Beknopte college aantekeningen week 1-7 Civiele Rechtspleging (RGMPR10206)
20 views 1 purchase
Course
Civiele Rechtspleging (RGMPR10206)
Institution
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Deze beknopte samenvatting geeft een uitwerking van belangrijkste onderwerpen per collegeweek. Deze uitwerking is opgesteld n.a.v. de hoorcolleges (A en B), waarin ook een deel van de voorgeschreven literatuur en voorgeschreven (belangrijke) arresten zijn verwerkt. Uitwerking collegeweek 1 t/m 7.
Prof. mr. a.i.m. van mierlo & mr. p. koerts
All classes
Subjects
collegeaantekeningen
civiele rechtspleging
rgmpr10206
bewijsrecht
bewijsmiddelen
hoger beroep
arbitrage
beslag
executie
collegeweek 1 7
hc a
samenvatting
mr p koerts
prof mr aim van mierlo
rug
Written for
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Rechtsgeleerdheid: Nederlands Recht
Civiele Rechtspleging (RGMPR10206)
All documents for this subject (12)
Seller
Follow
tamara9987
Reviews received
Content preview
Beknopte collegeaantekeningen van belangrijke punten/arresten
Civiele Rechtspleging
Inhoud
Collegeweek 1 .............................................................................................................................. 2
HC A: Inleiding tot het vak & inleiding bewijsrecht ............................................................................. 2
HC B: Bewijslastverdeling .................................................................................................................... 4
Collegeweek 2 .............................................................................................................................. 7
HC A: Bewijsmiddelen: geschriften en exhibitieplicht ......................................................................... 7
HC B: Bewijsmiddelen: getuigen en bewijsaanbod ........................................................................... 10
Collegeweek 3 ............................................................................................................................ 12
HC A: Bewijsmiddelen: deskundigen en descente & voorlopige bewijsverrichtingen ...................... 12
HC B: Bewijsrecht internationaal & Wetsvoorstel modernisering bewijsrecht ................................. 14
Collegeweek 4 ............................................................................................................................ 16
HC A en HC B: Hoger beroep ............................................................................................................. 16
Collegeweek 5 ............................................................................................................................ 19
HC A en HC B: (ADR) Arbitrage .......................................................................................................... 19
➢ Hieronder ook collegeweek 6, HC A uitgewerkt ........................................................................ 19
Collegeweek 6 ............................................................................................................................ 24
HC A: Arbitrage .................................................................................................................................. 24
HC B: Beslag en executie ................................................................................................................... 24
➢ Hieronder ook collegeweek 7, HC A uitgewerkt ........................................................................ 24
Collegeweek 7 ............................................................................................................................ 27
HC A: Beslag en executie ................................................................................................................... 27
HC B: Responsiecollege ..................................................................................................................... 27
Rijksuniversiteit Groningen Jaar 2021-2022 Tamara v. O
1
, Beknopte collegeaantekeningen van belangrijke punten/arresten
Civiele Rechtspleging
Collegeweek 1
HC A: Inleiding tot het vak & inleiding bewijsrecht
De civiele rechter moet actiever worden, er moet gezocht worden naar de materiele
waarheid en niet naar de processuele waarheid!
Een rechter kan een feit niet aannemen door te zeggen: wel gesteld, maar
onvoldoende (= de materiele waarheid).
Schakelbepaling bewijsrecht:
- voor hoger beroep (HB) art. 353 lid 1 Rv (art. 149 - 207 Rv);
- voor de verzoekschriftprocedure art. 284 Rv.
Deze schakelbepaling is niet van toepassing in een KG i.v.m. de spoedeisendheid → door
de HR in vaste jurisprudentie bepaald, het bewijsrecht mag wel worden gebruikt.
------------------
Feit bewezen? Als rechter tot de overtuiging is geraakt dat gestelde feiten waar zijn. Een
absolute zekerheid is niet vereist!
Vrije bewijsleer → art. 152 lid 1 Rv: bewijs kan i.b. door alle middelen geleverd worden,
tenzij wet anders bepaalt.
Lid 2: bewijskracht van bewijsmiddelen is aan het oordeel van rechter → altijd met
inachtneming van de grondbeginselen van procesrecht (art. 6 EVRM).
Wie moet feiten stellen? De partij die zich op het rechtsgevolg beroept (art. 149 en 24 Rv).
Zie ook art. 21 Rv.
Verzwaarde stelplicht: ‘NNEK/Van Mourik’ → verzwaarde motiveringsplicht.
Feiten in oordeel rechter: slechts feiten die in het geding aan hem ter kennis zijn gekomen/
zijn gesteld (en bewezen).
+ de algemene feiten / ervaringsregels: partijen moeten zich hierover kunnen uitlaten.
Rechter moet verplicht ambtshalve de rechtsgrond aanvullen (art. 25 Rv)! Bijv.
bedrog i.p.v. dwaling.
Hoor en wederhoor (art. 19 Rv) = beslissend voor de vraag in hoeverre stukken bij de
beoordeling worden betrokken.
Uitleg gedingstukken = aan de feitenrechter.
Art. 149 Rv = verbod rechter; aanvulling feiten! Tenzij de rechter in het kader van hoor &
wederhoor aan partijen heeft voorgelegd én zij het goed vinden.
----------------------
Art. 24 Rv: het ‘bloot’ stellen van feiten is onvoldoende → verbod aanvulling feitelijke
grondslag.
Art. 24 Rv → Bewijslevering komt pas aan de orde wanneer enerzijds voldoende is gesteld
& anderzijds voldoende is betwist. Dan bewijslastverdeling (art. 150 Rv).
Vordering niet (voldoende) betwist = vaststaand, dus direct toe- of afwijzen.
Bewijsrisico: wordt benodigde bewijs niet geleverd? Dan staat het feit niet vast/ wordt
niet meegenomen in het oordeel van de rechter.
Rijksuniversiteit Groningen Jaar 2021-2022 Tamara v. O
2
, Beknopte collegeaantekeningen van belangrijke punten/arresten
Civiele Rechtspleging
Art. 111 lid 3 Rv: substantiërings- respectievelijk bewijsaandraagplicht (van gedaagde).
→ Hoe gespecificeerder wordt gesteld, hoe gespecificeerder moet worden betwist.
Rechter: “Stelling(en) van eiser voorshands als bewezen aanmerken behoudens
tegenbewijs” → aannemelijk volgens rechter dat feit zich heeft voorgedaan.
Onrechtmatig verkregen bewijs → brengt niet noodzakelijkerwijs mee dat het gebruik
ervan onrechtmatig is (afweging o.g.v. art. 8 EVRM).
& anderzijds voldoende is betwist. Dan bewijslastverdeling (art. 150 Rv).
Zie ‘Achmea/Rijnberg’: bijzondere omstandigheden geen gebruik.
----------------------
Toepassing omkeringsregel: HR eist van aansprakelijkgestelde partij dat zij het tegendeel
van het csqn-verband aannemelijk maakt om aansprakelijkheid te ontkomen → slaagt niet in
tegenbewijs? Dan staat causaal verband vast. HR ‘TFS/NS’.
Nadere toelichting bewijs: o.g.v. art. 22 Rv! Rechter kan ook mondelinge behandeling
bevelen, art. 87, 88 en 131 Rv.
Art. 149 lid 1, tweede zin, Rv = processuele waarheid.
Bespreek het hof in appel een niet-bestreden uitspraak? Dan overschrijdt het hof de grenzen
van de rechtsstrijd. Art. 24 Rv.
Toets bewijsrecht: door de HR (de Rb & het hof passen het bewijsrecht toe). Kan dus wel
aan de orde komen bij de HR in de zin van toetsing.
Rijksuniversiteit Groningen Jaar 2021-2022 Tamara v. O
3
, Beknopte collegeaantekeningen van belangrijke punten/arresten
Civiele Rechtspleging
HC B: Bewijslastverdeling
Bewijsaandraagplicht: dwingt partijen hun bewijspositie onder ogen te zien.
Art. 111 lid 3 Rv = voor eiser.
Art. 128 lid 5 Rv = voor verweerder.
Procederen zinvol? Afhankelijk van het te verwachten bewijsrisico & bewijsbaarheid van de
te bewijzen feiten!
Non liquet = het is niet duidelijk/niet klaar, en dus kan er geen uitspraak worden gedaan.
Gelijk spel stellen + betwisten? Volgens hoofdregel bewijslast: die persoon toelaten
als eerste (nader) bewijs te leveren van stellingen.
(Gematigd) objectiefrechtelijke leer van de bewijslastverdeling! De rechter wordt zo
gedwongen in het kader van het materiële recht bewijslast te verdelen.
Rechtvaardigingsgrond? Stelplicht & bewijslast voor deze grond rusten i.b. op gedaagde.
----------------------
Bestrijdend verweer = een gemotiveerde betwisting/weerlegging van wederpartij (een
zogenaamd ‘nee-want’ verweer).
Bevrijdend verweer = gedaagde wijst op een andere rechtsregel (→ nieuw feitencomplex
geïntroduceerd), waardoor het door eiser bepleite rechtsgevolg toch niet intreedt. Een
zogenaamd ‘ja-maar’ verweer.
Gedaagde krijgt hierdoor de stelplicht & bewijslast (en bewijsrisico) van zijn
verweer.
Ook wel: zelfstandige verweren, want er is geen sprake van ‘nietes’ tegenover ‘welles’
van eiser.
In wettekst: de uitzondering ‘tenzij’ (‘behoudens’ of ‘behalve’) op de hoofdzin → HR
“nieuwe Haard”.
Omkering bewijslast & bewijsrisico: meest vergaande ingreep, bewijsrisico ligt bij de
wederpartij van degene die een beroep doet op bepaalde rechtsgevolgen.
Er is ook sprake van omkering bij de uitzondering in de hoofdregel van art. 150 Rv!
Kan wederpartij het bewijs niet leveren? Dan zijn aan de bewijsrechtelijke eisen voor
toewijzing van de vordering voldaan. Eiser krijgt dus gelijk.
Volgens de HR terughoudendheid betracht. Past een rechter de omkering toe, dan
brengt dit voor de rechter géén extra verzwaarde motiveringsplicht mee. Aanleiding om
toe te passen = veelal de (beschermende) strekking. Toepassen d.m.v. bewijsnood =
onvoldoende!
Invloed wetgever & rechter op bewijslastverdeling, door:
- omkering van het bewijsrisico → risico ligt bij de wederpartij als niet voldoende
betwist.
- verplichting van het bewijsrisico → risico ligt bij de eiser als niet bewezen, de partij
die hierop aanstuurt moet argumenten aanvoeren die verlichting rechtvaardigen.
→ Bijv.: gegevens berusten in overwegende mate bij de wederpartij. De wederpartij
moet dit ‘spontaan’ geven, zo niet dan kan de rechter 3 sancties opleggen.
Omkering van het bewijsrisico + verplichting van het bewijsrisico → equality of arms =
uitzondering van art. 150 Rv.
Rijksuniversiteit Groningen Jaar 2021-2022 Tamara v. O
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tamara9987. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.