Simpele samenvatting van H3: Gemeenschapsecologie van het vak Ecologie (C) aan de Universiteit Gent. Gegeven in het jaar 2023 door prof. Strubbe en prof. Lens.
Geen kleur in de titels van het document, deze afprinten en fluoresceren is overzichtelijker.
H3: Gemeenschapsecologie
Gemeenschapsecologie : studieterrein dat de patronen en processen van gemeenschappen
beschrijft en analyseert
Keystone species (syn. sleutelsoorten) : soorten die cruciaal zijn voor de structuur
en het functioneren van de gemeenschappen.
Gemeenschappen: populaties van verschillende soorten die met elkaar interageren
tijdens dezelfde periode en op dezelfde plaats.
→ structuur en functioneren van gemeenschappen bepaald door reeks (a)biotische
factoren
1. Gemeenschapsstructuur en dynamiek
1.1 Patronen van diversiteit
α - diversiteit
→de diversiteit binnen een welbepaalde plaats of ecosysteem, uitgedrukt als aantal
soorten
→ syn. soortenrijkdom van een gemeenschap
→≠ soortendiversiteit = het relatief belang van elke soort in een gemeenschap
gebaseerd op abundantie, productiviteit, grootte, etc.
→ soortendiversiteit= soortenrijkdom + eveness (= relatief aandeel v/ individuen
van elke soort i/e gemeenschap.
ß-diversiteit
→de som v/h # unieke soorten in elk ecosysteem dat we vergelijken
→ toepassing: de diversiteit tussen gemeenschappen of ecosystemen vergelijken
γ-diversiteit
= de totale diversiteit over al de gemeenschappen of ecosystemen i/e regio.
→ syn. geografische diversiteit
→ onder invloed van (a)biotische factoren, zoals:
aanwezigheid van ecologische niches
mate van geografische isolatie
aan/afwezigheid van omgevingsstress
geografische voorgeschiedenis
aan/afwezigheid van dominante soorten
→ species-area verbanden
→ verbanden tussen soortenrijkdom en oppervlakte
→ gemiddeld lagere soortenrijkdom op eilanden in vergelijking met gebieden van
vergelijkbare grootte op het vasteland, het aantal soorten daalt met afnemende grootte
v/h eiland.
→ verschillende redenen:
1. grotere gebieden bevatten algemeen een hogere diversiteit aan habitatten
H3: Gemeenschapsecologie 1
, 2. De theorie van eilandbiogeografie
→ # soorten op een eiland heeft een dynamisch evenwicht tussen de ratio van
immigratie en extinctie.
extinctie > immigratie → soortenrijkdom daalt
extinctie < immigratie → soortenrijkdom stijgt
→ het # soorten op een eiland evolueert naar een evenwichtswaarde, deze is het
resultaat van constante turnover van soorten.
1.2 dominante soorten en keystone soorten
dominante soorten
=soorten met een hoge abundantie of biomassa waardoor ze een hoge impact hebben op het
voorkomen en de verspreiding van andere soorten in de gemeenschap.
→ wrm zijn bepaalde soorten dominant?
→ verschillende hypotheses:
soorten met een hoog competitief vermogen om kritische hulpbronnen te benutten =
hogere kans op dominantie
soorten met een hoog vermogen om predatoren te vermijden
……
→ wanneer dominante soorten uit een gemeenschap verwijderd worden, kunnen cascade-
effecten optreden
keystone soorten
→ op basis van ecologische niche of rol
→ detecteren?
Door de impact v/h verdwijnen v/e kandidaat keystone soort op het functioneren v/d
gemeenschap te evalueren.
1.3 voedselketens en -webben
→ trofische gemeenschapstructuur
→ complex geheel van voedselrelaties tussen organismen
→ bepaald de dynamiek en structuur v/e gemeenschap in grote mate
→ bevat:
primaire producenten (syn. autotrofen): vormen organische moleculen door
fotosynthese uit anorganische componenten
→ vormen voedsel voor consumenten aka heterotrofen
primaire consumenten (syn. herbivoren)
→ eten autotrofen
secundaire en tertiaire consumenten (carnivoren, omnivoren)
omnivoren : voeden zich met plantaardig als dierlijk materiaal
detrivoren: voeden zich met detritus (dood organisch materiaal)
H3: Gemeenschapsecologie 2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AZJB. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.30. You're not tied to anything after your purchase.