100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting verpleegkundige kennis periode 1.2 $7.05   Add to cart

Summary

Samenvatting verpleegkundige kennis periode 1.2

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

uitwerkingen van verpleegkundige kennis periode 1.2

Preview 4 out of 34  pages

  • June 17, 2023
  • 34
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting 1.2 verpleegkundige kennis

Lesvoorbereiding 1 – verpleegkundige kennis

- Kan je aangeven hoeveel mensen er in 2021 ongeveer lijden aan dementie en hoeveel
nieuwe gevallen van dementie er bij komen (Achterberg et al. (Effectief verplegen deel 3)
Hoofdstuk 4 dementie)
Momenteel: 270.000 mensen
2040: 500.000 mensen
2055: 690.000 mensen
Ruim 70% heeft Alzheimer
12.000 mensen is jonger dan 65 jaar.
- Kan je het ziektebeeld dementie uitleggen (definitie) (Achterberg et al. (Effectief verplegen
deel 3) Hoofdstuk 4 dementie)
Dementie is ontgeesting. De persoon in de laatste fase van dementie lijkt nauwelijks nog op
de persoon die hij was in de beginfase van de ziekte.
Fasen:
 Het bedreigde ik (cognitieve fase)
o Leeft in het hier en nu
o Verdriet, angst en onzekerheid als gevolg van ziektebesef
o Weet hoe laat/ welk dagdeel het is
 Het verdwaalde ik (emotionele fase)
o Leeft soms in het heden, soms in het verleden
o Plaatst herinneringen en gevoelens uit verleden in heden
o Moeite met dagdelen en dagindeling
 Het verborgen ik
o Leeft veelal in het verleden
o Huilt en/of lacht vaak zonder aanleiding van buiten
o Heeft geen gevoel meer voor tijd
 Het verzonken ik
o Leeft in innerlijke wereld
o Gevoelens en stemming zijn moeilijk waar te nemen
o Volledige desoriëntatie
- Heb je kennis van de oorzaken en signs & symptoms van dementie (Achterberg et al.
(Effectief verplegen deel 3) Hoofdstuk 4 dementie)
Dementie volgens DSM-V:
Er moet sprake zijn van:
 Geheugenstoornissen, KORTE TERMIJN

Daarnaast één of meer van de volgende cognitieve stoornissen:

 Afasie: onvermogen taal te begrijpen of te spreken
 Koffie naar de mond brengen ipv vertellen dat er koffie staat
 Apraxie: onvermogen (complexere/doelgerichte) motorische handelingen uit te voeren
 Agnosie: onvermogen objecten en/of mensen te herkennen
 Uitvoeringsstoornissen: initiatiefverlies, planningsproblemen, abstraheren
Abstraheren: onbelangrijke informatie weg kunnen laten.

Verder moet er sprake zijn van ernstige beperking bij sociale en evt. beroepsmatig functioneren en
zijn de symptomen niet toe te schrijven aan een andere stoornis.

,Afhankelijk van de plaats waar de zenuwcellen kapot gaan in de hersenen, omdat daar dan beta-
amyloid eiwitten ophopen en zogenoemde plaques vormen. Deze draden zijn onoplosbaar en kleven
aan elkaar. Bij gezonde mensen worden er ook beta amyloid eiwitten gemaakt, maar bij Alzheimer
zien we veel meer plaques.

- Kan je Alzheimerdementie, vasculaire dementie, lewy-body-dementie en
frontaalkwabdementie onderscheiden op basis van oorzaken en symptomen (Achterberg
et al. (Effectief verplegen deel 3) Hoofdstuk 4 dementie)
Soorten dementie:
1. Corticale dementie: in de hersenschors.
 Progressieve geheugenstoornissen
 Afasie, acalculie, apraxie en persoonlijkheidsveranderingen
 Ziekte van Alzheimer
o Meest voorkomend
o Achteruitgang geleidelijk
o Korte termijn geheugen gaat als eerste
o Met name zelfredzaamheid en voeren van eigen regie verslechtert
o Opvallend: gebrek aan ziekte-inzicht
o Overlijden door secundaire oorzaken als ondervoeding, uitdroging, pneumonie,
decubitus en ataxie (communicatiestoornis tussen zenuwstelsel en spieren)
o 4 stadia ziekte van Alzheimer:
 Stadium 1: voorstadium
 Inprenten informatie in geheugen gaat moeilijker
 Denken gaat trager
 Vergeetachtigheid
 Uitvoeren complexere taken gaat moeilijker of lukt niet meer
 Klachten worden niet altijd gemeld of opgemerkt
 Stadium 2: beginnend dementiesyndroom
 Inprenting en episodisch geheugen duidelijk verstoord
Episodisch geheugen: persoonlijke herinneringen
 Desoriëntatie in tijd
 Nieuwe dingen leren lukt niet meer
 Patiënt afhankelijk van partner of begeleider voor structuur en
informatie
 Stadium 3: matig ernstige dementie
 Veel sturing nodig, zelfstandig functioneren onmogelijk
 Toenemende taal- en begripsstoornissen
 Verstoord oordeels- en kritiekvermogen
 Agressie, motorische onrust, ontremd gedrag, zwerven en
achterdocht
 Patiënt leeft meer en meer in het verleden
 Stadium 4: ernstige dementie
 Episodisch geheugen steeds verder afgebrokkeld
 Geen herkenning meer van naaste familieleden
 Gesprek niet meer mogelijk
 Patiënt leeft vegetatief en is bedlegerig
Vegetatief: enkel reflexbewegingen en geen communicatie
mogelijk

, Frontotemporale dementie
o Jonge leeftijd; vaak tussen 40-65 jaar
o Veranderingen in sociale functioneren, het probleemgedrag, het gebrek aan
ziekte-inzicht en het minder op de voorgrond staan van geheugenstoornissen
2. Subcorticale dementie: onder de hersenschors
 Vertraging intellectuele functies, geheugenstoornissen, stoornissen in motoriek
 Treedt GEEN: apraxie, afasie en agnosie op
 Vasculaire dementie
o Degeneratie bloedvoorziening
 Beschadigingen hersenweefsel als gevolg van atherosclerose en CVA’s
o Vroeger: multi-infarct dementie
o Schoksgewijze verslechtering
o Van dag tot dag wisselend
o Levensverwachting : 5 jaar
 Beroerte of infarct vaak reden van overlijden
o Grillig verloop
o Risicofactoren: diabetes mellitus en hypercholesterolemie
o Langzamer spreken, denken en handelen
 Ook lichamelijke achteruitgang; wankel op benen en bewegen langzamer
 Lewy body dementie
o Waan, hallucinaties, traagheid
o Eiwitafwijkingen in hersenstam
o Niet erfelijk
o Opvallend kenmerk: concentratieproblemen en visuele hallucinaties
 Medicatie die hiervoor geschikt is, kunnen ze niet verdragen
o Relatie met ziekte van Parkinson
 Lewy body: als iemand na diagnose van Parkinson binnen één jaar
dementieverschijnselen heeft
 Parkinson dementie: Als iemand na diagnose van Parkinson later dan één
jaar dementieverschijnselen heeft

, - Weet je welke ziektegerichte diagnostiek gedaan kan worden bij mensen met dementie
(Achterberg et al. (Effectief verplegen deel 3) Hoofdstuk 4 dementie)
4 onderdelen:
1. Auto-anamnese: verhaal patiënt zelf, indruk die patiënt maakt
 Head-turning-sign: de patiënt kijkt vragend naar de begeleider als er een vraag gesteld
wordt, wat zijn onzekerheid demonstreert
 Blijft er aandacht bij het
gesprek
2. Hetero-




anamnese: verhaal familie van patiënt
 Patiënt en familie apart spreken is het beste
 Zo objectief mogelijk
3. Meetinstrumenten
 Gestandaardiseerde vragenlijsten
 Invullen is geen aan artsen voorbehouden handeling
 Goede instructie is van belang, zodat de vragenlijst eenduidig wordt afgenomen en
gescoord
4. Aanvullend onderzoek
 Van belang is de differentiatie tussen dementie, depressie en delier
o CT-scan
 Als men wil uitsluiten dat de verschijnselen niet worden veroorzaakt
door een tumor, herseninfarct of een hematoom
o MRI-scan en f-MRI-scan
 Beter onderscheid gemaakt worden tussen de ziekte van Alzheimer,
vasculaire dementie en fronto-temporale dementie
 f-MRI: functionele MRI-scan
 activiteit in bepaalde delen van hersenen zichtbaar gemaakt
worden
 tegenwoordig alleen nog gebruikt voor wetenschappelijk
onderzoek
o SPECT-scan en PET-scan
 Toegepast in heel specifieke gevallen
 Onderscheid maken tussen ziekte van Alzheimer en fronto-temporale
dementie zonder dat er afwijkingen te zien zijn op CT of MRI
o Neuropsychologisch onderzoek (NPO)
 Uitgevoerd door een klinisch neuropsycholoog of neuropsychologisch
geschoolde gezondheidszorgspsycholoog
 Anamnese, hetero-anamnese, afname neuropsychologische testen,
gedragsobservaties, verslaglegging en rapportage aan patiënt, familie en
verwijzer

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elienp. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76799 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.05
  • (0)
  Add to cart