Deze samenvatting gaat over de historische context Britse Rijk, India. Het is erg specifiek gericht op Nederland. Dus alle examenstof, schoolexamenstof etc zit hierin wat je moet weten voor je toets. Ikzelf heb met deze samenvatting een 9,7 gehaald! Zelfs mijn docent wilde mijn samenvatting hebben ...
1. Waardoor veranderden de maatschappelijke verhoudingen in Nederland van 1948 tot 1978?
2. Waardoor veranderden de maatschappelijke verhoudingen in Nederland tussen 1978-2008?
Wederopbouw van Nederland
Nederland moest na de Tweede Wereldoorlog weer opgebouwd worden. Steden waren verwoest en de
maatschappij was verdeeld. Het was nodig om de economie in Nederland weer op gang te krijgen, om de
wederopbouw van Nederland te kunnen financieren. Dit is deels gelukt dankzij het Marshallplan, wat in
1948 gelanceerd werd door de Verenigde Staten. Dit was een financieel hulpprogramma voor de
wederopbouw en het economisch herstel van Europese landen na de oorlog.
Na de Tweede Wereldoorlog kwam er een enorme bevolkingsgroei op in Nederland. Er werden heel veel
kinderen geboren: dit wordt de babyboom genoemd. Het bevolkingsaantal was niet het enige wat groeide.
Er kwam ook een grote economische groei op in de jaren 50 en 60 van de 20ste eeuw. Deze economische
groei kwam voort uit het Marshallplan, maar ook twee andere factoren hebben eraan bijgedragen:
1. Het snelle herstel van de economie van de BRD. Dit was goed voor de Nederlandse economie, omdat
de BRD een belangrijke handelspartner van Nederland was. Zo werden er vanuit Nederland veel goederen
geëxporteerd naar de BRD. Door de industriële revolutie was het in Nederland mogelijk om veel te
produceren en exporteren.
2. De ontdekking van aardgas in Groningen. Deze ontdekking werd in 1959 gedaan en zorgde ervoor dat
Nederland veel geld kon verdienen met de export van aardgas.
Politieke ontwikkelingen in Nederland
Een grote verandering in de internationale politiek ten opzichte van de tijd voor de oorlog, was dat na de
Tweede Wereldoorlog neutraliteitspolitiek werd opgegeven. De neutraliteitspolitiek was een beleid dat
werd gevoerd in de Nederlandse politiek en hield in dat Nederland zich niet bemoeide met internationale
conflicten. Kortom: Nederland koos geen kant in internationale conflicten en oorlogen, met het idee dat
Nederland dan niet aangevallen zou worden. De Koude Oorlog en de Europese samenwerking laten zien
dat Nederland na de Tweede Wereldoorlog niet langer een neutraliteitspolitiek voerde.
De NAVO
Door de Koude Oorlog en de angst voor het communisme werd de NAVO opgericht. Dit is een militair
samenwerkingsverband. De leden van de NAVO beschermen elkaar wanneer ze aangevallen worden en is
gedeeltelijk opgericht om sterk te staan tegenover de Sovjet-Unie. Nederland sloot zich in 1949 aan bij
deze NAVO en koos dus duidelijk een kant in het conflict: die van het westen.
EGKS
In 1951 werd Nederland lid van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, afgekort de EGKS. Dit
was een Europese internationale organisatie, waardoor het ook niet meer mogelijk was voor Nederland om
neutraal te blijven tijdens internationale conflicten.
, Politieke partijen
De machthebbers in de politiek van Nederland na de Tweede Wereldoorlog waren de rooms-katholieke en
sociaaldemocratische partijen. Deze twee partijen hadden verschillende politieke opvattingen, maar
moesten samenwerken om Nederland weer op te kunnen bouwen. De regeringen die ontstonden uit deze
samenwerking werden de rooms-rode regeringen genoemd. In 1948 werd Willem Drees de
minister-president van Nederland. Hij was een belangrijke naoorlogse politicus en bepaalde het politieke
beleid voor de komende 10 jaar van Nederland.
Geleide loonpolitiek
Om de export en de werkgelegenheid te stimuleren bedachten de rooms-rode regeringen onder leiding van
Willem Drees de geleide loonpolitiek. Deze geleide loonpolitiek hield in dat de overheid de lonen van de
arbeiders expres laag hield, waardoor de productiekosten daalden. De lage productiekosten zorgden
ervoor dat Nederlandse producten goedkoper waren ten opzichte van producten uit andere landen.
Hierdoor werd de vraag naar Nederlandse producten gestimuleerd en groeide de export.
Door de verhoogde vraag naar Nederlandse producten waren er meer arbeiders nodig, en dus stimuleerde
de geleide loonpolitiek ook de werkgelegenheid in Nederland. De geleide loonpolitiek was een belangrijke
factor in het laten groeien van de Nederlandse economie na de oorlog. De geleide loonpolitiek was alleen
niet gunstig voor de arbeiders; zij kregen hierdoor namelijk lagere lonen.
Vrije loonpolitiek
In het begin van de jaren 60 bleek het systeem van geleide loonpolitiek niet meer goed te werken. De
werkgevers wilden hun werknemers tevreden houden, en betaalden daarom ook zwart geld uit, naast hun
gewone loon. Toen de overheid dit door kreeg kwam zij tot de realisatie dat de geleide loonpolitiek
afgeschaft moest worden. De geleide loonpolitiek werd vervangen door de vrije loonpolitiek. Het verschil
was dat de werknemers en werkgeversorganisaties nu, door samen te overleggen, het loon van de
werknemers vaststelden. Het loon werd dus niet meer vastgesteld door de overheid en kon verschillen per
bedrijfstak. Met de vrije loonpolitiek was het probleem van zwart geld opgelost.
Verzorgingsstaat
Het idee achter een verzorgingsstaat is om te zorgen voor meer economische gelijkheid en om te
voorkomen dat iemand in de Nederlandse samenleving onder het sociale minimum moet leven. Om dit te
kunnen realiseren voerde de Nederlandse overheid in 1949 de werkloosheidsuitkering in. Ook werd in
1957 de Algemene Ouderdomswet ingevoerd, ook wel de AOW genoemd.
Deze twee vernieuwingen kostten beiden enorm veel geld voor de overheid. Door de positieve
economische ontwikkelingen van na de oorlog is het echter mogelijk voor politici en sociale partners -
werknemers en werkgeversorganisaties - om samen de verzorgingsstaat te creëren. Na de invoering van
de AOW werd sociale wetgeving daarom steeds verder uitgebreid. Een verzorgingsstaat wordt ook wel een
maakbare samenleving genoemd.
Consumptiemaatschappij
Door de economische groei van de jaren 60 in de 20ste eeuw stijgen de lonen sterk. Het wordt voor veel
mensen mogelijk om luxe goederen te kopen. Dit houdt in dat apparaten als auto’s, wasmachines,
stofzuigers en televisies steeds gebruikelijker worden in huishoudens. Kortom: mensen kopen steeds meer
producten en zijn dus aan het consumeren. Deze producten worden gekocht om hun eigen status te
verhogen en om het leven makkelijker te maken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kiralamers1008. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.