volledige samenvatting inleiding tot het recht 14/20
23 vues 1 fois vendu
Cours
Inleiding tot het recht (C02A2A)
Établissement
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Dit is een volledige samenvatting van inleiding tot het recht, met geïntegreerde schema's. In de samenvatting vind je per hoofdstuk mogelijke examenvragen die ook zijn aangehaald in de les.
Voor bepaalde onderdelen zullen teksten ter beschikking worden gesteld op Toledo. Deze teksten behoren
integraal tot de kennen leerstof.
DEEL I. HET FENOMEEN RECHT
HOOFDSTUK I. HET BEGRIP RECHT
I.1. Inleiding
‘Recht’ -> voor dit woord is nogsteeds geen vaste of algemene betekenis.
Waarom? Een recht is gebonden aan een soort maatschappij. Een recht wordt gemaakt door
organen binnen een samenleving. Afhankelijk van deze soort maatschappij is het recht dus ook
anders. (Vb; dictatuur, middeleeuwen, jaren 40’,…)
In West-Europa en Noord-Amerika ziet men gemeenschappelijke rechten; hier is een normensysteem.
Het gaat over normen/regels die opgelegd worden.
Dit normensysteem is afkomstig van de overheid (recht = overheidsproduct).
1) Overheid legt de normen op
2) Overheid handhaafd deze normen/regels
3) Overheid biedt sancties indien deze regels niet worden opgevolgd
Vb; 120km op snelwel (geldt alleen in België; maatschappij), wordt gecontroleerd door flitspalen, indien
men dit overtreed krijgt men sanctie; boete.
I.2. Recht als geheel van bindende regels
Welke soorten normen/ regels zijn er allemaal?
I.2.1. ALGEMEEN GELDENDE REGELS
= regels die voor elk rechtssubject in België gelden. (voor iedereen natuurlijk persoon)
Men kan u iets opleggen, verbieden, toelaten of u iets beloven. -> 4 categorieën van geldende regels.
I.2.1.1. Algemene gebodsbepalingen
= u wordt verwacht iets te doen. (Vb. belastingaangifte, stemplicht, verkeersregels,…)
U bent verplicht iets te doen, maar in de positieve zin.
, 2
Er is ook een negatief algemeen gebod -> Vb. hiervan ‘422bis strafwetboek in condex’ zegt wanneer een
persoon in nood is ben je verplicht hulp te verlenen. Zo niet, is strafbaar.
I.2.1.2. Algemene verbodsbepalingen
= het verbied u bepaalde zaken te doen. (Vb. verkrachting, terrorisme, fraude)
in België: huwelijk met 2 personen op zelfde moment = verboden. In Afrika = toegestaan. ->
toont aan dat rechten verschillen per maatschappij.
Strafrecht, als voorbeeld, een soort cataloog met gedragingen diefstal, misbruik, oplichting,…
Waarbij wetgever zegt, ik beschrijf het foute gedrag en ik plak er een straf op.
algemeen geldende regels die een bepaald gedrag verbieden.
I.2.1.3. Verlofbepalingen
De toelating aan een rechtspersoon om iets te doen. (Vb. indien u een huis bezit, dan mag u dit
huis verhuren/verkopen)
VB: huwelijk: elk van de echtgenoten kan de echtscheiding aanvragen. Je kan het initiatief nemen
hiervoor.
VB: eigendomsrecht – ART 3.50 BW als je eigendom hebt van een zaak, dan geeft het je de meest
volkomen bevoegdheid. (vb. woning -> verkopen, verhuren,..)
I.2.1.4. Belovende regels
= de overheid stelt u als persoon in het vooruitzicht; de overheid zal zijn best doen deze ‘belofte’
na te gaan, maar hier zit geen garantie achter. (Vb. recht op arbeid, recht op een goed leefmilieu,…)
Iets wat u belooft wordt, in de GW zijn er zo een aantal bepalingen – VB. recht op arbeid, recht op
huisvesting, op sociale zekerheid)
VB: recht op arbeid: je wordt niet verplicht, maar het is een belofte, de overheid moet haar best doen
om zo goed als mogelijk er naar te streven dat er zoveel mogelijk recht op arbeid is.
I.2.2. REGELS TOEPASBAAR NA KEUZE
= de regels worden pas opgesteld na uw eigen keuze. (= een heel groot deel van alle regels)
Deze regels tellen pas als je een bepaalde keuze hebt gemaakt.
Rechtssubjecten bepalen hun leven zelf, maken keuzes en het recht probeert voor de meest
voorkomende keuzes in het leven regels aan te bieden.
I.2.3. WILSAANVULLENDE OF SUPPLETIEVE REGELS
= dit zijn regels die maar gelden voor zover u zelf geen andere regels maakt. Het zijn regels binnen het
wetboek waar je mag van afwijken. De overheid biedt u regels aan, indien u iets anders wil maakt u dit
aan in een bepaald contract.
Deze regels zijn ten aavulling van uw wil. Indien u deze regels niet aanpast, zijn de vooropgestelde regels
door de overheid wel bindend. Deze regels hebben betrekking tot wat vaak voorkomt in de
maatschappij; zodat men hier kan op terugvallen.
, 3
Vb. huwelijk -> vooraleer men trouwt heeft men een eigen vermogen. Wat gebeurt er met deze bezittingen?
Dit wordt bepaald in het huwelijkscontract. -> de wet zegt: alles wat van u was blijft van u. Indien u deze wilt
aanpassen maakt u een huwelijkscontract.
Vb. huurcontract -> er is schade binnen het gebouw. Wie lost dit op? wet zegt : grote schade voor verhuurder,
kleine schade voor huurder. Wil je dit anders? Huurcontract.
Vb. indien je testament maakt, wanneer je dit wil, dan zullen er ergens regels aan vasthangen.
I.2.4. TECHNISCHE REGELS
= dit zijn regels die worden gebruikt in de praktijk; formaliteitsregels.
Vb. hoeveel handtekeningen? Waar moet document ingediend worden?
I.3. Recht en de maatschappelijke orde
Waarom hebben we recht nodig? Omdat we zonder niet kunnen leven; onze samenleving stort ineen. ‘Er
is geen samenleving zonder recht.’
(Vb. verkeersregels, koop en verkoop,.. -> zonder deze kom je nergens)
o ‘Ubi Societas, Ibi Ius’ = waar een samenleving is, heb je recht.
o ‘Ubi Ius, Ibi Societas’ = waar je recht hebt, is een samenleving.
Recht = beleidsinstrument het houdt de samenleving op orde. De regeringsvorming duurt zo lang
omdat het belang erover gaat welk beleid men gaat voeren en welke rechten opgesteld moeten worden.
(Vb. pensioen, wanneer mag men op pensioen en hoeveel krijgt men hiervoor?)
I.4. Recht en gezag
Het recht zijn regels/normen bepaald door de overheid.
Wat is ‘de overheid’ nu precies? -> de overheid is een veelkoppig beest. De overheid bestaat uit zeer veel
verschillende delen; gemeenschappen, gewesten, provincies, gemeente,…
I.5. Synthese
Een recht is gebonden aan een soort maatschapij; het wordt geproduceerd door organen binnen de samenleving -> de
overheid. Recht is een beleidsinstrument
In West-Europa en Noord-Amerika leven we in een normensysteem. Dit normensysteem is afkomstig van de
overheid.
De overheid legt de regels op, handhaaft ze en sanctioneert ze.
Verschillende soorten regels/normen:
1) Algemeengeldende regels
o Algemeen gebod
o Algemeen verbod
o Verlofbepaling
o Belovende regels
2) Regels toepasbaar naar keuze
3) Wilsaanvullende of Suppletieve regels
4) Technische regels
Deze normen hebben we nodig om een werkende samenleving te hebben.
Ubi societas, ibi ius
, 4
Ubi ius, ibi societas
HOOFDSTUK II. DE INDELINGEN VAN HET RECHT
II.1. Rechtstakken – Publiekrecht en privaatrecht
Publiekrecht Vs Privaatrecht: het doel, het karakter en de opstelling van deze normen verschillen.
publiekrecht Privaatrecht
Doel Algemene belangen van de Algemene belangen van
overheid waarborgen elk persoon apart
waarborgen
karakter dwingend Suppletief/wilsaanvullend
opstelling Verticaal (overheid boven Horizontaal (burger naar
burger) burger)
Privaatrecht zal meestal suppletief zijn;het gaat over het belang van individuen.
Publiekrecht zal meestal dwingend zijn omdat het gaat over de belangen van de overheid.
Normen die vroeger aanzien werden als privaatrecht worden nu aanzien als publiekrecht; door
verandering van tijd.
Vb. ‘sociaalrecht’ -> (17e eeuw; Daens) de werkomstandigheden waren op dit moment juridisch inorde, maar
ethisch was dit onverantwoord. De werknemer stond volledig in functie van de werkgever; had niets te zeggen. ->
hierdoor ontstond de socialistische beweging. Sociaalrecht veranderde van privaatrecht naar publiekrecht.
Vb. ‘milieurecht’ -> vroeger was er geen mileurecht, pas na verloop van tijd werd dit aanzien als iets belangrijk.
Eerst werd het een privaatrecht; mensen konden er hun eigen twist aan geven later werd het publiekrecht zodat
het voor iedereen belangrijk was.
II.2. Nationaal recht en internationaal recht
Nationaal recht -> het recht in een bepaalde staat of in een deel van een staat.
Internationaal recht -> het recht om over landen heen tot een rechtsnormen te komen. Er kunnen tussen
landen afspraken gemaakt worden. Doormiddel van verdragen worden er dan zo regels opgesteld.
II.3. Objectief recht en subjectief recht (BELANGRIJK)
Objectief Recht Vs. Subjectief Recht -> dit zijn 2 verschillende manieren om naar het recht te kijken.
o Belgisch Objectief recht -> alle rechtsregels die in België gelden; die hier van toepassing zijn.
NIET hetzelfde als de CODEX, dit is een deel van het objectief recht
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur CH12. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour $11.21. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.