100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting regeling bassistof 1-6 en waarneming bassistof 1-2 $5.09   Add to cart

Summary

samenvatting regeling bassistof 1-6 en waarneming bassistof 1-2

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

samenvatting waarin alles duidelijk en makkelijk uitgelegd word (ik raad aan deze samenvatting door te nemen en opgaven te maken)

Preview 3 out of 26  pages

  • June 15, 2023
  • 26
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
REGELING
BASISSTOF 1
● Intern milieu; Het bloed en de weefselvloeistof van een dier
- Het intern milieu van mens en dier moet binnen zeer nauwe grenzen constant blijven
om alle chemische processen in het lichaam optimaal te laten verlopen
- Factoren die constant moeten blijven zijn o.a;
suikergehalte van het bloed, de pH, het zuurstofgehalte
de osmotische waarde van de lichaamsvloeistoffen [De osmotische waarde van de
lichaamsvloeistoffen verwijst naar de concentratie van opgeloste deeltjes in deze
vloeistoffen, zoals natrium, kalium, glucose en andere elektrolyten]
- Dieren met een constante lichaamstemperatuur (vogels en zoogdieren) houden ook
hun temperatuur binnen zeer nauwe grenzen, optimaal voor de werking van de
duizenden enzymen in het lichaam
● Externe milieu; De omgeving buiten het dier
- De omstandigheden in het externe milieu wisselen voortdurend.
● Homeostase: het in stand houden van een dynamisch evenwicht in het inwendige milieu van
organismen / is de min of meer stabiele toestand van het interne milieu
- Als de homeostase in een dier niet gehandhaafd kan worden gaat het dier dood
- Homeostase is een voorbeeld van zelfregulatie op het organisatieniveau organisme.
- Bij homeostase in meercellige organismen vindt communicatie tussen cellen plaats
met signaalmoleculen, zoals hormonen en neurotransmitters.
● Er moeten allerlei regelsystemen zijn om de omstandigheden in het interne milieu min of
meer stabiel te houden
- Een regelsysteem bestuurt een ander systeem en zorgt ervoor dat dit systeem in
orde blijft
- Het belangrijkste regelsysteem is de negatieve terugkoppeling [feedback];
Negatieve terugkoppeling is een proces waarbij het systeem reageert op
veranderingen in een variabele door een respons te produceren die de verandering
tegenwerkt en de variabele binnen een bepaald bereik houdzt. Dit is een belangrijk
regelsysteem in het lichaam en in vele andere systemen in de natuur en technologie
- Bij positieve terugkoppeling versterkt een toename van het
resultaat het proces.
● Een sensor [een receptor]; een zintuig dat veranderingen in het
interne milieu waarneemt en doorgeeft aan een controlecentrum,
een sensor kan in het controlecentrum zitten of daarbuiten
[temperatuursensoren in hypothalamus, concentratie CO2 gemeten
in de aorta en de hartslagader]
- Het belangrijkste controlecentrum zin in de hersenen, de
hypothalamus
- Het controlecentrum kan organen [effectoren] aan het werk
zetten als de veranderingen in het interne milieu een
bepaalde waarde [setpoint] overschreden hebben
- Effectoren; Effectoren zijn organen of structuren in het
lichaam die een respons produceren als reactie op een
signaal van het zenuwstelsel of hormonaal systeem.
- Setpoint; Een setpoint is een referentiewaarde of streefwaarde voor een variabele in
het lichaam die binnen een bepaald bereik moet worden gehouden om de
homeostase te handhaven. Het setpoint is de "normale" of optimale waarde voor die
variabele.

, - Het effect wordt gemeten door de sensor: als de situatie in het interne milieu weer
normaal is, wordt dat doorgegeven aan het controlecentrum. De effectoren worden
uitgezet
- Resultaat; Het interne milieu blijft binnen de grenzen van de setpoints stabiel
● Sensoren, controlecentrum en effectoren staan met elkaar in verbinding door middel van het
zenuwstelsel en/of door middel van het hormoonstelsel (=endocriene stelsel)
- Zenuwen bestaan uit zenuwcellen, die zenuwcellen hebben zeer lange uitlopers,
gegevens worden via die uitlopers doorgeseind door middel van impulsen
[stroomstootjes]
- Hormonen zijn regelende stoffen [=stoffen die de functies en activiteiten van het
lichaam regelen en beheersen] die vanuit hormoonklieren via het bloed naar de
plaats en bestemming worden gebracht;
De hormoonklieren kunnen bepaalde cellen aan het werk zetten. De Hypofyse is de
hoofdhormoonklier;
De Hypofyse regelt de werking van de schildklier, de bijnier en de ovaria en testes
● De homeostase wordt voor een belangrijk deel geregeld vanuit de hypothalamus en
het verlengde merg
- De hypothalamus staat in contact met de hoofdhormoonklier, de hypofyse
- Het verlengde merg in de hersenen regelt belangrijke lichaamsfuncties
zoals de hartslag, ademhaling en spijsvertering via het vegetatieve
zenuwstelsel. De orthosympathische tak van dit zenuwstelsel versnelt de
hartslag en ademhaling en vertraagt de spijsvertering, en het hormoon adrenaline
heeft hetzelfde effect als deze tak
● De hypothalamus in de hersenen produceert kleine eiwitjes genaamd releasing hormones.
Neurosecretorische cellen vervoeren deze eiwitten via bloedvaten naar de voorkwab van
de hypofyse. Daar binden releasing hormones zich aan specifieke cellen en reguleren ze de
afgifte van hormonen in het lichaam. Dit helpt bij het handhaven van een gezonde
hormoonbalans in het lichaam.
● Hypofyse achterkwab; antidiuretisch hormoon [ADH]; deze hormonen worden gemaakt in
de hypothalamus en door de hypofyse aan het bloed afgeven
● Hypofyse voorkwab; Schildklierstimulerend hormoon [TSH], Bijnierschorsstimulerend
hormoon [ACTH], Follikelstimulerend hormoon [FH], Gele lichaamstimulerend hormoon [LH],
prolactine, groeihormoon
BASISSTOF 2
● Antidiuretisch hormoon [ADH];
- Aan de bloedbaan afgegeven in de achterkwab van de hypofyse
- Regelt de osmotische waarde van het bloed
- De afgifte van ADH wordt beheerst door osmotische receptoren in de hypothalamus
en bloeddruk receptoren
- ADH speelt een belangrijke rol bij de resorptie (heropname) van water in de
verzamelbuis in de nieren
- Wanneer de osmotische waarde van het bloed te hoog wordt, bijvoorbeeld als gevolg
van uitdroging, zal de hypothalamus in de hersenen ADH vrijgeven. ADH zal
vervolgens de nieren stimuleren om meer water terug te absorberen in het bloed
[weinig urine], waardoor de osmotische waarde van het bloed weer in balans wordt
gebracht.
● De alvleesklier is een orgaan in ons lichaam dat verantwoordelijk is voor het afscheiden van
spijsverteringssappen die ons lichaam helpen bij het afbreken van voedsel. Deze sappen
worden afgegeven via een buisje dat uitmondt in de 12-vingerige darm

, - Binnenin de alvleesklier zijn er kleine groepjes cellen die de eilandjes van
Langerhans worden genoemd. Deze eilandjes produceren hormonen die in de
bloedbaan worden afgegeven om verschillende lichaamsfuncties te reguleren.
- terwijl de meeste cellen in de alvleesklier verantwoordelijk zijn voor het produceren
van spijsverteringssappen en werken als een "exocriene klier", zijn de eilandjes van
Langerhans verantwoordelijk voor het produceren van hormonen en werken als een
"endocriene klier".
- Secretie is het proces waarbij bepaalde stoffen, zoals hormonen of enzymen, worden
afgescheiden door een cel of klier [Hormoonklieren (endocriene klieren) geven
hormonen af aan het bloed (secretie)]
- Exocriene klier: een klier die stoffen afscheidt buiten het lichaam of in een holte in
het lichaam via een afvoerbuis. Voorbeelden van exocriene klieren zijn de
alvleesklier, de speekselklieren, de zweetklieren en de borstklieren.
- Endocriene klier; een klier in het lichaam die hormonen afgeeft. Voorbeelden van
endocriene klieren zijn: de hypofyse, de schildklier.
- Eilandjes van Langerhans in de alvleesklier produceren insuline en glucagon.
- Insuline versnelt het transport van glucose door celmembranen en stimuleert dat
glucose in lever en spieren wordt omgezet in glycogeen, waardoor de
glucoseconcentratie in het bloed wordt verlaagd.
- Glucagon stimuleert de omzetting van glycogeen in lever en spieren in glucose,
waardoor de glucose- concentratie in het bloed wordt verhoogd.
● Hormonen zijn stoffen die de werking van onze organen regelen. Elke soort hormoon werkt
op een bepaald orgaan in ons lichaam [doelwitorgaan] door zich te binden aan receptoren op
de cellen van deze organen.
→Een receptor is een eiwit dat zich bevindt op de celmembraan of in de cel. Het heeft als functie om
signalen van hormonen of andere signaalmoleculen te ontvangen en door te geven aan de cel. Als
het hormoon zich bindt aan de receptor, verandert de vorm van de receptor en wordt er een signaal
doorgegeven aan de cel. Dit signaal kan leiden tot verschillende reacties in de cel, zoals het
vrijkomen van andere hormonen of het opstarten van een biochemische reactie.
- Een hormoon kan processen in meerdere doelwitorganen regelen.
- Wanneer we denken aan hormonen, kunnen we ze zien als boodschappers die
signalen doorgeven aan de cellen in ons lichaam. Deze signalen worden ontvangen
door de receptoren op de celmembraan of in de cel. Het aantal receptoren op de
celmembraan van een cel bepaalt hoeveel signalen een cel kan ontvangen. Als er
meer receptoren op de celmembraan zijn, dan kan de cel meer signalen ontvangen
en zal de reactie van de cel op het hormoon groter zijn. De mate van reactie van de
doelwitorganen wordt dus bepaald door de hormoonspiegel [hormoonconcentratie] en
het aantal receptoren op de celmembraan van de cellen.
→De hoeveelheid hormonen in ons lichaam en het aantal receptoren op de cellen
bepalen hoe sterk het hormoon werkt.
- Hormonen werken vooral bij geleidelijke veranderingen in ons lichaam, zoals de groei
van ons lichaam of de veranderingen die plaatsvinden tijdens de puberteit.
● Sommige hormonen kunnen door het celmembraan heen gaan en binden aan een receptor in
het cytoplasma van de cel. Wanneer het hormoonmolecuul bindt aan de receptor, wordt er
een hormoon-receptorcomplex gevormd. Dit complex kan vervolgens naar het kernplasma
van de cel worden getransporteerd via een kernporie. Eenmaal in het kernplasma kan het
hormoon-receptorcomplex bepaalde genen in ons DNA aan- of uitzetten. Wanneer een gen
aan staat, kan de cel eiwitten maken. Deze eiwitten kunnen verschillende functies hebben en
helpen het lichaam te functioneren.
- Een gen is een stukje DNA in onze cellen dat de instructies bevat voor de aanmaak
van een bepaald eiwit. Ons DNA is opgebouwd uit een reeks genen, die samen het

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BasmallahFawzyy. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.09. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79789 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.09
  • (0)
  Add to cart