100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Bestuursrecht, HBO-Rechten, leerjaar 1 $5.87   Add to cart

Summary

Samenvatting Bestuursrecht, HBO-Rechten, leerjaar 1

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Duidelijke, korte samenvatting over Bestuursrecht van het boek Praktisch Bestuursrecht

Preview 2 out of 11  pages

  • Yes
  • June 13, 2023
  • 11
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
BESTUURSRECHT
Bevoegdheid tot besturen
Gedecentraliseerde eenheidsstaat = de centrale overheid voert een deel van haar taken zelf uit en
een ander deel draagt de overheid over aan lagere overheden (= openbaar lichaam). Deze openbare
lichamen vormen het grondgebied (= territorium) of het taakgebied (= functie) waarvoor zij zijn
ingesteld.

Openbare lichamen = publiekrechtelijk rechtspersonen met organen die zelfstandig (rechts)
handelingen verrichten.
 Staat, provincie, gemeente, waterschap
 Openbaar lichaam voor beroep  Nederlandse orde van advocaten
 Openbaar lichaam voor bedrijf  Sociaal Economische Raad (adviseert overheid over sociale en
economische aard)

Openbaar bestuur = bestuur dat bestaat uit openbare lichamen en andere rechtspersonen die door
publiekrecht zijn ingesteld (overheidsorganisaties) en het bestaat uit privaatrechtelijke organisaties of
personen met bestuurstaken  mogen alleen optreden als dat in de wet is vastgesteld (=
legaliteitsbeginsel)

Bestuursorgaan = orgaan van overheid dat belast is met het uitvoeren van bestuurstaken  moet
bevoegdheid hebben verkregen in een wet
 A-organen (openbare lichamen en publiekrechtelijke zelfstandige bestuursorganen)
 Staat: de regering, ministerraad, ministers en staatssecretarissen
 Provincie: provinciale staten, gedeputeerde staten en commissaris van de koning
 Gemeente: gemeenteraad, college van B&W en burgemeester
 Waterschap: algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter
 Overige openbare lichamen: algemeen bestuur dagelijks bestuur en voorzitter
 Publiekrechtelijke zelfstandig bestuursorgaan (ZBO’s) = doen taken in het
publiekrecht en vallen niet onder openbare lichamen, maar wel onder een ministerie of
staatssecretaris. Zij hebben alleen niet direct gezag over hen (UWV, CBR, Centraal Orgaan
opvang Asielzoekers)
 B-organen (privaatrechtelijke organisaties die geen orgaan zijn van de overheid en
privaatrechtelijke zelfstandige bestuursorganen)
 Verkrijgen gezag door een wet in formele zin of een ministeriële regeling
 Directeur van een school krijgt de bevoegdheid van de leerplicht en mag aan een jonger
verlof verlenen om de school tijdelijk niet te bezoeken
 APK-keurder die bevoegd is om keuringsrapporten af te geven
 Privaatrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (ZBO’s) = doen taken in het
privaatrecht en worden door de regering of ministers aangewezen om overheidstaken te
verrichten (stichtingen zoals het Nederlandse Filmfonds)
 GEEN ORGANEN ZIJN: formele wetgever Staten-Generaal, onafhankelijke organen die met
rechtspraak belast zijn, Raad van State en de Nationale ombudsman.
Deconcentratie = spreiden van overheidstaken binnen hetzelfde overheidsniveau over diensten,
inspecties, ambten

Bestuursbevoegdheid:
 Attributie = er wordt een nieuwe bevoegdheid aan een bepaald bestuursorgaan toegekend
door de wet in materiële zin. Eenmaal toegekend, kan het niet veranderd worden. Het
bestuursorgaan voert de bevoegdheid zelfstandig en onder eigen verantwoordelijkheid uit.
(Voorbeeld: In de Wabo staat dat het college van B&W bevoegd is om omgevingsvergunningen
te verlenen)
 Delegatie = de bevoegdheid/verantwoordelijkheid wordt overgedragen aan ander
bestuursorgaan (= delegataris). Voorgaande bestuursorgaan (= delegans) is er niet meer
verantwoordelijk voor. Delegatie moet schriftelijke vaststaan en openbaar worden gemaakt.
Delegatiebesluit kan worden ingetrokken  bevoegdheid komt weer bij de delegans terecht.
 Subdelegatie = de delegataris draagt de bevoegdheid opnieuw over aan een ander
bestuursorgaan. Dit kan alleen als dit in een wettelijk voorschrift staat.
 Mandaat = ambtenaren (= mandatarissen) voeren de taken uit namens het bestuursorgaan
(= mandaatgever), maar het bestuursorgaan is nog steeds bevoegd en heeft de
verantwoordelijkheid. Er is geen wettelijk voorschrift nodig en het hoeft ook niet vastgelegd te
worden.

,  Ondermandaat = taken wordt opnieuw overgedragen aan een ander bestuursorgaan. Dit mag
alleen met toestemming van de mandaatgever, want hij is nog steeds bevoegd.

Delegatie Mandaat
 Delegans raakt dan de bevoegdheid kwijt  Mandaatgever houdt bevoegdheid
 Delegataris is verantwoordelijk  Mandaatgever is verantwoordelijk
 Wettelijk voorschrift nodig  Wettelijk voorschrift alleen bij uitzondering
 Kan niet zomaar worden beëindigd  Mandaat kan altijd worden herroepen
Bestuurshandelingen (= acties van bestuursorganen)
 Publiekrechtelijke rechtshandeling = taken en bevoegdheden die exclusief aan een
bestuursorgaan zijn verleend in de Awb en in de bijzondere bestuursrechtelijke wetten  meestal
eenzijdige rechtshandeling
 Privaatrechtelijke rechtshandeling = taken die geen exclusieve bevoegdheid geeft van het
openbaar bestuur.


Besluiten
Besluit = schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke
rechtshandeling  kan uitsluitend tot stand komen door het openbaar bestuur dat door de wet is
aangewezen om een taak te verrichten.
Gelijkgesteld met besluit is: weigering om besluit te nemen en het niet tijdig nemen van besluit (=
fictieve weigering)

Besluiten kunnen onderverdeeld worden in:
 Besluiten van algemene strekking (BAS)  betrekking op een onbepaald aantal personen
 Algemeen verbindende voorschriften (AVV)= algemeen en herhaaldelijk van toepassing
en worden vastgesteld door bestuursorganen die hun bevoegdheid ontlenen aan de wet.
Je kan voor dit besluit geen beroep instellen bij de bestuursrechter (voorbeeld: Algemene
Plaatselijke Verordening)
 Beleidsregels = algemene regels die een bestuursorgaan kan opstellen voor het gebruik
van zijn bestuursbevoegdheid. Interne binding = bestuursorgaan bindt zichzelf om op
een bepaalde manier te handelen. Beleidsregels moeten bekend worden gemaakt en je
kan voor dit besluit geen beroep instellen bij de bestuursrechter (voorbeeld: richtlijnen,
handleiding, beleidsnota)
 Plannen = bestuursorgaan brengt ordening en samenhang aan in het bestuurlijk handelen
door het doel en de weg ernaartoe op te nemen in een plan. Indicatief plan = bevat
alleen een visie of aanduiding van het beleid dat het bestuursorgaan wil voeren.
Normatief plan = bevat regels waaraan bestuursorganen en burgers zich aan moet
houden (voorbeeld: bestemmingsplan, milieubeleidsplan)
 Overige besluiten van algemene strekking = valt niet onder AVV, beleidsregels of
plannen, maar heeft toch een algemene strekking (voorbeeld: concretiserende norm)
 Beschikkingen  betrekking op 1 persoon of groep
 Persoonscriterium = besluit is een beschikking als het gericht is tot een bepaald persoon
of groep
 Zaakscriterium = besluit is een beschikking als het betrekking heeft op een concreet
aangeduide zaak
Een noodbevel is een beschikking en een noodverordening is een algemeen verbindend voorschrift


besluiten




BAS beschikking




AVV beleidsregels plannen overige
besluiten

Belanghebbende
Belanghebbenden zijn zowel personen, rechtspersonen (collectief en persoonlijk belang) als
bestuursorganen (behartigen belangen dat met het besluit te maken heeft)
 Rechtspersonen moeten collectief en eigen belang hebben om belanghebbende te zijn
 Bestuursorganen moeten belangen behartigen waarvoor ze bevoegd zijn waarover het besluit
ook gaat

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xNathalieO. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.87. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.87
  • (0)
  Add to cart