SCHEMA: introductie tot wetenschappelijk denken (H1)
Kenmerken van wetenschappelijk Wat is wetenschap Theorie-data cyclus: goede theorie is… Soorten onderzoek:
gemeenschap → = Empirisch = repliceerbaar → Ondersteund door data → Fundamenteel/basic:
→ Universalism (iedereen) - Directe zintuigelijke waarnemingen & meetinstrumenten → Falsifieerbaar theoretisch (cogn. psych)
→ Communality (delen) - NIET eigen ervaring, intuïtie of autoriteitsfiguren → Parsimonie (spaarzaam, simpelste → Translational: grey
→ Disinterestedness (niet voor → Theorieën testen versie) area, niet in school maar
geld/fame, intellectuele interesse) → Fundamentele & toegepaste vragen beantwoorden - Replicatie belangrijk labo (abstract)
→ Organized skepticism (alles in → = continu in ontwikkeling (testing, aanpassen, falsifiëren) - Kritisch mindset = essentieel → Toegepast/applied
vraag kunnen zetten, anders → Publicaties in vaktijdschriften • Niet alle onderzoek = (A&O)
pseudo wet.) → Communiceren met het brede publiek (media clickbait) correct/robuust
Publiceren: Peer-review Onderzoekers Onderzoek VS intuïtie: cognitive biases
(college’s anoniem) < → Gebruiken vergelijkingsgroep 1. Een goed verhaal: plausibel? Dan klopt het wel
editor (start process) < → Controleren 3de variabelen (confounders) 2. Availability heuristic: sneller geloven wnr we makkelijk vb kunnen bedenken
reviewers (reject, revise, → Info evalueren zonder bias 3. Present bias: enkel denken aan het nu & niet aan andere mogelijke situaties
de
accept) - Ervaring heeft geen vergelijkingsgroep & heeft 3 4. Confirmatory hypothesis testing: hypothese formuleren zodat ons idee klopt
→ Meer dan 90% reject + variabelen (= confounded, rage room, catharsis 5. Bias blind spot: eigen beïnvloeding over hoofd zien
langdurig process hypothese) 6. Dunning-Kruger effect: hoog inschatten van eigen competenties
- Onderzoek is wel probabilistisch
, Damla Akgöl 2BA
Tim Vantilborgh 2022 – 2023
SCHEMA: grondbeginselen van alle onderzoek (H2)
Variabelen VS constante Construct/conceptueel var = het Verbanden: gaat samen met, heeft hoger 3 soorten uitspraken/claims
Onafh VS afh onderzochte risico op, correleert met, voorspelt, heeft 1. Frequentie: beschrijvend/descriptief onderzoek
Meten VS manipuleren Conceptueel definitie = theorie verband met,… → Gaat altijd over 1 variabele! Kan wel versch. uitspraken
Conceptuele < v/d construct Causale verbanden: veroorzaakt, vergroot, doen over versch. var.
operationaliseerde Operationalisering = meting ervan verkleint, leidt tot, verandert,… (= sterkere → “12% van kiezers heeft voorkeur voor Groen”
woorden, moet hiermee oppassen) → Construct, externe, statistisch, interne (want hier gaat
4 soorten validiteit Voorwaarde voor causaliteit (experimenteel): het niet over causaliteit)
1. Construct: meet wat het moet meten? Hoe goed → Covariantie 2. Verbanden/association: correlationeel onderzoek
hebben we var. gemeten? Betrouwbaarheid → Temporal precedence → Tussen 2 var.: positief, negatief of geen verband
2. Externe: kunnen we veralgemenen naar andere → Alt. verklaringen uitsluiten (random assignment) → Curvilineair verband: U-vormig verband
personen, plaatsen, tijdstippen, contexten? - Spurious correlaties: men denkt vaak dat er sign. → Bolletjes dicht aan de regressierechte = sterk(er)
(representativiteit) causaliteit is, terwijl dat niet zo is (door sterke - Scatterplot kijken want r = .67 is niet altijd goed
3. Statistisch: hoe groot is de standaardmeetfout corr.) • Datasaurusdozen (zelfde data, correlatie & mean)
(Se)? Hoe goed ondersteunt de data je • Correlatie ≠ causaliteit • 1 var. dichotoom/categoriaal? barplot = beter
conclusie? Ethische richtlijnen voor psychologisch onderzoek → “Meer slechte klanten kan tot burn-out leiden”
→ Effect size, statistisch significantie, confidence → Vb. Tuskagee Syphilis studie, Milgram’s obedience → Construct, externe, statistisch, interne (want hier gaat
interval experiment, invasion of personal space (urinal) het niet over validiteit dus minder belangrijk)
4. Interne: causale effect, kunnen we conlusies → 3 principes van de Belmont verslag 3. Causale verband: experimenteel onderzoek
over causaliteit trekken? - Respect voor mensen: informed consent, → Enkel nagaan dmv experiment
Afwegingen van versch. aspecten van validiteit bescherming kwetsbare groepen → “Muzieklessen verbetert je IQ”
→ Geen enkele studie = perfect, voorrang geven - Benificence: kosten-baten voor deelnemers & → Construct, externe, statistisch, interne (PRIORITAIR)
voor bepaalde validiteiten maatschappij 8 standaarden van APA m.b.t. onderzoek:
→ Balans tussen externe & interne validiteit - Rechtvaardigheid: is het sexy voor iedereen → Ethische commissie < informed consent (deelname &
- Experimenten: sterk intern, zwak extern (deelnemers inbegrepen)? data gebruik) < weglaten van informed consent < beloning
- Correlationeel: zwak intern, betere extern < misleiding (deception through commission or omission) <
→ Balans tussen externe & construct validiteit 5 algemene APA richtlijnen (2 extra): debriefing < dierengebruik (3R’s: replacement, reduction,
- Korter meetinstrumenten (om respondenten te → Beneficence & nonmaleficence, fidelity & refinement) < rapporteren van resultaten < 10
lokken) < extern valid verbetert, construct valid responsibility, integrity, justice, respect voor rechten & QRP’s/onderzoeksfraude (plagiaat, fabricatie, falsificatie) <
wordt slechter waardigheid van personen publication credit < dubbele publicaties met dezelfde data
< delen van data (open science) < reviewers
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dripdrop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.45. You're not tied to anything after your purchase.