In deze samenvatting zijn de hoorcolleges, werkcolleges en verplichte literatuur verwerkt. Orthopedagogiek, opvoedingsondersteuning en M&O van periode 2.2 zijn samengevat. Het is een duidelijke en overzichtelijke samenvatting van alles wat je moet weten. Heel veel succes!
Oefenvragen Opvoedingsondersteuning en Orthopedagogiek
Flashcards75 Flashcards
$4.854 sales
Flashcards75 Flashcards
$4.854 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
Juist of onjuist:
De definitie van het begrip ouder luidt als volgt:
\"een persoon met het besef van onvoorwaardelijk en tijdloos verantwoordelijk zijn voor een kind\".
Answer: Juist
2.
Ouders laten zich drijven door verschillende illusies. Dit zijn er 5. Benoem de vijf illusies, die ouders vaak hebben.
Answer: 1. De maakbaarheid: het idee dat ouders hun kinderen kunnen vormen.
2. management van het dagelijks bestaan: het onderschatten van veranderingen.
3. gezondheid: Ouders gaan er van uit een gezonde baby te krijgen.
4. het beeld van het kind: je vormt een beeld van hoe je kind gaat zijn.
5. het ouderschap zelf: Je hebt een verwachting van hoe jij gaat zijn als ouder.
3.
Wat houdt het begrip KOPP-kinderen in?
Answer: Kinderen van ouders met psychiatrische problemen.
De gehele definitie is: een van de ouders is tenminste een keer opgenomen geweest in de psychiatrie en bij wie een psychiatrisch ziektebeeld is vastgesteld.
4.
Juist of onjuist:
Psychiatrische problematiek vergroot de kans, dat de ouder minder goed in staat is opvoedkundige taken naar behoren uit te voeren.
Answer: juist
5.
Er zijn verschillende risicofactoren voor de ontwikkeling van KOPP-kinderen.
Waaronder complicaties tijdens de zwangerschap, hechtingsproblematiek en een moeilijk temperament van het kind.
Noem 2 andere risicofactoren voor de ontwikkeling van KOPP-kinderen.
Answer: - type, ernst en chroniciteit van de problematiek van de ouder.
- de mate waarin de psychiatrische problemen het ouderlijk functioneren beïnvloeden.
- disfunctioneren van de andere ouder.
- ingrijpende veranderingen op gezinsniveau.
- scheiding en relatieproblemen ouders.
6.
Juist of onjuist:
Onder de beschermende factoren voor de ontwikkeling van KOPP-kinderen verstaan wij:
- een goede ouder-kind relatie.
- veilige hechting
- competenties van het kind om met de situaties om te gaan en coping.
- steun van de andere ouder.
- ondersteunend netwerk of ondersteunend vertrouwenspersoon.
- gunstig schoolmilieu en goede schoolervaringen.
- juist beeld bij het kind van de problematiek.
Het rijtje van beschermende factoren is zo compleet.
Answer: Juist
7.
Juist of onjuist:
KOPP-kinderen ontwikkelen vaak psychosociale problemen, ontwikkelingsproblemen, schoolproblemen en op latere leeftijd is er een verhoogde kans op middelengebruik.
Answer: Juist
8.
Juist of onjuist:
Psychiatrische problemen bij KOPP-kinderen zijn altijd erfelijk bepaald.
Answer: Onjuist.
Er is tweezijdig risico voor het ontstaan van psychiatrische problemen bij kinderen.
- Erfelijke belasting
- Belasting vanuit de situatie in het gezin
9.
Juist of onjuist:
Parentificatie (kind neemt de rol van ouder op zich) is een verschijnsel dat nauwelijks voorkomt bij KOPP-kinderen.
Answer: Onjuist.
Dit is juist een kernmerkende gedraging van KOPP-kinderen
Andere kenmerkende gedragingen zijn:
- Zichzelf wegcijferen
- Schaamte en schuldgevoelens (willen geen vriendjes mee naar huis nemen)
- Geringe copingsvaardigheden; voortdurend met andere zaken bezig, waardoor ze geen copingsstrategieën leren.
- Schoolverzuim (Spijbelen)
- Seperatieangst (Scheidingsangst)
10.
Noem vier van de vijf gevolgen voor KOPP-kinderen.
Answer: De mogelijke gevolgen voor KOPP-kinderen:
- zelf een hogere kans op een stoornis.
- problemen bij het vervullen van opvoedingstaken.
- problemen in de aandachtsfunctie
- Ouders hebben vaak moeite met sensitief en responsief reageren.
- Hierdoor kan het kind moeite krijgen met het reguleren van emoties, overnemen van negatieve denkpatronen, zich schuldig voelen, zich isoleren, ontwikkelen van gedragsproblemen en het overnemen van de rol als ouder.
Oefenvragen M&O
Flashcards52 Flashcards
$3.772 sales
Flashcards52 Flashcards
$3.772 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
Juist of onjuist:
Als je jezelf als organisatie de vraag stelt, doen wij de dingen goed? Dan ben je bezig aan het beleid.
Answer: Onjuist, deze vraag hoort bij kwaliteit.
Beleid richt zich op de vraag; doen wij de goede dingen?
2.
Een beleidsplan bestaat uit drie pijlers, welke pijlers zijn dit?
Answer: Missie: waar staan we voor? (het heden)
Visie: waar gaan we voor? (de toekomst)
Kernwaarden: waar geloven wij in?
3.
Geef de definitie van kwaliteit.
Answer: Kwaliteit is de mate, waarin het resultaat of het proces van een geleverd product of geleverde dienst voldoet aan de behoefte en verwachtingen van relevante belanghebbende in relatie tot de visie van de organisatie, dit komt tot uitdrukking in objectieve en subjectieve beoordelingen.
4.
Juist of onjuist;
Duurzaamheid is een voorbeeld van een missie.
Participatie van jongeren is een voorbeeld van een visie.
Answer: Juist
5.
Juist of onjuist:
Het primaire proces is de weg die wordt afgelegd bij de klant voordat hij zich aanmeldt. Het is bedoeld om klanten te werven en een plan te schrijven.
Answer: Juist
6.
Welke fasen zijn er in het primaire proces?
Answer: - Aanmeldingsfase en intakefase: plan schrijven.
- uitvoeren van het plan
- evalueren
- hoe kunnen we dit verbeteren.
Hier hebben we het over een handelingsplan, gericht op de klant.
7.
Juist of onjuist?
Secundaire processen is alles wat naast het primaire proces gebeurd en daar ondersteunend aan is.
Answer: Juist
8.
Wat zijn de stappen in de PDCA Cyclus?
Answer: Plan: Je schrijft een plan. Hierin schrijf je ook wat je wilt bereiken. Dit wordt vaak vastgelegd in een beleidsplan.
Do: Je gaat het plan uitvoeren.
Check: je gaat evalueren of het doel behaald is en formuleerd eventueel bijstellingen.
Act: Je gaat deze bijstellingen weer doorvoeren en doorloopt de cyclus opnieuw.
9.
Geef de definitie van beleid.
Answer: Beleid is het streven naar bepaalde doeleinden met bepaalde middelen en bepaalde tijdskeuzes.
10.
Juist of onjuist
Kwaliteitszorg houdt in dat er gewerkt wordt aan kwaliteitsverbetering door middel van systematische, gerichte en geplande activiteiten.
Answer: juist
Content preview
Samenvatting Pedagogiek periode 2.2 Opvoedsystemen
Orthopedagogiek
Werkcollege 1
Ouder: ‘een persoon met een besef van onvoorwaardelijk en tijdloos verantwoordelijk- zijn
voor een kind’
Ouderschap impliceert besef van verantwoordelijkheid en maakt kwetsbaar. Daarnaast
ontwikkelt het zich in de loop der tijd.
Ouders laten zich drijven door Illusies
Illusies van ouders
- Maakbaarheid: Het idee dat ouders kinderen kunnen vormen tot van alles, als ze
goed hun best doen.
- Management van het dagelijks bestaan: Onderschatten van de veranderingen.
- Gezondheid: Je gaat er vanuit een gezond kindje te krijgen, geen handicap etc.
- Het beeld van het kind: Je vormt een beeld van hoe het kind zal zijn, dit kan compleet
anders zijn.
- Het ouderschap zelf: je denkt te weten hoe je handelt in bepaalde situaties, maar dit
kan compleet anders zijn.
Illusies van hulpverleners
- Laagdrempeligheid
- Nieuwe methodieken (‘collectieve reddersfantasie’)
- Ideeën over hoe ouder hun taak (behoren te) vervullen
- Gevoel van falen
- Deskundigen (vanuit kennis) of dialoogmodel (samen kijken?
- Ouder is ervaringsdeskundige
- Verantwoordelijk zijn
- Balans opvoedingstaken en vaardigheden
Hoorcollege 1
KOPP-kinderen: kinderen van ouders met psychiatrische problemen.
Een van de ouders is tenminste een keer opgenomen is geweest in de psychiatrie en bij wie
een psychiatrisch ziektebeeld is vastgesteld.
Psychiatrische problematiek van ouders vormt een risico voor de ontwikkeling van het kind.
Psychiatrische problematiek vergroot de kans, dat de ouder minder goed in staat is om de
opvoedkundige taken naar behoren uit te voeren.
Risicofactoren voor de ontwikkeling van KOPP-kinderen
- Complicaties bij de geboorte (alcoholgebruik, stress etc)
- Ouders hebben mogelijk moeite met hechting hechtingsproblematiek.
- Moeilijk temperament van het kind. (hierdoor gaat het extra belemmerend werken)
- Type, ernst en chroniciteit van de problematiek bij de ouder.
, - De mate waarin de psychiatrische problemen het ouderlijk functioneren beïnvloeden.
- Disfunctioneren van de andere ouder
- Ingrijpende veranderingen op het niveau van het gezin
- Scheiding en relatieproblemen tussen ouders.
Beschermende factoren voor de ontwikkeling van KOPP-kinderen
- Goede ouder-kindrelatie, ondanks de problematiek.
- Competenties van het kind om met de situaties om te gaan en coping
- Steun van de andere ouder
- Ondersteunend netwerk of ondersteunende vertrouwenspersoon
- Gunstig schoolmilieu en goede schoolervaringen, kind moet kind kunnen zijn.
- Juist beeld bij het kind van de problematiek.
Gevolgen:
Ongeboren en pasgeboren kind:
- Ontwikkelingsproblemen (bv. Premature baby’s)
- Syndromen (bv. Foetaal alcohol syndroom)
- Aard van het kind (bv. Moeilijk temperament)
Baby en peuter
- Psycho-sociale problemen (bv. Seperatieangst)
- Ontwikkelingsproblemen (bv. Hechtingsproblemen, door stoornis kan een ouder
bijvoorbeeld niet zo responsief reageren)
Basisschoolkind
- Psycho-sociale problemen (bv. Angstig gedrag)
- Ontwikkelingproblemen (bv. Extreme fantasieën)
- Schoolproblemen (bv. Problemen met naar school gaan)
Jongere
- Psychosociale problemen (geringe sociale vaardigheden)
- Ontwikkelingsproblemen (bv. Extreme verantwoordelijke gevoelens)
- Schoolproblemen (bv. Schooluitval)
- Middelengebruik (bv. problematisch Drugs- en alcoholgebruik)
Volwassenen
- Psychosociale problemen (bv. Seperatieangst (je erg vastclaimen aan iemand
anders))
- Middelengebruik (bv. Problematisch drugs- en alcoholgebruik)
Kenmerken gedragingen KOPP-kind
- Parentificatie: kind neemt de rol en verantwoordelijkheid van ouder over.
- Wil geen vriendjes mee naar huis
- Schaamte- en schuldgevoelens
- Cijfert zichzelf weg
- Geringe copingvaardigheden: voortdurend bezig met andere zaken, waardoor ze die
copingsstrategieën niet leren.
- Schoolverzuim
- Seperatieangst
Mogelijke gevolgen KOPP-kinderen
, - Zelf hogere kans op stoornis
Tweezijdig risico voor het ontstaan:
Belasting vanuit de situatie in het gezin.
Erfelijke belasting
- Problemen bij het vervullen van ontwikkelingstaken (uitbouwen van intieme relaties)
- Problemen in aandachtsfunctie (sociale problemen en slechter presteren op school)
- Ouders vaak moeite met sensitief en responsief reageren.
- Hierdoor, door deze problemen, kan kind moeite krijgen met het reguleren met
emoties, overnemen van negatieve denkpatronen, zich schuldig voelen, zich isoleren,
ontwikkelen van gedragsproblemen en het overnemen van de rol als ouder.
Vraag van het kind
Vraagt om een stabiele relatie tussen ouder en kind, waarbij de ouder zijn rol op zich neemt
of terugneemt.
Het kind heeft voorspelbare omgeving nodig, duidelijkheid, vertrouwen in de volwassenen,
hulp nodig bij uiten van emoties en deze een plek kunnen geven.
Begeleiding
- Weging van de risicofactoren: m.n. chronische problematiek, slecht sociaal
functioneren ouder of psychiatrische problemen beide ouders.
- Aansluiten bij aanwezige beschermende factoren – afzwakken risicofactoren
- Overleg met collega’s
- Vroegtijdig KOPP-kinderen herkennen voorkomt problemen (richtlijnen jeugdhulp)
- SIK-lijst screeningsinstrument
- Hieruit voortvloeiend interventies zoals KopOpOuders, Kopzorgen en SurvivalKid.
- Voorlichting/ondersteuning voor ouders en kind
- Algemene maatregelen, gericht op het optimaliseren van de leefomstandigheden
- Vergroten sociaal netwerk kind/gezin
- Overwegen plaatsing in stabiele opvoedingssituatie.
De begeleiding moet zich richten op:
- Goede interactie ouder-kind
- Aanwezigheid van ondersteunend netwerk
- Goede ondersteuning door andere ouder
- Hoge competentie en sociale redzaamheid bij het kind
- Positieve schoolervaring en activiteiten buiten het gezin.
,Borderline (BPS) DSM-V
Kenmerken (“hoge pieken en diepe dalen”)
- een diepgaand en instabiel patroon van gevoelsleven, zelfbeeld en intermenselijke
relaties.
- Een duidelijke impulsiviteit.
Vanuit theorie KOK: problemen op affectief gebied (intermenselijke relaties) en conatief
gebied (zelfbeeld, zelfgevoel)
Ouder met BPS
- Moeite met het aangeven van grenzen
- Gevoel van onzekerheid
- Lastig om sensitief en responsief te reageren
- Claimend naar hun kinderen toe.
- stemmingswisselingen
gevolg voor het kind
- relatie met de ouder wordt vaak als negatief ervaren.
- Onzeker, het kind heeft geen duidelijkheid.
- Weinig ruimte om kind te zijn.
Begeleiding
- Duidelijke grenzen
- Psycho-educatie
- Verwachtingen naar elkaar duidelijk maken.
Werkcollege 2
Kenmerken van borderline (minimaal 5 criteria)
1. Krampachtig proberen te voorkomen om feitelijk of vermeend in de steek gelaten te
worden.
2. Een patroon van instabiele en intense intermenselijke relaties gekenmerkt door
wisselingen tussen overmatig idealiseren en kleineren
3. Identiteitsstoornis: Duidelijk en aanhoudend instabiel zelfbeeld of zelfgevoel
4. Impulsiviteit op ten minste twee gebieden die in potentie betrokkene zelf kunnen
schaden (bv. Geld verkwisten, seks, misbruik van middelen, roekeloos autorijden)
5. Ernstige stemmingswisselingen.
(bv. periodes van intense somberheid, prikkelbaarheid of angst meestal enkele uren
durend en slechts zelden langer dan een paar dagen)
6. Chronisch gevoel van leegte.
7. Inadequate, intense woede of moeite kwaadheid te beheersen.
8. Voorbijgaande, aan stress gebonden paranoïde ideeën of ernstige dissociatieve
verschijnselen.
9. Recidiverende suicidale gedragingen, dreigingen uiten automutileren.
SIK-vragenlijst: een lijst voor screening en interventiekeuze, kijken naar de impact binnen
het gezin en naar mogelijke beschermende factoren.
, Interventies
- Psycho-educatie voor kinderen en ouders.
- Ziekte-inzicht als aandachtspunt meenemen in volgende gesprekken.
- Ouders adviseren hoe te praten met kinderen over KOPP.
- Gesprek tussen ouders en kind begeleiden.
- Hulpbronnen geven. (kipizivero-brocuchures, www. KopOpOuders.nl)
- Stimuleren met derden te praten en een sociaal netwerk te onderhouden en op te
bouwen voor ouders en kinderen.
- Informatie geven.
- Aanbieden van of verwijzen naar opvoedingsondersteuning.
- Nagaan of de opvoedingstaken van de ouders worden overgenomen door anderen.
- Bespreken hoe het sociaal netwerk/omgevingssteun kan worden ingeschakeld.
- Op basis van signalen verwijzen naar:
Ondersteunende instanties
Geestelijke gezondheidszorg of de huisarts.
Werkcollege 3
5 soorten van kindermishandeling:
- Seksuele mishandeling
- Psychische en emotionele mishandeling
- Fysieke mishandeling (lichamelijke mishandeling)
- Lichamelijke of psychische verwaarlozing
- Blootstelling aan huiselijk geweld (Getuige)
Risicofactoren voor kindermishandeling
Kind
- Laag IQ
- Problemen voor- of tijdens de geboorte/vroeggeboorte
- Handicap
- Moeilijk temperament
- Slechte schoolprestaties
- Negatief zelfbeeld
Ouder
- Moeder rookte/slechte voeding/minderjarig tijdens de zwangerschap.
- Alleenstaand
- Laag opleidingsniveau/laag IQ
- Verslaving, ziekte, psychische of gedragsproblemen
- Zelf als kind mishandeld (intergenerationele overdracht)
- Negatief zelfbeeld
- Gebrek aan pedagogisch inzicht
Omgeving
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkestudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.07. You're not tied to anything after your purchase.