiige tweelingen
symptomen indicatief voor een bepaalde PP ontwikkelen om na te gaan wat de
genetische contributie is van een welbepaalde PP
 Studies bij nakomelingen
 Diathese-stress model: Model dat suggereert dat een PP zich ontwikkelt door een
interactie tussen een genetische predispositie en onze omgeving
 Erfelijkheidsfactoren (diathese) zorgen voor kwetsbaarheid voor symptomen,
maar symptomen ontwikkelen zich enkel wanneer het individu stresserende
levensgebeurtenissen meemaakt (stress)
 Zie the diathesis stress model op youtube
 Erfelijkheid
 Mate waarin symptomen door genetische factoren kunnen worden verklaard (0-
1)

4.1.2.Neurowetenschappen (zenuwstelsel): afwijkingen in hersenen of CZS
 A. hersenstructuur en hersenfuncties
 Corpus callosum (hersenbalk) : set van zenuwvezels, verbindt de 2 hemisferen
 Cerebrale cortex: buitenste laag, bestaat uit 4 kwabben:

,  Occipitale kwab: visuele perceptie
 Temporale kwab: gehoor, geheugen, emotie, taal,
illusies, smaak- en reukzin
 Pariëtale kwab: visuomotorische coördinatie
 Frontale kwab: willekeurige gedragingen, verbale
expressie, probleemoplossing, impulsbeheersing,
planning (PFC: executieve functies)
 Limbisch systeem → onder cerebrale cortex, belangrijke
rol bij emoties en leren
 Hippocampus: Spatieel leren
 Corpus mamillare: ruimtelijk en episodisch
geheugen
 Amygdala: aandacht naar emotioneel relevante
stimuli → belangrijke rol in PP zoals fobieën en
depressie
 Hypothalamus: endocrien, vecht/vluchtreactie
 Fornix: schakel tussen corpus mammillare en
hippocampus
 Thalamus: schakelstation
 B. neurotransmitters
 Chemische stoffen die neuronen helpen communiceren met elkaar, zijn dus
essentiële componenten van de mechanismen die efficiënt en effectief
hersenfuncties reguleren
 Belangrijke NT voor PP:
 Dopamine: schizofrenie en psychotische symptomen
 Serotonine: stemmingsstoornissen
 Norepinefrine: stemmingsstoornissen, angststoornissen
 Gamma aminoboterzuur (GABA): angststoornissen
 Echter niet eenduidig!
4.2. Psychologische modellen
 EN-EN (géén OF-OF) → Modellen zijn complementair, zijn niet mutueel exclusief
 Psychologische oorzaak eerder dan biologisch/medisch
 Symptomen als normale reacties op moeilijke of stresserende levensomstandigheden,
gemedieerd door intacte psychologische of cognitieve mechanismen
 Belangrijkste psychologische modellen in verklaren en begrijpen van PP: Psychoanalytische
(psychodynamische) benadering, gedragsmodel, cognitieve benadering, humanistisch-
existentiële benadering
4.2.1.Psychoanalyse en Psychodynamische benadering
 Grondlegger: Sigmund Freud (1856-1939)
 Verschillende cases zoals ‘mysterieuze symptomen’ bij hysterie en spontane paralyse
 Vaak traumatische gebeurtenissen en negatieve emoties/spanningen in
voorgeschiedenis
 Erover praten gaf verlichting symptomen
 Theorie van de psychoanalyse
 = Zowel normaal als abnormaal psychisch functioneren kunnen worden verklaard
door verschillende psychologische mechanismen die het individu helpen zich te
verdedigen tegen angst en depressie door het onderdrukken van herinneringen
en gedachten die conflicten en stress veroorzaken
 Psychoanalyse
 3 psychologische componenten als basis voor persoonlijkheid
 Id (instinct, behoeften) → Onmiddellijke behoe e-bevrediging (Cf. Paard)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller katovanwauwe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.45. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49768 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.45
  • (0)
Add to cart
Added