Samenvatting van het boek 'overzicht van de geschiedenis' voor VWO. Betreft de hoofdstukken 6 tot 10. Hoofdstukken 1 tot 5 en de historische contexten kunnen gevonden worden bij mijn andere samenvattingen. Deze samenvattingen zijn geschreven in het vijfde en zesde leerjaar van het VWO
Hoofdstuk 6
6.1 - Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van de
wereldeconomie
Vanaf de 15e eeuw gingen boeren zich specialiseren. Dit kwam tot stand door twee
oorzaken. De eerste oorzaak was de verandering van de natuurlijke
omstandigheden. Door het afgegraven veen was veel land verzakt en te drassig
geworden om op te verbouwen. De twee oorzaak was de extreme import van graan.
Door de import werd het werk van de boeren overgenomen, Amerika voedden de
republiek nu. De boeren gingen zich specialiseren in de productie die voor hun het
meest gunstig en winstgevend was. Zo werd er onder andere kaas, melk, tabak, hop,
hennep, bomen en meekrap geproduceerd. Vooral de tabak was erg in trek. Niet alle
boeren specialiseerde zich sommige trokken naar de stad om in de nijverheid te
gaan werken. Dit zorgde voor meer kennis en gaf een boost aan de ontwikkeling van
de economie.
Door de nieuwe export en import groeide Amsterdam uit tot wereldhaven. Dit kwam
mee door wegvallen van hun concurrenten. Verder was de stapelfunctie erg
bepalend voor Amsterdam. Door de opslag van producten konden kooplieden het
goeie moment voor handel kiezen om verdere goederenverlies te voorkomen.
Doordat er veel nieuwe handelsmogelijkheden werden ontdekt, kwamen er steeds
meer spullen bij. De handel van de kooplieden was kapitalistische , ze waren dus niet
kieskeurig met wie ze handelde als ze , maar winst maakte.
Het ingevoerde graan was niet alleen bedoeld voor de republiek. Handelaren
verkochten het graan door aan andere landen in tijden van slechte oogst. De graan
werd goed verkocht en groeide uit tot een van de belangrijkste grondstoffen van de
economie. De economie van Nederland ontwikkelde zich snel tot een sterke en
winstgevende economie. Dit kwam door de volgende oorzaken op verschillende
gebieden. Aller eerst kwam dit door de ligging van de Nederlandse handelsplaatsen.
Deze waren gunstig gelegen aan belangrijke vaarroutes en rivieren. Zo was het
mogelijk om in een seizoen veel grondstoffen te vervoeren en te verhandelen. Naast
de ligging speelde de vernieuwde fluitschepen en de actuele informatie van de
kooplieden een belangrijke rol.
Aan het eind van de 16e eeuw legde de republiek veel wereldwijde handelscontacten
en ging een groeiende rol spelen in de wereldeconomie. In republiek ontstond
hierdoor het handelskapitalisme: het investeren van een grote hoeveelheid kapitaal
om zo veel mogelijk winst te behalen. De hoofdoorzaken hiervan waren de
specialisatie van de boeren en het uitgroeien van Amsterdam tot wereldhandelsstad.
De republiek ging zich richtte op de winstgevende handel met Azië. De eerste poging
van Cornelis de Houtman mislukte , maar liet wel zien dat het mogelijk was. Hier
profiteerde veel kooplieden van. Ze begonnen zelf handelsreizen op te zetten. Door
deze grote toename van aantal handelaren nam de prijs in Indië sterk toe en nam de
verkoopprijs erg af. Van Oldenbarnevelt vond dat hier verandering in moest komen.
En richtte in 1602 de VOC op. Die bestond uit een samenwerkingsverband tussen
,koopmannen. Hun kapitaal haalden ze uit aandelen en gaven na een jaar hun
aandeelhouders een deel van de winst.
De VOC kreeg het monopolie op handel met Azië. De VOC mocht gaan en staan
waar ze wilden.
Niet alleen de handel veranderde ook de nijverheid. Door dat er in toenemende
maten grondstoffen werden aangevoerd. Kwam er steeds meer vraag naar
nijverheid. Verder zorgde de bouw van schepen voor veel werk en een toename van
de nijverheid.
Door de ontwikkelingen in de landbouw, nijverheid , handel en scheepvaart steeg in
de 17e eeuw de welvaart in de republiek meer dab in andere landen. Engeland en
Frankrijk regardeerde hierop en bedachte dingen om de macht en handel van de
Republiek terug te dringen. Engeland bedacht bijv. de Act of Navigation(1651).
Hierdoor werden alleen Britse schepen en goederen nog geaccepteerd in de havens
van Engeland. Frankrijk strijden meer tegen de vrij economie en wilden dit doen het
beschermen van eigen markt d.m.v. mercantilisme. Hierbij werd de import verminder
door hoge invoerrechten en werd de export gestimuleerd door subsidies. Hiermee
hoopte de fransen werkgelegenheid te creëren en winst te maken
,6.2
Na de acte van Verlatinghe bleef de bestuursvorm van de republiek hetzelfde. Elke
gewest had een staten waarin de edelen van het gewest overlegden met de koning
of diens plaatsvervanger. Verder was er een Staten-Generaal waarin de
vertegenwoordigers van elk gewest elkaar ontmoeten. De meeste belangrijkste
functie was die van stadhouder. De functie werd geërfd.
Nazaat van oranje werd stadhouder van Nazaat van Nassau werd stadhouder van
Holland , zeeland , utrecht, Friesland en Groningen
Gelderland en Overijssel .
In 1588 werd de republiek uitgeroepen. De gewestelijke staten werden het
belangrijkst, maar zonder een stadhouder dit kwam door het gebrek aan een goeie
opvolger bij de familie van Oranje. Johan van Oldenbarnevelt landsadvocaat van
Holland zag zijn kans schoon een sleutelpositie te bemachtigen binnen de Staten
Generaal.
In de Staten-Generaal was besluiten nemen lastig dit kwam doordat iedereen het er
eerst mee in moest stemmem. Nieuwe wetten maken was dus erg lastig, maar met
Johan als hoofd viel dit wel mee. Hij werd steeds belangrijker en bouwde zijn functie
op tot raadspensionaris (premier). De premier voerden toespraken en zetten zijn
tegenstanders zo nodig onder druk. Ook dreigde hij de financiële steun stop te zetten
van de grootste bijdrager zijn favoriete provincie Holland.
Op 18-jarige leeftijd werd Maurits van Oranje benoemt tot stadhouder van de
belangrijkste provincies de gewestelijke staten. Maar intussen was er veel verandert
doordat Johan verschillende wetten had doorgevoerd die de macht van de
stadhouder beperkte. Johan en Maurits stonden recht tegen over elkaar dit kwam
door een aantal redenen:
1. Gewestelijke staten nam militaire beslissingen , omdat hun het geld
inbrachten. De stadhouder had er niks meer over te zeggen.
2. De calvinistische kerk was in tweeën gesplitst
-Rekkelijke Oldenbarnevelt aanhanger
-Preciezen Maurits aanhanger
3. Johan voerde de scherpe revolutie in. Hiermee hoopte hij een staatsgreep van
Maurits te voorkomen . Voortaan kreeg elk gewest zijn eigen en leger en het
gewest Holland moest gehoorzaam zijn aan het leger van de staten Generaal. Zo
verloor Maurits nog een gewest om militair over te beslissen.
Maurits reageerde hier op met de Verseeckerheyt. Deze afspraak maakte hij met de
Staten Generaal buiten om Johan. In de Verseeckerheyt stond dat hij alle macht zou
krijgen om weer welvaart en rust in het land te brengen het eerste wat Maurits deed
was Johan ter dood veroordelen.
,De opvolger van Maurits was zijn halfbroer Frederik. Hij behaalde een aantal
politieke en militaire succes, maar wist nooit van de republiek een monarchie te
maken in tegenstelling tot Lodewijk XIV.
In Frankrijk had Lodewijk de absolute macht. Hij bepaalde alles in Frankrijk en was
absoluut heerser. Lodewijk hielt de touwtjes in handen door:
Te zeggen dat hij de macht van god had gekregen en hij alleen
verantwoording aan god schuldig was.
Staten-Generaal niet oproepen en zo macht en inspraak van de standen weg
te vagen.
In 1598 hadden de fransen het recht van gewetensvrijheid gekregen. Lodewijk wilden
dit veranderen hij vond dat een land één goddienst moest hebben om eenheid in zijn
land te creëren. Daarom herriep Lodewijk in 1685 het edict van Nantes en gaf de
hugenoten(protestanten) de kans zich te bekeren tot het katholicisme of te
vertrekken. De twee gebeurde massaal waardoor Frankrijk veel kennis verloor en de
repbliek kennis won doordat veel hugenoten zich verplaatste naar de republiek.
Frankrijk leidde grote economische schade en Lodewijk kreeg veel kritiek over zich
heen. Dit kwam doordat het geld op begon te raken door de hoge oorlogskosten en
de bouwkosten van vestingen.
In Engeland kreeg het absolutisme geen kans. Karel I werd met zijn absolutistische
trekjes onthoofd in 1659 en zijn zoon Jacobus II verging het niet veel beter hij werd
afgezet door zijn katholieke ideeën. Hij werd afgezet door Willem III die was
gekomen op het verzoek van een grote groep adel. Jacobus wilden van het
katholieke geloof de staatsgodsdienst maken en dat wilde de adel niet. Dit was de
ideale mogelijkheid om de republiek te redden van de ondergang. Door toe doen van
Johan de Witt een regent was op het landleger er bezuinigt en de vloot goed
versterkt. Maar nu werd Nederland bedreigt door 3 grootheden:
1. Frankrijk over land
2. Engeland Over zee
3. En 2 Duitse bisschoppen uit het oosten.
Nu Willem III Engeland kon veroveren kon hij voorkomen dat Frankrijk en Engeland
samen gingen werken door het geloof. En had hij meteen een bondgenoot om de
republiek staande te houden t.o.v. Frankrijk de Duitsland.
De aanval op Engeland verloopt goed en Willem III word koning van Engeland en
Prins van de republiek. De uitnodiging van de adel zaten voorwaarden waardoor
Willem III moet toestemmen met een nieuwe grondwet waarin de macht van de
koning erg is ingeperkt. Hierdoor krijgt Engeland de eerste Constitutionele
monarchie. Deze gebeurtenissen worden de Glorious Revolution genoemd. Willem
III krijgt een dubbelfunctie. Om zijn macht in Engeland niet te verliezen geeft hij de
handel van Engeland voorkeur boven de republiek .Hierdoor krimpt de economie van
de republiek en raakt het in verval. Maar dit alles maakte niet heel veel uit want
Willem had de republiek gered van zijn ondergang.
,6.3
Tot de 16e vertrouwden mensen op alles wat in de bijbel stond. Dit veranderde door
de ideeën van Francis Bacon. Die vond dat alleen op waarnemingen gebaseerde
gebeurtenissen echt betrouwbaar waren. Hiermee ontstonden de eerste ideeën van
het wetenschappelijk denken. Ook Antoine van leeuwenhoek had een primeur , hij
publiceerde als eerste een tijdschrift met daarin zijn ontdekkingen. Er werden nog
veel meer ontdekkingen gedaan o wiskundig , biologisch en natuurkundig gebied.
Voortaan werd kennis verwerft door het doen van waarnemingen en het uitvoeren
van experimenten. Door deze nieuwe uitvindingen en andere manier van deken
spreken we van de wetenschappelijke revolutie.
Je zou denken dat iedereen god en de bijbel achter zich liet, maar integendeel. Nu
ontstond het idee dat god twee boeken had geschonken: de bijbel en het boek der
nature.
Van Leeuwenhoek was vooral praktisch , maar er waren ook theoretische
wetenschappers zoals: Newton en Huygens. Christiaan Huygens schopte het ver
mede door zijn opleiding en m.b.v. zijn vader. Hij werd directeur van de Franse
Academie de sciences waarin nieuwe ideeën werden bedacht en uitgewerkt in de
hoop nieuwe toepasbare kennis te komen.
Ook voor Lodewijk XIV was wetenschap erg belangrijk. Hij liet zich omringen door
componisten en architecten en gaf hen opdrachten om hen te verheerlijken.
In Frankrijk en Engeland zorgden het hof voor een kunst bloei. In de republiek
gebeurde dit niet. Toch kwam het tot een hoogtepunt . Dit kwam door schilders die
nieuwe technieken hadden waardoor ze andere genres ontwikkelden. Hier was veel
vraag naar tot dat de markt verzadigd was en de mensen liever 2e hands schilderijen
kochten.
Renaissance ander mens beeld
Ontdekking van de mens
Renaissancekunst
Humanismeletteren
Mens komt weer terug op een voetstuk en mens gaat onderzoeken niet onder knevel
van de kerk.
Nieuw Mensbeeld(volop zelfvertrouwen) maakt groei van wetenschap mogelijk.
Empirisme waarnemen met zintuigen
Namen:
Newton: Formuleerde wet van zwaartekracht
Swammerdam: beschreef insecten en beleef trouw aan gereformeerde kerk
, Leeuwenhoek: uitvinding microscoop , ontdekking bacteriën en artikel in
tijdschrift
Huygens: theoretische wetenschapper , zijn passie was exacte
wetenschappen(wiskunde en natuurkunde). Uitvinding ontploffingsmotor en
slingervuurwerk. Directeur van franse Acedemie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Krademaker97. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.