Portaal samenvatting hoofdstuk 3
3.1 Taalverwerving via spreken en luisteren
Als kinderen op de basisschool beginnen, kennen ze al veel taal. Ze kunnen al spreken en
luisteren in allerlei situaties, ze hebben een woordenschat die hen daartoe in staat stelt.
Voor een goede taalverwerving zijn vooral de eerste levensjaren belangrijk, want dan wordt
hiervoor de basis gelegd.
Hoe succesvol taalverwerving verder verloopt, loopt hangt voor een aanzienlijk deel af van
het taalonderwijs en het taalaanbod van de leerkracht. De basisschoolleerkracht geeft veel
vakken, maar bij praktisch al die vakken speelt taal een hoofdrol en al die vakken bieden
mogelijkheden om de taalverwerving van de leerlingen te versnellen en te ondersteunen.
3.1.1 Visies op taalverwerving
Eerste taalverwerving:
Bij eerste taalverwerving gaat het om de verwerving van de moedertaal.
Behaviorisme: het behaviorisme gaat uit van het idee dat kinderen bij hun geboorte een
blanco blad zijn dat in de loop van het leven gevuld moet worden, vooral door te leren van
ouders en andere rolmodellen. Volgens de leertheorie van het behaviorisme verloopt de
taalverwerving via imitatie, positieve feedback (belonen van goed gedrag) en conditionering
(aanleren van nieuw gedrag door herhaling).
Nativisme: kinderen stellen zelf de regels op, op grond van taal die ze eerder hebben
gehoord. Ze passen deze regels toe op elk woord. Kinderen worden geboren met
taalleervermogen (LAD- Language Acquisition Device), dat betekent dat kinderen zelf instaat
zijn elke taal te leren waarmee zij in contact komen. Vandaar dat we spreken van
nativistische benadering: het gaat om een eigenschap die kinderen bij de geboorte
meekrijgen.
Interactionele benadering: volgens de interactionele benadering leren kinderen inderdaad
doordat ze beschikken over taalleervermogen en zelf regels opstellen over taal. Daarbij zijn
er een aantal taalgroeimiddelen, namelijk taalaanbod, taalruimte en feedback. Zo passen
ouders van nature hun taalaanbod aan het kind aan. Hoe beter het taalaanbod, hoe beter de
taalontwikkeling van het kind loopt.
Nieuw onderzoek
Volgens onderzoek van Borensztajn en Bod (2008) leren kinderen een taal doordat ze
concrete taalwaarnemingen generaliseren. Kinderen kunnen in de taal die ze om zich heen
horen algemene patronen herkennen, mits zij genoeg taal krijgen aangeboden. Deze
patronen kunnen ze dan op andere situaties toepassen, dus ook op momenten waarop de
taaluitingen net een beetje verschillen, maar het patroon zelf wel te herkennen is.
, Uit dit onderzoek van visies op taalverwerving worden verschillende factoren die de eerste
taalverwerving van het kind bevorderen duidelijk:
(1) Modelleren door volwassenen – om een taal te kunnen leren heeft een kind een
omgeving nodig waarin volwassenen begrijpelijke taal gebruiken en het kind
stimuleren om veel te spreken. Voor kinderen is een rolmodel van wie zij kunnen
leren via imitatie dus heel belangrijk.
(2) Feedback – de volwassene spoort een kind aan tot spreken en geeft feedback op wat
het kind zegt door te handelen, te spreken, het goede voorbeeld te geven of soms te
corrigeren.
(3) Ruimte voor taalproductie – als het taalaanbod in de omgeving van het kind goed is,
leert het kind vanzelf meer woorden te begrijpen en gebruiken. Er zijn kinderen die
hier al vanaf hun 1e levensjaar mee beginnen. Terwijl andere kinderen pas beginnen
te spreken vanaf hun 3e levensjaar. De lengte van de zogenoemde stille periode,
waarin kinderen wel een taal begrijpen, maar zelf nog geen taal produceren, is dus
ook verschillend.
(4) Taal en denken stimuleren elkaar – een dialoog tussen volwassenen en kinderen of
tussen kinderen onderling stimuleert de ontwikkeling van denkprocessen. Door met
anderen in gesprek te gaan over allerlei begrippen en deze begrippen te koppelen
aan een visuele waarneming en/of ervaring bouwt het kind zijn kennis op over de
wereld om zich heen. Zo leert een kind niet alleen een nieuw begrip, maar ook de
taal die nodig is om dingen te begrijpen. Het kind ontwikkeld op die manier ook een
zogenoemd meta linguïstisch bewustzijn: het kind heeft een impliciete kennis van
taal en kan zich in communicatie met volwassenen bewust worden van de
mogelijkheid te reflecteren op taal en taalgebruik en daarmee dit taalgebruik
verbeteren.
Tweedetaalverwerving
De tweedetaalverwerving betreft de verwerving van een andere taal dan de moedertaal. Er
zijn veel kinderen voor wie Nederlands niet de eerste maar de tweede taal is die ze leren.
We spreken van een tweede taal als deze taal de voertaal is van de omgeving van een kind
met een andere moedertaal.
Sommige kinderen krijgen vanaf hun geboorte te maken met twee of zelfs drie talen. Hun
ouders kiezen er bewust voor om hen twee- of drietalig op te voeden. Het kind krijgt genoeg
aanbod van beide talen om het goed te kunnen leren. We noemen dit simultane
tweetaligheid.
Visies op het leren van Nederlands als tweede taal
Er zijn grofweg drie theorieën over het leren van Nederlands als tweede taal: de
interferentietheorie, de universalistische theorie en de interactionele theorie.
1. Interferentietheorie:
Vroeger werd gedacht dat iemand een tweede taal leert door woorden en zinnen uit zijn
moedertaal te vertalen in de tweede taal. Deze theorie klopt deels. Mensen die een tweede
taal aanleren beschikken al over een eerste taal en nemen de kennis over van die taal
onbewust mee bij het leren van de tweede taal. Fouten die daarbij gemaakt worden,
bijvoorbeeld in de zinsopbouw, noemen we interferentiefouten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller defnedeniz18. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.