Vennootschapsrecht
Redenen om een vennootschap op te richten
Samenwerken op voet van gelijkheid
o Medevennoten zijn juridisch gelijkwaardig
Geen bevelen tegenover elkaar
o Macht in vennootschap wordt bepaald door het aantal aandelen dat u
heeft
Beperking van aansprakelijkheid
o Heel wat activiteiten hebben een groot risico
Als niet-vennootschap kan bij faillissement beslag genomen worden
op je persoonlijke bezittingen
o Beperking: maar voor een stuk aansprakelijk
Je stelt een beperkt deel ter beschikking van je vennootschap
Rechter kan niet aan je andere persoonlijke bezittingen die niet ter
beschikking gesteld zijn aan de vennootschap
Bronnen van het recht
2019: grote hervorming van het vennootschapsrecht
o Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV)
o Waarom deze wijzigingen?
Er waren te veel verschillende soorten vennootschappen
Bvba, nv, …
Bestonden allemaal onder dwingend recht
Dwingend recht: kan je niet van afwijken
Nu: veel meer aanvullend recht
Aanvullend recht: je kan de regels in mate aanpassen aan de
noden van je vennootschap
Sinds 2019: alle vennootschappen zijn ondernemingen
Iedereen valt onder ondernemingsrecht
Structuur WVV
o Bestaat uit 5 delen (opgedeeld in een aantal boeken)
Begint ieder boek met nieuwe nummering
Concrete bronnen van het vennootschapsrecht
o Nationale regels/wetgeving
WVV
Overeenkomstenrecht
Vennootschappen zijn geen overeenkomsten maar een
rechtshandeling
Volgens ondanks dat toch overeenkomstenrecht
o Europees recht
VWEU (Verdrag van de Werking van de Europese Unie)
Vrij verkeer (vrije vestiging in de EU)
Richtlijnen
Verordeningen
= Europese wetten
o Internationaal recht
1
, Mogelijkheden om een vennootschap op te richten
Tot 2019: basisregel
o Om een vennootschap op te richten moet je minstens met 2 zijn
Vervelend voor mensen die alleen handel willen drijven (met
uitzonderingen)
Vanaf 2019: een vennootschap is een rechtshandeling van 1 of meer
personen
o In praktijk: bv en nv zijn de enige vennootschappen die je nog kan
oprichten
o Rechtshandeling = een handeling die je stelt met de bedoeling om
juridische gevolgen te hebben
Wat is een vennootschap?
1.1 WVV = definitie van een vennootschap
o “Vennootschap wordt opgericht bij een rechtshandeling door 1 of meer
personen”
Rechtshandeling OF overeenkomst
Overeenkomst kan enkel met meerdere personen
o “Wordt opgericht door fysieke- of rechtspersonen”
Fysieke personen: individuen
Rechtspersonen: (eventueel) andere vennootschappen
o “… die een inbreng doen”
Iets van jezelf inbrengen en ter beschikking stellen voor de
vennootschappen
Groot verschil met vennootschappen en andere overeenkomsten
o “Vennootschap heeft een vermogen”
Vermogen = de middelen die u ter beschikking stelt
o “Doelstelling van de activiteiten wordt altijd aangegeven”
Kunnen enorm veel zijn en verschilt per vennootschap
Doelen aanwezig in elke vennootschap:
Winstoogmerk = winst maken
Winstverdeling = winst uitkeren
Winst uitkeren: (in principe) niet verplicht
Je kan je winst ook terug investeren in het bedrijf
2
, Verschillen vennootschappen en verenigings-/ organisatievormen
Verenigingen (vzw)
o Opgericht bij overeenkomst
Dus: je kan een vzw niet alleen oprichten
o Streeft een belangeloos doel na
Hebben winstoogmerk niet als doel
Kunnen wel commerciële activiteiten doen
Winst niet uitkeren aan leden
o Bij oprichting vzw moet je geen inbreng doen
Stichting
o Rechtspersoon zonder leden
o Opgericht door een rechtshandeling
1 of meerdere personen
o Belangeloos doel
Onverdeeldheid
o Komt tot stand op:
Vrijwillige basis
Vb.: je beslist samen met een vriend om een kot te kopen en dit
te verhuren aan studenten
Onvrijwillige basis
Vb.: je erft samen met je broer/zus de woning van je ouders
o Kent geen echte doelstelling
Enkel om het goed te behouden
Hieruit kan wel een vennootschap ontstaan
Overeenkomst
o Sommige vennootschappen zijn overeenkomsten (maar niet andersom)
o Kenmerken die ervoor zorgen dat een overeenkomst geen vennootschap is:
Geen inbreng bij overeenkomsten
Geen winstoogmerk of winstverdeling bij overeenkomsten
WVV vertrekt van 4 basisvormen (sinds 2019)
1) Maatschap
2) Besloten vennootschap (BV)
o = De nieuwe vennootschap die de bvba hebben overgenomen
o Doelstelling van de wetgever
Wilt dat mensen die een vennootschap willen oprichten, kiezen om
een BV op te richten (want deze is soepel)
o Geen kapitaalvereisten (was wel zo bij de bvba)
3) Naamloze vennootschap (NV)
o Voor kapitaalintensieve activiteiten
4) Coöperatieve vennootschap (CV)
5) Variaties
o Maatschap
Stille maatschap
Tijdelijke maatschap
o Europese NV
3
, o Europese CV
3 verschillende types vennootschappen
Vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid
o = Maatschap
Vennootschap met rechtspersoonlijkheid
Situaties waarin het normaal gezien geen vennootschappen zijn, maar als
vennootschap worden erkend door het wetboek WVV
o EESV (Europees economisch samenwerkingsverband)
Systeem van typendwang/het gesloten systeem
Wat is het systeem van typendwang?
o Je mag alleen een vennootschap oprichten volgens de types van de wet
Maatschap, BV, NV, CV)
Wat is een rechtspersoonlijkheid?
= Entiteit die u opricht met dezelfde kenmerken als u als fysieke persoon
o Naam
o Adres
o Handelsbekwaamheid
o Nationaliteit
De rechtspersoon is de ‘persoon’ die je niet ziet maar geen juridische fictie is
Vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid wordt opgericht met een
onverdeeldheid
o Grote gevolgen voor de aansprakelijkheid
Onderscheid vennootschap met en zonder rechtspersoonlijkheid
o Met: eigen vermogen
o Zonder: geen eigen vermogen
Dus verdeeldheid van goederen
o Beperking aansprakelijkheid
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannegebruers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.60. You're not tied to anything after your purchase.