Craig, B: Introduction to the Practice of Statistics
In dit document is per college alle bijbehorende literatuur samengevat. Dit zijn dus de paragrafen uit het boek Introduction to the Practice of Statistics van Moore, McCabe en Craig. En daarnaast zijn ook de hoofdstukken uit het boek Introduction in the Behavioral Research Methods van Leary samenge...
Extensive summary Craig, B: Introduction to the Practice of Statistics - Statistics
Summary Lectures and Readings: Statistics 1 - Introduction (FSWPE1-032)
Detailed Summary: Lectures and Readings STATISTICS 2.2 FSWPE2-022
All for this textbook (11)
Written for
Universiteit Leiden (UL)
Pedagogische Wetenschappen
Onderzoekspracticum 1 (6471OZP1)
All documents for this subject (64)
3
reviews
By: evasuermondt • 9 months ago
By: rosalieawj • 1 year ago
By: naomivrijn62 • 1 year ago
Seller
Follow
janineverheij
Reviews received
Content preview
Samenvatting literatuur 1
Hoe breed is het vakgebied van de psychologie?
Psychologie is niet alleen een vakgebied waarbinnen het menselijke welzijn
wordt gepromoot, door middel van gespreksvoering, onderwijs en andere
activiteiten, maar is ook een wetenschappelijke discipline die gedrag en mentale
processen bestudeert. Net zoals biologen organismen bestuderen en
astronomen de sterren, bestuderen gedragswetenschappers mentale processen
en menselijk gedrag.
Wat is de geschiedenis van de wetenschappelijke psychologie?
Aristoteles ging in op systematische basisvragen over de natuur van
mensen en waarom ze zich gedragen zoals ze doen.
Nog oudere geschriften uit India laten dezelfde psychologische inzichten
zien.
Wetenschappelijke psychologie en gedragswetenschap is aan het einde van
de 19e eeuw pas ontstaan → Wilhelm Wundt, William James, John Watson,
G. Stanley Hall.
Nu is het een breed vakgebied waar binnen veel sectoren werk is voor
psychologen.
Wat zijn doelen van gedragsonderzoek?
a. Basic research: psychologische processen begrijpen, zonder te kijken of
deze kennis onmiddellijk toe te passen is in de praktijk.
b. Applied research: het vinden van oplossingen voor bepaalde problemen, in
plaats van algemene kennis te verzamelen.
c. Evaluation research: effecten van sociale of institutionele programma’s op
gedrag evalueren en beoordelen.
Welke drie dingen maken deel uit van elk onderzoek?
1. gedrag beschrijven: patronen van gedrag, gedachten of emoties beschrijven,
door middel van het uitzetten van enquetes bijvoorbeeld.
2. gedrag voorspellen: voorspellen hoe werknemers gaan presteren op basis
van een functioneringsgesprek of vragenlijst
Samenvatting literatuur 1 1
, 3. gedrag verklaren: uitleggen waarom een bepaald verband er is
Welke vier voordelen heeft achtergrondkennis van onderzoeken voor een
student?
1. Kennis over onderzoeksmethoden zorgt ervoor dat mensen onderzoeken
kunnen begrijpen die belangrijk zijn voor hun werk
2. Kennis van onderzoeksmethodologie maakt iemand een meer intelligente en
effectieve ‘’onderzoeksconsument’’
3. Leren over onderzoeksmethoden helpt bij het ontwikkelen van kritisch
denken
4. Het zorgt ervoor dat iemand een autoriteit wordt, niet alleen op het gebied
van onderzoeksmethoden, maar ook in bepaalde vakgebieden
Aan welke drie criteria moet voldaan worden voor een onderzoek
‘’wetenschappelijk’’ genoemd kan worden?
Systematic empiricism = vertrouwen op observaties op een systematische
manier om conclusies over de wereld te kunnen trekken.
Public verification = de resultaten van een onderzoeker moeten
geobserveerd, gerepliceerd en geverifieerd kunnen worden. Twee redenen: 1)
Het zorgt ervoor dat wetenschap observeerbaar is en niet zelf-bedachte
resultaten zijn. 2) Het maakt wetenschap zelf-corrigerend.
Solvability = de onderzochte fenomenen moeten onderzoekbaar zijn. We
kunnen geen wetenschappelijk onderzoek doen naar leven na de dood, aliens
en engelen.
Wat is pseudoscience?
Dit is bewijs dat door mensen als wetenschap wordt aangenomen, maar niet aan
de minimumcriteria voor wetenschappelijk onderzoek voldoet. Het gaat over
onderzoek dat als bron bijv. meningen en ervaringen gebruikt. Dit is niet
verifieerbaar, daarom geen wetenschap. Dit betekent niet dat uitspraken niet
waar zijn, het kan alleen geen wetenschappelijk bewijs genoemd worden.
Wat is een theorie in de gedragswetenschap?
Een theorie is een set van proposities die probeert de relatie tussen
verschillende concepten weer te geven. Een goede theorie in de psychologie
moet het volgende bevatten:
Samenvatting literatuur 1 2
, biedt causale relaties, legt uit hoe een of meerdere variabelen leiden tot
bepaalde cognitieve, emotionele, gedrags- of fysieke reacties
is coherent, duidelijk, logisch en consistent
is spaarzaam, gebruikt alleen de concepten en processen die echt nodig zijn
genereert testbare hypothesen
stimuleert andere wetenschappers om dit te onderzoeken
lost een theoretische kwestie op.
Wat is dan het verschil tussen een model en een theorie?
Een model laat alleen bepaalde hypothetische relaties tussen variabelen zien (X
leidt tot Y, die weer leidt tot Z), terwijl een theorie uitlegt waarom deze relaties er
zijn.
Wat is het verschil tussen post hoc en a priori hypotheses?
Een post hoc hypothese is een hypothese die opgesteld wordt nadat iets
gebeurd is. Wetenschappers zijn hier sceptisch over, omdat je achteraf altijd wel
bewijs kan vinden waarom iets gebeurd is (confirmation bias). Een a priori
hypothese is een hypothese die vooraf opgesteld is, waarna er een gebeurtenis,
bijv. een experiment om dit te testen, plaatsvindt.
Hoe kun je hypothesen opstellen en toetsen?
Deductie is het proces waarbij een algemene propositie (een theorie) leidt tot
specifieke implicaties hierover (de hypothesen).
Inductie is het proces waarbij door geobserveerde patronen die waargenomen
worden, theorieën opgesteld worden ⇒
empirical generalizations
Het belangrijkste verschil tussen inductief en deductief redeneren is dus
dat je bij inductief redeneren een nieuwe theorie probeert te creëren, terwijl
je bij deductief redeneren een bestaande theorie probeert te toetsen.
Deze hypothesen worden getoetst door ze de verifiëren of falsifiëren.
Wat houdt methodological pluralism in?
Dit is het gebruik van verschillende methoden en uitgangspunten om theorieën
te toetsen. Dit zorgt ervoor dat er meer vertrouwen is dat een uitkomst waar is.
De meest overtuigende bewijzen worden gevonden in studies die twee
tegenstrijdige theorieën tegen elkaar toetsen ⇒
strategy of strong inference.
Wat is het verschil tussen een conceptuele en een operationele definitie?
Samenvatting literatuur 1 3
, Een conceptuele definitie is een definitie die je als het ware in een
woordenboek zou vinden.
→ honger = een verlangen naar voedsel hebben
Een operationele definitie is een definitie die precies weergeeft hoe een
concept gemeten of geïnduceerd wordt in een onderzoek.
→ honger = geen voedsel hebben gehad voor 12 uur.
Wat is het dilemma tussen bewijzen en ontkrachten in de wetenschap?
Aan de ene kant kan je een hypothese niet logisch bewijzen. Als theorie A waar
is, dan klopt hypothese H. We vinden dat hypothese H klopt, maar dan kunnen
we niet zeggen dat theorie A klopt, volgens de principes van logisch redeneren.
Het is ongeldig om de antecedent te bewijzen door de consequent voor waar
aan te nemen.
Aan de andere kant is falsificeren ook een praktisch niet haalbare operatie. Als
theorie A waar is, dan klopt hypothese H. Stel nou dat we vinden dat hypothese
H niet klopt. Dan zouden we kunnen aannemen dat de theorie niet klopt. Maar
wat nou als hij wel klopt, maar onze onderzoeksmethode niet goed was? Er zijn
veel manieren waarop onderzoeken mis kunnen lopen.
Null-findings = studies waaruit bleek dat er géén relatie tussen variabelen was
→ file-drawer probleem, omdat deze studies vaak in de bureaula terecht komen.
Er is een steeds grotere oproep dat we deze studies samen moeten bundelen
om geldige falsificaties te kunnen doen.
Als we in de wetenschap niet kunnen verifiëren en niet kunnen falsificeren, wat
dan?
Dan moeten we handelen in overeenstemming met de wetenschappelijke
filter:
Filter 1: wetenschappelijke training, belang van professionele reputatie,
mogelijkheid tot financiëring → filtert onzin weg
↓
Intiële onderzoeksprojecten
↓
Filter 2: self-judgement of viability → filtert dode onderwerpen en
randonderwerpen weg
↓
Samenvatting literatuur 1 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janineverheij. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.