Samenvatting Uitgewerkt document studie- en examenvragen 'Sociologie' (Reeks A en B)
16 views 0 purchase
Course
Sociologie Voor SW
Institution
Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen (Artesis)
Reeks A en B van de bundel studie- en examenvragen die door Dries werd online gezet uitgewerkt. Enkel reeks C niet uitgetypt. Heeft enorm geholpen bij het examen + enkele van mijn vrienden ook.
100 Studie- & examenvragen Sociologie voor Sociaal Werk
AJ 22
REEKS 1 – KENNIS- & REPRODUCTIEVRAGEN (6 PUNTEN)
BIJ DEZE VRAGEN IS HET DE BEDOELING BEKNOPT MAAR TEGELIJKERTIJD ZO VOLLEDIG MOGELIJK TE
ANTWOORDEN.
1. Wat is een paradigma? Wat is een ideologie? Wat is het verschil tussen beide? Illustreer met een voorbeeld
uit de wereld van sociaal werk
Paradigma
- = specifieke combinatie van uitgangspunten, theorieopvattingen en voorschriften van methodologische
aard van waaruit naar de werkelijkheid wordt gekeken
- Wetenschappelijk, neutraal karakter
- Kan evolueren naar een ideologie
- Voorbeeld: mensen in armoede zijn niet noodzakelijk lui of ongemotiveerd, er spelen andere factoren
mee
Ideologie
- = voorstelling van de werkelijkheid die vooral als functie heeft belangen te behartigen
- Een levensbeschouwing
- Politiek, waardegeladen karakter
- Voorbeeld: mensen in armoede geven alleen zichzelf de schuld van hun situatie en moeten meer
werken om eruit te komen
2. Wat is het nut of het belang van paradigma’s? Maak daarbij onderscheid tussen de relevantie voor sociologen
en sociaal werkers
Voor sociologen: draagt bij aan een vollediger begrip van sociologie als wetenschap / het sociologisch
perspectief
Voor sociaal werkers: implicaties voor sociaal handelen, de bril maakt het verschil!
- Eenzelfde sociale situatie, behoefte, probleem kan (moet!) vanuit meerdere invalshoeken worden
belicht…
- … heeft dus meerdere implicaties voor sociaal handelen
- Bv. een eetstoornis, de buurt waar je woont, sport en vrije tijd, werk of relatie, etc.
- Hoe kijk je bv. naar armoede?
o Micro: kijk je naar het probleem vanuit de persoon zelf? Vanuit een gezin?
individuele tekorten en schulden; mensen hebben zelf schuld aan hun situatie; je gaat
moraliseren, disciplineren ‘het is aan jou om iets te doen’
o Meso: kijk je naar het probleem vanuit perspectief van de leefomgeving?
het is de fout van de instituties; zij hebben de mensen gefaald
o Macro: kijk je naar het probleem vanuit het perspectief van de samenleving?
de oorzaak van armoede ligt niet bij mensen zelf, maar heeft te maken met omstandigheden
waar iedereen slachtoffer van is en geen invloed op heeft
,3. Schets het basis-oriëntatiemodel (ons ‘windroosmodel’) aan de hand van een duidelijk voorbeeld.
Voorbeeld werkloosheid
- Je kan naar sociaal handelen kijken als
o een samenwerking/consensus (+): proberen aan te passen aan de wereld
recht op solidariteit
of
o als conflict (-): iedereen heeft zijn eigen belangen en er is concurrentie tussen iedereen
werkloosheid is gevolg van arbeidscompetitie of -concurrentie binnen het kapitalistische
regime (persoon is slachtoffer van het systeem)
- Bestuderen
o Van onderuit (actor/micro/bottom-up): mensen creëren hun eigen wereld
de individueel ervaren problemen van de werklozen (schaamte, spanningen in gezin, gebrek
aan structuur)
o Van bovenuit (systeem/macro/top-down): de
wereld maakt ons
risicocategorieën: laaggeschoolden,
anderstaligen, ouderen, etc.
impact corona: job verloren tijdens lockdown
4. Schets de essentie van het symbolisch interactionisme als paradigma. Hoe kijken symbolisch interactionisten
in het bijzonder naar mens en samenleving?
Zij kijken naar hoe mensen in interactie gaan met elkaar en creëren samen symbolen met gedeelde betekenis
(ze begrijpen elkaar door de gedeelde symbolen die ze gebruiken bij elkaar).
consensus + micro/actor
5. Schets de essentie van het ruilparadigma. Hoe kijken ruiltheoretici naar mens en samenleving?
Zij kijken naar mensen in termen van ‘ruilen’ (bv. leerkracht geeft kennis aan studenten, en studenten geven
respect en actief gehoor); welke betekenis geven mensen eraan? Wat verwachten ze in ruil? Eigenbelangen in
de relatie!
conflict + micro/actor
6. Schets de essentie van het structureel functionalistisch paradigma. Hoe kijken functionalisten naar actor en
systeem?
Zij kijken naar structuren van de samenleving en kijken naar de functies die de verschillende structuren
bekleden (wat is de functie/doelen van sociaal werk?)
consensus + macro/systeem
, 7. Schets de essentie van het conflictparadigma. Hoe kijken conflictsociologen naar mens en samenleving?
Neomarxisten; kijken naar de grote structuren (bv. kapitalisme) en welke slechte gevolgen deze kunnen hebben
voor de mensheid; vanuit macro perspectief; bekijken vanuit conflict en tegengestelde belangen
conflict + macro/systeem
8. Wat bedoelen symbolisch interactionisten met het begrip taking the attitude of the other? In welke zin is dit
een typisch symbolisch interactionistisch begrip?
Taking the attitude of the other (role-taking) = de ander zijn/haar rol begrijpen waardoor handelingen op
elkaar worden afgestemd
Het is een typisch symbolisch interactionistische begrip omdat het benadrukt hoe mensen hun eigen gedrag en
interacties vormgeven door te proberen de perspectieven en attitudes van andere te begrijpen. Dit proces van
het begrijpen van de attitudes van anderen en het vormgeven van ons eigen gedrag op basis van die
interpretatie is een belangrijk onderdeel van de symbolische interactiebenadering.
9. Wat bedoelt Mead met het self? En hoe ontwikkelt zich dit doorheen de kindertijd?
Het zelf is het kunnen reflecteren over zichzelf vanuit de visie van andere (bv. ben ik zoals de andere zeggen?
Ben ik effectief eerlijk en mooi?). Het ontstaat als resultaat van een sociaal interactieproces. Daarin centraal
staat het (empathische) proces van role-taking en van taal. Mensen gaan zich steeds (in gedachten) in de rol en
de positie van anderen verplaatsen (empathie).
Ontwikkeling doorheen de kindertijd:
1. Eerst persoonlijk en subjectief ontwikkeld door imitatie van rollen in de directe omgeving (bv. politie
en dief, vadertje moedertje, etc.). Eerst richt het kind zich op significant others (play stadium) en pas
later op de generalized other (game stadium). Het kind komt met steeds meer mensen in contact.
2. Dan komt het groepszelf tot stand en leert het kind zichzelf als lid van een groep te zien (bv; als
middelbare scholier, als spits in een voetbalploeg)
3. Nog later leer een kind de waarden en normen van de samenleving aan (zichzelf als burger zien, als
eerlijk individu)
10. Wat is het verschil tussen de significant & generalized other (Mead)? Wat hebben deze begrippen met het
symbolisch interactionisme te maken?
Significant others = vertrouwde personen uit de directe omgeving dat het kind gaat imiteren tijdens het play
stadium (bv. moeder, vader)
Generalized others = algemenere, abstractere ‘andere’ persoon. Die andere persoon moet niet meer aanwezig
zijn om invloed uit te oefenen op het denken en het zelfbewustzijn. Deze fase van kinderspel is het game
stadium.
Kinderen worden sociale wezens door gedragingen van mensen uit hun omgeving te imiteren en te
interpreteren in hun spel. Ze leren dus om betekenis te geven aan symbolen en interacties.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannevds99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.