Strafprocesrecht – HC 1: opsporing en controle
Opsporing en controle
Hoofddoel strafproces
‘Het strafprocesrecht bepaalt op welke manier en door wie wordt onderzocht of een
strafbaar feit is begaan en door wie en naar welke maatstaven daarover en over de daaraan
te verbinden strafrechtelijke sancties wordt beslist.’ (Corstens/Borgers 2014, p. 7)
verwezenlijking materiële recht
• Zorgen dat schuldigen worden bestraft
• Zorgen dat onschuldigen niet worden bestraft
Nevenfuncties:
- Speciale preventie: voorkomen dat de verdachte nogmaals de fout in gaat
- Generale preventie: derden passen hun gedrag aan wanneer ze een verdachte
betrokken zien worden in een strafproces, bijvoorbeeld door gebruik van
dwangmiddelen
- Voorkomen eigenrichting: voorkomen dat burgers zelf tegen de verdachte optreden,
behoudens burgerrechten (art 53 en 95 lid 1 en 5 Sv) en burgerplichten (160 Sv)
- Orde scheppen
- Genoegdoening van het slachtoffer: zoals spreekrecht
Maar hoe dan? Kan niet allebei voor 100%...
“Beter tien verdachten ten onrechte vrijuit dan één verdachte onschuldig veroordeeld”…
Door:
bevoegdheden en waarborgen: (materiële) waarheidsvinding (verantwoordelijkheid
van de rechter)
instrumentaliteit en rechtsbescherming: bescherming van de burger tegen de macht
van de staat
relatie strafprocesrecht – materieel strafrecht:
Materieel strafrecht: bepaalt welke gedragingen onder welke omstandigheden
strafbaar zijn
Strafprocesrecht: het geheel aan voorschriften dat aangeeft hoe het materiële recht
op concrete feiten dient te worden toegepast.
o Geeft de overheid de bevoegdheid om strafrechtelijke handelingen uit te
voeren
o Begrenst ook de bevoegdheden van de overheid
Schakel tussen feit en reactie
Het strafproces dient ertoe om te onderzoeken of er inderdaad een strafbaar feit
heeft plaatsgevonden en of dat ook aanleiding geeft tot een reactie het
strafproces regelt die schakel (Corstens/Borgers 2014, p. 8)
, Klassieke uitganspunten strafprocesrecht
Rechterlijke onafhankelijkheid
Rechterlijke onpartijdigheid
Beroepsrechtspraak (geen jury)
Vervolgingsmonopolie OM
Opportuniteitsbeginsel (OM heeft keuze om bepaalde zaken wel of niet te vervolgen)
Correctiemechanisme: correctie op vervolgingsmonopolie en opportuniteitsbeginsel
(zoals bezwaarschrift van verdachte)
Legaliteitsbeginsel (art 1 Sv)
Geen procedure zonder aanleiding (verdenking)
Onschuldpresumptie
Hoor en wederhoor
Recht op rechtsbijstand
Recht op vertaling en vertolking
Zwijgrecht
Interne openbaarheid: onderzoek is toegankelijk voor procespartijen
Externe openbaarheid: burgers mogen aanwezig zijn tijden onderzoek ter
terechtzitting en uitspraak
Motivering: rechter moet beslissingen motiveren (121 GW)
Onmiddelijkheidsbeginsel: rechter doet slechts uitspraak op basis van wat naar voren
is gebracht in het (voor)onderzoek
Inquisitoire procesmodel vs. Accusatoire procesmodel
Accusatoire procesmodel: twee gelijkwaardige partijen strijden met elkaar ten
overstaan van een lijdelijke, passieve rechter die zich beperkt tot de rol van
scheidsrechter
o ziet erop toe dat partijen de regels van het proces in acht nemen, maar laat
de inhoud van het proces aan de partijen over
o rechter doet pas uitspraak als partijen daarom vragen
o nadruk op bewijs dat (mondeling) tijden het onderzoek ter terechtzitting
wordt gepresenteerd
inquisitoire proces: rechter doet actief aan waarheidsvinding, de beschuldigde is
geen gelijkwaardige procespartij, maar object van het onderzoek
o nadruk vooral op schriftelijke uitslag van het vooronderzoek dat is
uitgevoerd door de overheid
o de rechter beslist en motiveert in het inquisitoire model zelf welke resultaten
uit het vooronderzoek hij betrekt bij zijn beslissing
o rechter beschermt actief de rechten die de beschuldigde geniet
o rechter beslist uiteindelijk op basis van de overtuiging die hij heeft naar
aanleiding van de feiten
NL:
- sterk inquisitoir: kent alleen een beroepsrechter en legt een zwaar accent op het
vooronderzoek, waarbij het dossier de basis vormt voor de strafrechtspleging
LET OP: confirmation bias: door vooronderzoek kan de rechter al enigszins een oordeel
hebben gevormd, waardoor hij informatie in strijd met dat oordeel anders zal beoordelen &
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtsgeleerdheidUVT. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.68. You're not tied to anything after your purchase.