,Week 1
HOOFDSTUK 4 – BOX 1: WINST UIT ONDERNEMING
Onderdeel D – Staking van de onderneming
Bij de overdracht of liquidatie van de onderneming staakt de ondernemer zijn onderneming. Meestal
zal de ondernemer dan stakingswinst behalen. De winst bij staking van de onderneming wordt
bepaald volgens de normale regels van de winstberekening van met name art. 3.8 en 3.25 IB.
Bij staking gaat het om situaties waarin de ondernemer ophoudt om voor zijn eigen rekening een
onderneming te drijven. Dat betekent dat niet alleen sprake is van een staking bij overdracht of
liquidatie van een onderneming, maar bijvoorbeeld ook bij het overlijdend van de ondernemer. Ook
kan een onderneming gedeeltelijk worden gestaakt.
Van een gedeeltelijke staking is sprake in de volgende gevallen:
• De inbreng van een onderneming in een vennootschap onder firma
• Een duurzame belangrijke inkrimping van het bedrijf
• Overdracht van een zelfstandig onderdeel van de onderneming
In principe moet bij staki8ng van een onderneming belasting worden betaald over de gerealiseerde
stakingswinst. Dit wordt ook wel ’afrekenen’ genoemd. De wet IB biedt echter een aantal
mogelijkheden waarbij een afrekening achterwege kan blijven, doordat de onderneming voor de
inkomstenbelasting geacht wordt niet te zijn gestaakt. Dit wordt (geruisloze) doorschuiving
genoemd.
Stakingswinst en stakingsfaciliteiten
ieder jaar wordt de jaarwinst in de heffing betrokken. Bij het staken van een onderneming worden de
stille en fiscale reserves gerealiseerd. De stakingswinst maakt deel uit van de winst uit onderneming
in het jaar van staking.
Stakingswinst is de winst die wordt behaald met of bij de staking van de onderneming. De
stakingswinst bestaat uit de volgende onderdelen:
• Stille reserves
Stille reserves ontstaan doordat de boekwaarde van de zaken die in de onderneming aanwezig
zijn, verschilt van de waarde in het economische verkeer. Als bij een bedrijfsbeëindiging de
overdrachtsprijs van een activum hoger is dan de boekwaarde, wordt een stille reserve
gerealiseerd.
Ook stille reserves in vermogensbestanddelen die de ondernemer niet verkoopt maar zelf wil
houden, behoren tot de stakingswinst. Dergelijke onttrekkingen moeten worden gewaardeerd
op de waarde in het economische verkeer, zodat het verschil tussen deze waarde en de
boekwaarde ook tot de stakingswinst behoort.
Worden bepaalde activa echter aangehouden in afwachting van verkoop, dan blijven deze tot
het ondernemingsvermogen behoren. Er is dan sprake van een langlopende liquidatie. Bij een
latere verkoop worden de boekwinsten of -verliezen in het betreffende jaar alsnog in
aanmerking genomen. Dit wordt wel nagekomen stakingswinst genoemd.
• Goodwill
Goodwill is de meerwaarde die een bestaand bedrijf heeft boven de som van zijn delen. Bij een
overname verwacht de koper dat hij door het overnemen van een bestaande onderneming
meer winst zal behalen dan bij het starten van een totaal nieuwe onderneming. Het gaat dus
om het gedeelte van de marktwaarde van een onderneming dat niet direct toewijsbaar is aan
de activa en passiva.
• Vrijval van fiscale reserves
, ▪ De kostenegalisatiereserve wordt gevormd om toekomstige kosten gelijkmatig ten
laste van de winst te laten komen. Bij staking zullen deze kosten niet meer door de
stakende ondernemer worden gedragen, en moeten reserves vrijvallen in de
stakingswinst.
▪ De in het verleden gevormde herinvesteringsreserve moet worden opgeheven bij
staking. De gereserveerde boekwinsten vallen dan alsnog in de stakingswinst.
▪ De oudedagsreserve moet op grond van art. 3.70 IB worden opgeheven bij het volledig
staken van de onderneming. Het is wel mogelijk om bij staking een lijfrente te bedingen
ter grootte van de oudedagsreserve, zodat belastingheffing over dit bedrag kan worden
uitgesteld.
• Desinvesteringsbijtelling
Als de ondernemer zijn onderneming staakt binnen de desinvesteringstermijn van 5 jaar na een
investering waarover hij de investeringsaftrek heeft genoten, vind een (al dan niet fictieve)
vervreemding plaats waarover de desinvesteringsbijtelling verschuldigd is. Bij staking wegens
overlijden van de ondernemer hoeft geen desinvesteringsbijtelling plaats te vinden.
Meestal zal de stakingswinst positief zijn, maar het is natuurlijk ook mogelijk dat de berekening van
de stakingswinst tot een negatief bedrag leidt. Dan is sprake van een stakingsverlies.
In het jaar van staking wordt zowel gewone jaarwinst als stakingswinst behaald. Nadat een
onderneming gestaakt is, kunnen er nog baten of lasten uit de onderneming voortvloeien.
Bij staking gelden een aantal stakingsfaciliteiten:
• De stakingsaftrek
Als een ondernemer zijn onderneming staakt, behaalt hij stakingswinst. Hij heeft dan recht op
de stakingsaftrek. Hiermee wordt de stakingswinst waarover hij daadwerkelijk belasting moet
betalen, verlaagd. De stakingsaftrek is een onderdeel van de ondernemersaftrek.
De stakingsaftrek bedraagt maximaal €3.630 en geldt alleen voor een ondernemer.
Iedere ondernemer mag slechts een keer gebruikmaken van het maximumbedrag van de
stakingsaftrek. De stakingsaftrek geldt niet bij een gedeeltelijke staking van een onderneming.
Als een belastingplichtige ondernemer is geworden door middel van een geruisloze
doorschuiving, kan hij pas aanspraak maken op de stakingsaftrek als de onderneming langer
dan 3 jaar voor zijn rekening is gedreven.
• De mogelijkheid tot extra lijfrentepremieaftrek
De hoofdregel is dat de ondernemer fiscaal afrekent over de door hem behaalde stakingswinst.
De ondernemer kan echter ook gebruikmaken van een faciliteit om voor de stakingswinst een
lijfrente aan te kopen, waarbij hij de lijfrente-uitkeringen kan gebruiken voor zijn
levensonderhoud.
Bij het afsluiten van een lijfrente mag de ondernemer de premie of koopsom onder
voorwaarden in aftrek brengen op zijn belastbaar inkomen. Maar hij gaat dan te zijner tijd wel
belasting betalen over de uitkeringen die hij gaat ontvangen. Een lijfrente is een aanspraak op
vaste en gelijkmatige periodieke uitkeringen volgens een levensverzekeringsovereenkomst. De
uitkeringen moeten uiterlijk bij overlijden eindigen, maar eerder mag ook. De premie
vermindert niet direct de belastbare stakingswinst, hij maakt namelijk deel uit van de post
‘uitgaven voor inkomensvoorzieningen’.
Het bedrag dat – afgezien van de oudedagsreserve – maximaal in aftrek kan komen, is in principe
gelijk aan de gerealiseerde stakingswinst, maar niet meer dan:
▪€474.517 als:
• De ondernemer op het moment van staking hooguit 5 jaar jonger dan de AOW-leeftijd
is; of
• De ondernemer voor 45% of meer arbeidsongeschikt is en de hem toekomende
lijfrentetermijnen ingaan binnen 6 maanden na het staken; of
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kyara3112. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.