Les 1 HK: (deel 1 + de stap tussen feiten en bron)
(De moord op) Joe van Holsbeeck à direct de media die dit
verhaal naar buiten wou brengen, om als eerste het verhaal te
kunnen brengen. Waardoor ze hun feiten niet meer nakeken.
Ze melden dat 2 jongeren van Marokkaanse afkomst Joe
hadden vermoord. Op basis van getuigen bleek het om 2
Polen te gaan. Ze gaven meer om als eerste het verhaal uit te
brengen en veel minder om de feiten. De schade was al
gedaan. Naar aanleiding daarvan heeft een bekend
nieuwsanker vd VRT-ontslag genomen. (Niet doelbewuste
vorm van misinformatie)
De inauguratie van Trump en Obama à hoe Trump zijn persdienst probeerden te laten uitschijnen
dat er veel meer mensen waren bij Trump dan bij Obama, om aan te tonen hoe populair hij wel niet
was. Wanneer ze hiermee geconfronteerd
werden met bewijs, zeiden ze “er bestaat
zoiets als alternatieve feiten”. Dus zelfs als
er duidelijk bewijs is, werd het afgedaan
als een alternatieve waarheid.
(Doelbewuste vorm van misinformatie)
Complottheorieën mensen die bepaalde zaken naar buiten brengen zonder bewijs, maar doordat
ze een grote aanhang hebben wordt het heel makkelijk verspreid en als waarheid genomen. Zoals
een Amerikaanse politieker die verkondigde dat de corona vaccins waren bedacht door Bill Gates,
zodat hij via de vaccins mensen kon chippen en volgen. Deze politieker baseerde zijn verhaal op saus,
maar door zijn grote aanhang ontstonden er meerdere theorieën hierover.
Doelbewuste manipulatie van het nieuws à een foto
van een Syrisch gezin dat gevlucht is en onderdak
krijgt in BE. Foto’s genomen van hun, om te
verspreiden en aan te tonen dat men hier asiel kan
verkrijgen. Deze foto werd direct gemanipuleerd
(bijgewerkt) en veel gedeeld wereldwijd.
Beeldmanipulatie aan de hand van kleine ingrepen kunnen beelden helemaal anders overkomen
dan hoe het is. Dit kan door een specifieke camera te gebruiken, bepaalde hoeken te gebruiken… het
is dus heel makkelijk om beelden te manipuleren, ook zonder fotoshop.
1
,Voornamelijk historici zijn als eerste wetenschappers gaan kijken, om de bronnen die ze gebruiken
aan een kritische evaluatie te onderwerpen. Voornamelijk vanaf de 19 de eeuw. Criminologie gaat
voornamelijk over het nu en de toekomst.
Empirische data eigen ervaringen en observaties
Bij historische data hadden ze vaak een bronnen te kort (bronnen schaarste), ze kunnen zich enkel
baseren op de archieven die nog bestaan. Vaak niet meer op getuigenissen, deze zijn vaak overleden.
Je bent begrensd door het archiefmateriaal. Door deze bronnen schaarste is het extra belangrijk om
historisch kritisch te zijn. Ze kunnen niet doen aan directe observatie. Als ze een aantal bronnen
verkeerd interpreteren, is heel hun observatie verkeerd. Historici hebben de methode “historische”
kritiek ontwikkeld. Om bronnenmateriaal, ruwe bronnen vanuit het verleden kritisch te gaan
bekijken. Zo kunnen ze die bronnen naar waarde schatten, want er is een zekere brug tussen het
heden en het verleden.
Een bron is maar een spoor uit het verleden het is maar een fragment uit het verleden, waarmee
je een beeld kan schetsen. Het bevat niet het werkelijke verleden. We moeten beseffen dat het
verleden niet gelijk is aan het geschiedschrijven. Een geschiedschrijving = wat we schrijven over het
verleden altijd vanuit een bepaald punt of bepaalde blik.
In al die stappen zit er onvermijdelijk selectiviteit een verstoring, vaak onbewust maar soms ook
bewust. Waardoor je de werkelijke gebeurtenis & hoe je erover schrijft niet in juiste verhouding
staan. Zie je veel meer bij de geschiedenis dan bij de criminologie. Het gaat dus eigenlijk vaak over
interpretatie van zaken.
2
,Lodewijk de 16de Royalist Pierre schreef hierover “de koning werd door het gepeupel vermoord”.
Hij was fan van het ancien régime en vond het volk maar ‘gepeupel’. Daar tegenover hebben we hoe
revolutionair Jean het beschreef; “burger Capet werd door de beul terechtgesteld”. Jean maakte deel
uit vd Revolutie en heeft er dus een andere blik op dan Pierre. Ze hebben beide een andere invulling
over hetzelfde feit dat ze beiden als getuige hebben meegemaakt. Pierre blijft Lodewijk de koning
noemen, terwijl Jean het heeft over ‘burger Capet’ en een beul die gewoon zijn werk doet.
Elke weergave van feiten heeft een bepaalde selectiviteit. Elke waarneming = een interpretatie en dit
is subjectief. Observatie gebeurt niet passief maar actief, via begrippen en taal. Het waarnemen van
feiten en de interpretatie van feiten gebeurt op hetzelfde moment.
Les 2 HK: (deel 1 + de stap tussen feiten en bron)
Er is een brug tussen het heden en het verleden. Een dagboek lezen uit de 18 de eeuw, met de lens en
de blik van vandaag. We kunnen deze schrijver dan niet meer vragen naar hoe de beschreven
gebeurtenissen zijn verlopen. Dus moeten we alles bekijken a.d.h.v. de overgebleven bronnen.
Je kan de gelezen feiten niet zomaar als waar aannemen, je moet deze kritisch bekijken. Er is
namelijk een afstand tussen ‘een feit’ en ‘een bron’. Je bent als onderzoeker nooit helemaal neutraal,
je hebt altijd bepaalde waarden en normen. Afhankelijk vd onderzoeker kunnen zaken dus helemaal
anders geïnterpreteerd worden.
Je moet je kritische kijk ook toepassen op empirische data. Zodat je weet van waar ze afkomstig is,
binnen welke context ze is ontstaan, …
Kritisch zijn bij wat de media naar buiten brengt in tijden van conflict (bv oorlog), er is altijd een soort
van propaganda die wordt gevoerd. Ook binnen onze media, de academische wereld, de politiek, …
Typologie het is belangrijk om eerst te weten met wat voor bron je aan het werk bent. Het is een
soort van vooronderzoek op je bronnen. Van daaruit kan je dan je historische kritiek toepassen. Je
kan bronnen in verschillende soorten onderdelen primaire bronnen vs. Secundaire bronnen
bijvoorbeeld.
3
, Wat is een bron op zich? à elk spoor van menselijke activiteit waaruit informatie ons bereikt à is heel
breed. Teksten, materiele zaken, gesprekken… een bron is de bouwsteen waaruit een onderzoek
wordt opgebouwd.
Overblijfselen verwijst naar sporen van/ uit het verleden materiële voorwerpen. Zaken die
vanuit het verleden zijn. Zijn voorwerpen die enkel en alleen al door hun bestaan aan onderzoekers
een spoor vh verleden opleveren.
Overleveringen = mondelingen of geschreven getuigenissen verwijst naar sporen over het
verleden teksten, verwijzen naar zaken over het verleden. Hoe bepaalde zaken toen ervaren zijn.
Het zijn mondelinge of geschreven getuigenissen, die een eenvoudige of complexe gebeurtenis
beschrijven, verhalen of commentaar voorzien. Het kan iets simpel zijn, maar het kan ook iets
complex zijn.
Er kan een overlap zijn tussen de overblijfselen en de overleveringen een foto bijvoorbeeld. Zo
krijg je meer een spoor dat iets zegt over een gebeurtenis. Foto’s zij niet neutraal zoals bv botten,
foto’s zeggen iets over een gebeurtenis.
Overblijfselen en getuigenissen kunnen met opzet gecreëerd worden, om een bepaald doel te
bereiken of per ongeluk of onbewust ontstaan.
Onbewuste creatie informatiebron gaat om het onbewuste
Bewuste creatie van informatiebron àje wilt een bepaald doel bereiken door het creëren van je
informatiebron. Bv een proces-verbaal, om aan te tonen hoe een bepaalde gebeurtenis verlopen is.
Unwitting testimony à onbedoeld/ onbewust vastleggen van een gebeurtenis (zijn zeldzaam)
bv. De moord op JFK die toevallig gefilmd is door Abraham Zapruder, die gewoon zijn
camera eens wou uittesten. 26 seconden gefilmd zonder klank, dus enkel beeld. Gefilmd
op 22 november 1963, het Amerikaanse publiek kreeg de beelden pas in 1975 te zien.
bv. 9/11 die door verschillende mensen toevallig gefilmd is doordat ze hun camera’s
wouden uittesten.
Het onderscheid tussen bewust en onbewust is soms heel moeilijk om te maken. Onbewuste creaties
is wanneer je toevallig een gebeurtenis vastlegt zonder dat dit de bedoeling was. Eens het je
bedoeling is een gebeurtenis vast te leggen = bewust. Vaak is er een overlap/ grijze zone m.b.t.
onbewust of bewust.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauraa4. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.